Je kunt een kracht niet zien, je kunt alleen het gevolg van deze kracht zien.
Door krachten kunnen voorwerpen vervormen, zoals bij een squishy. Een vervorming kan
elastisch of plastisch zijn. Het verschil hiertussen is dat bij een elastische vervorming het
voorwerp weer terugkeert naar zijn oorspronkelijke vorm als je de kracht weghaalt, een
squishy keert weer terug in zijn oorspronkelijke vorm als je je spierkracht weghaalt.
Een plastische vervorming betekent dat een voorwerp blijvend vervormd is, een voorbeeld
hiervan is klei. Je kan de vervorming bij sommige voorwerpen wel ongedaan maken maar
hiervoor moet je weer een kracht gebruiken, zoals bijvoorbeeld spierkracht om de klei weer
terug te vormen in zijn oorspronkelijke vorm.
Je duidt krachten aan met het symbool F, om te laten zien welke kracht het is kun je met een
kleine letter het soort kracht aan geven, Fz= zwaartekracht. Voorbeelden van krachten:
Spierkracht, veerkracht, spankracht, zwaartekracht, magnetische krachten,
Je kunt krachten meten met een krachtmeter, hierin zit een veer, hoe groter de kracht
waarmee aan de veer getrokken wordt, des te verder rekt de veer uit. Op de krachtmeter zit
ook een schaalverdeling in Newton.
Je kunt de zwaartekracht berekenen met de volgende formule: Fz= m keer g
Hierin is Fz de zwaartekracht in newton, m de massa in kilogram en g de zwaartekracht in
newton per kilogram, op aarde is dit 9,81.
Als je een kracht wil tekenen doe je dit met een vector, hiervoor moet de kracht een grootte,
richting en aangrijpingspunt hebben. Een vector teken je als een pijl.
Een paar dingen over een vector:
De lengte van de pijl geeft de grootte van de kracht aan, de richting van de pijl de richting
van de kracht en het beginpunt van de pijl geeft het aangrijpingspunt van de kracht aan.
Voordat je een vector gaat tekenen heb je eerst een krachtenschaal nodig, bijvoorbeeld 1 is
gelijk aan 5 newton, een centimeter op de tekening stelt dan 5 newton voor.
Als je spierkracht wil tekenen wanneer iemand een boot duwt, moet de pijl beginnen op de
plaats waar de handen tegen de boot duwen, dat is het aangrijpingspunt
De zwaartekracht werkt op alle punten van het voorwerp, maar er staan niet overal pijltjes.
Je tekent namelijk een pijl vanuit het zwaartepunt, dit zwaartepunt is even ‘zwaar’ als alle
kleine pijltjes samen. Je kunt het zwaartepunt vinden door vanuit elke punt een lijn recht
naar beneden te trekken, het punt waar de lijnen elkaar kruisen, is het zwaartepunt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studywithnoor. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.27. You're not tied to anything after your purchase.