• Verzameling van mensen die een bepaald doel willen bereiken
• Met een groep maak je meer kans om een doel te bereiken
2. Een onderlinge afhankelijkheid
• Individuen die op een bepaalde manier van elkaar afhankelijk zijn
• Als er een bepaalde gebeurtenis plaatsvindt, beïnvloedt die niet alleen een individu, maar
ook een hele groep
3. Interactie
• Individuen die directe contacten met elkaar onderhouden
• Accent ligt op de interactie die aanwezig moet zijn tussen de groepsleden
4. Een sociale eenheid
• Sociale eenheid die uit 2 of meer personen bestaat die zichzelf als lid van groep beschouwen
• Pas een groep als individuen zichzelf zien als deel van die groep
5. Wederzijdse beïnvloeding
• Individuen die elkaar beïnvloeden
6. Normen en rollen
• Interacties worden door normen en rollen gestructureerd
• Die rollen en normen kunnen schriftelijk of mondeling vastgelegd zijn
Conformiteit = de mate waarin groepsleden zich aanpassen aan de geldende groepsnormen
Uniformiteit = verwijst naar het met elkaar in overeenstemming zijn, de eenheid of samenhang
Elke groep kent een andere vorm van hechting of cohesie: beïnvloedt door 3 factoren
1. Druk van buitenaf
2. Een taak succesvol afronden
2. Moeilijk verkregen mandaat
, 1.2 Wat is een team?
= Werken samen, maar niet ieder samenwerkingsverband is een team
Een groep wordt een team als:
• Het teambelang voorgaat op het eigenbelang
• Er cohesie is
• Iedereen bijdraagt aan het gezamenlijke doel
• Er een goede samenwerking is
• Iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt
• Iedereen elkaar waardeert
• De communicatie op een goede manier verloopt
• Successen een gezamenlijk resultaat zijn
Volgens Stevens:
1. Twee of meerdere leden met onderlinge afhankelijkheid
• Teamleden zijn op elkaar aangewezen om hun taak te kunnen uitvoeren
• Team functioneert altijd in ruimer werkverband
2. Een taak vervullen
• Taakafhankelijkheid is de mate waarin een teamlid informatie, materialen en ondersteuning
nodig heeft en daarvoor afhankelijk is van teamleden om zijn taak effectief uit te voeren
3. Een gezamenlijk doel
• Samen naar een gezamenlijk doel of eindresultaat werken
• Samenwerking vergroot vertrouwen en verbetert de sfeer binnen het team
4. Het organisatorische verband
• Team functioneert altijd binnen de visie en missie van de organisatie, regelgevingen en
procedures
• Beïnvloeden elkaar wederzijds
5. Een team heeft gedeelde waarden en normen
• Zorgen voor een zekere gelijkheid in opvattingen, doelstellingen en gedragingen
• Maakt het maken van beslissingen vanuit wederzijds begrip mogelijk
, 2. De ontwikkelingsfases van Tuckman
2.1 Bespreking van het model
• Model helpt om meer zicht te krijgen op groepen en kan ook nuttig zijn om groepen naar
zichzelf te leren kijken
• Tuckman stelt dat groepen zich in elke fase met andere thema’s bezighouden en dat dat het
gedrag van de groep beïnvloedt
• Elk stadium heeft de groep een licht verschillende doel. Een team moet de verschillende
stadia doorlopen om uiteindelijk effectief te kunnen samenwerken en functioneren
De 5 ontwikkelingsfases:
1. Forming (vormen/ontstaan team)
• De teamleden kennen elkaar nog niet
• De teamleden zijn onwennig, onzeker en angstig
• Ze zijn sterk afhankelijk van de teamleider
• Ze richten hun communicatie meestal naar de teamleider
• De teamleden nemen weinig of geen initiatief
• Ze communiceren beleefd
• Ze voeren opdrachten netjes uit
• Ze houden hun eigen mening vaak nog voor zich
• Ze relativeren latente conflicten
→ Einde aan forming fase als: teamleden afwachtende houding loslaten en spontaan reageren
2. Storming (conflict fase)
• De rollen worden duidelijk bepaald en afgebakend
• Er ontstaan onderlinge irritaties en conflicten
• De leden komen op voor hun eigen belangen
• Het ik-gevoel is sterker aanwezig dan het wij-gevoel
• De teamleider wordt bekritiseerd
• Grenzen worden uitgetest
• Teamleider heeft in deze fase begeleidende rol
→ Naar volgende fase als: teamleden mogelijke conflicten zelf oplossen
3. Norming (op een volwaardige manier samenwerken)
• Teamleden zijn zich ervan bewust dat ze elkaar nodig hebben om resultaten te bereiken
• Ze zijn bereid om van elkaar te leren
• Het werk wordt vlot afgehandeld
• De teamleden stellen meer vragen aan elkaar in plaats van te oordelen
• Er worden duidelijke afspraken gemaakt
• De groepsbinding komt op gang
• Er ontstaat een wij-gevoel
→ Naar volgende fase als: in de groep duidelijke afspraken en normen vastgelegd zijn/cohesie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller student291. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.81. You're not tied to anything after your purchase.