100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting bedrijfseconomie vwo H19 t/m H21 $4.34   Add to cart

Summary

Samenvatting bedrijfseconomie vwo H19 t/m H21

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Deze samenvatting bevat hoofdstuk 19 t/m 21 van de methode bedrijfseconomie in balans voor vwo bovenbouw.

Preview 2 out of 10  pages

  • No
  • Hoofdstuk 19 t/m 21
  • September 8, 2022
  • 10
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
19.1 Onderhandse lening
Vreemd vermogen

- Vreemd vermogen op lange termijn > jaar beschikbaar
- Vreemd vermogen op korte termijn < jaar beschikbaar
- Deel van langlopende lening dat binnen een jaar moet worden afgelost, wordt tot kort
vreemd vermogen gerekend en andersom

Onderhandse lening

- Onderhandse lening = lening op lange termijn die door één geldgever (vaak familie) wordt
verstrekt
- Direct overleg tussen geldgever en geldnemer om leningsvoorwaarden (rentepercentage,
manier van aflossen)
- Wordt vaak als achtergestelde lening verstrekt
- Voordeel; nauwelijks bijkomende kosten (afsluitkosten, bemiddelingsoverleg)
- Nadeel; afspraken worden soms niet goed vastgelegd; leidt tot conflicten in toekomst

Achtergestelde lening

- Achtergestelde lening = lening die pas hoeft te worden terugbetaald als alle andere schulden
zijn betaald (lijkt op eigen vermogen)
- Maakt het voor ondernemer eenvoudiger om ander vreemd vermogen aan te trekken want
geldgevers lopen minder risico op niet-terugbetaling en omdat de financiële positie van de
lenende onderneming sterker is dan wanneer ze slechts over een beperkt bedrag aan eigen
vermogen beschikt.

19.2 Hypothecaire lening
Hypothecaire lening

- Hypothecaire lening = geldlening op onderpand van een onroerende zaak
- Geldnemer is hypotheekgever, geldgever is hypotheeknemer
- Bank kan risico op niet terugbetaling verlagen door verplichte aflossingen in het contract op
te nemen

Lineaire hypotheek

- Lineaire hypotheek = hypotheek waarbij elke periode een gelijk bedrag aan aflossing wordt
betaald
- Ondernemer hoeft elke periode minder te betalen door aflopende rente
- Ondernemer mag interestkosten, kosten van onderhoud en waardevermindering als gewone
bedrijfskosten nemen  verlagen fiscale winst
- Aflossing beïnvloedt alleen samenstelling van zijn vermogen

Annuïteitenhypotheek

- Ondernemer betaald een gelijkblijvend bedrag aan interest en aflossing samen
- Annuïteit = periodiek bedrag aan interest en aflossing samen
- Samenstelling van uitgaven varieert wel; interestdeel wordt steeds kleiner, aflossing wordt
steeds groter

, 19.3 Obligatielening
Obligatielening

- Obligatie = bewijs van deelneming in geldlening
- Obligatielening = geldlening op lange termijn die in kleine bedragen is opgesplitst;
aantrekkelijk als onderneming erg groot is
- Nadeel t.o.v. onderhandse lening; emissiekosten (voor uitgeven obligaties) en
administratiekosten
- Obligatielening kan ook achtergesteld zijn; andere schuldeisers krijgen dan geld eerder terug
- Vaak gebruikt voor aanschaf vaste activa

Prospectus

- In een prospectus worden bijzonderheden over de instelling of onderneming en de
obligatielening vermeldt
 Verhouding tussen eigen en vreemd vermogen
 Resultaten afgelopen jaar en toekomstverwachtingen
 Doel van lening en grootte van het te lenen bedrag
 Datum waarop emissiekoers bekend wordt gemaakt
 Hoe en wanneer aflossen
 Tijdstip waarop moet worden ingeschreven
 Tijdstip waarop obligaties beschikbaar zijn en moeten worden betaald

Beurskoers

- Obligaties kunnen via effectenbeurs worden verkocht
- Beurskoers is afhankelijk van rentestand; als rentestand > interestvoet van obligaties, ligt de
koers onder de 100%

Aflossen obligatie

- Aflossing in één keer aan het einde looptijd lening
- Aflossing in gedeelten gedurende een aantal jaren door middel van uitloting op het eindcijfer
- Inkopen van de eigen obligaties

Overeenkomsten aandelen en obligaties

- Manier om aan lang vermogen te komen
- Beide zijn alternatieve belegginspapieren
- Kunnen via effectenbeurs kopen en verkopen

Verschillen

Plaatsen obligaties

- Tegen nominale waarde (a pari)
- Boven nominale waarde (boven pari  agio)
- Onder nominale waarde (onder pari  disagio)

Agio op obligaties

- Ontstaat als interest op obligaties hoger is dan de marktrente op het moment van plaatsing

19.4 Converteerbare obligatielening

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller matheavanputten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.34
  • (0)
  Add to cart