100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Accountancy Module 5-12 Bedrijfskunde TEW $5.42   Add to cart

Summary

Samenvatting Accountancy Module 5-12 Bedrijfskunde TEW

 81 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Accountancy Module 5-12 Bedrijfskunde TEW

Preview 3 out of 19  pages

  • September 12, 2022
  • 19
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Accountancy
module 5 t/m 12

Oprichtingskosten (klasse 20) we gaan gewoon de volgorde van de resultatenrekening af
Module 5: Immateriële vaste activa (21) en matteriele vaste activa (22)
IMV (rekening 21): middelen van onlichamelijke aard die geactiveerd worden om kosten
te kunnen spreiden over de gebruiksduur
> Een goed of dienst wordt geactiveerd opdat de kost ervan gespreid kan worden over
meerdere jaren (opdat ze aan de buitenwereld kunnen tonen dat ze geen groot verlies
geleden hebben)
1. Registratie van IMV bij aanschaffing ervan (.0 rekening gebruiken)
• Aankoop (aankoopkost)
> klasse goed (21)
> stijging schuld aan de leverancier (440 of 489)
> BTW (411) terug te vorderen want jij hebt de BTW betaald
Handelsgoederen (groep 60), diverse goederen of verbruiksgoederen (groep 61)
> Kosten moeten nog niet geboekt worden aangezien we er nog niets mee
gerealiseerd hebben (periode toerekeningsprincipe)
• Inbreng (inbrengwaarde); groep 10
> Er is enkel BTW op de levering van een goed of een dienst in België
• Eigen productie (vervaardigingsprijs); indirecte activering
> Activering van kosten (overboeken)
> Kosten worden activa (resultatenrekening > balans)
72, 451,411 (als eindejaarsverrichting)
• Bij een overname van een onderneming wordt er goodwil (212) betaald indien
het betaald bedrag voor de overnamen hoger ligt dan de nettowaarde van de
actief - waarde van de schulden van het over te nemen onderneming (geen
lichamelijke vorm), overname van een onderneming brengt voordelen met zicht
mee die niet zichtbaar zijn in de resultatenrekening
Waarde van de onderneming bereken: actief – schulden (VV)

Intercalaire intresten (6502) (rentekosten (6500) die betrekking hebben op de periode
voor de bedrijfsklaarheid van een IVA)
> Intresten van een VA tijdens zijn levensduur zijn financiële kosten en worden dus in de
resultatenrekening geplaats

• Vooruitbetalingen (213)
> Geen gebruik maken van de gewone rekening maar wel van de rekening van de
vooruitbetaling, stijging van de bank en BTW indien nodig
> Een vooruit betaling zorgt ervoor dat de vordering te opzichten van de klant
veranderd, hij moet dan minder betalen

2. Registratie tijdens de levensduur
2.1 IVM met een beperkte levensduur
! HOU ALTIJD REKENING MET PRO RATA OF NIET
• Normale afschrijvingsplan, volgens een plan (.9 rekening daalt)
> Actief daalt en kost (rekening 63) stijgt (altijd)
De aanschaffingswaarde wil je niet uit het oog verliezen dus daar maak je voor de
afschrijving geen boeking op, enkel op de .9 correctierekening (opdat er geen
informatie verloren gaat)
> Terugname van deze afschrijving is geen verplichting
• Aanvullende afschrijving indien BW groter is dan GW (6601)
> Boekwaarde moet aangepast worden, dalen > in de boekhouding willen we
altijd zo goed mogelijk de realiteit weergeven (vergelijk de boekwaarde met de
gebruikswaarde, die moeten altijd overeenkomen)
> Boekwaarde berekenen: .0 rekening -.9 rekening
1. Om de boekwaarde van jaar X te berekenen moet je eerst de normale
afschrijving van dat boekjaar nemen (niet reccurente bedrijfskosten 6601)
2. Boek in de correctie rekening het verschil tussen de GW en de BW na de

, normale afschrijving
3. Maak een nieuw afschrijvingsplan afhankelijk van de resterende jaren en de BW
> Terugname van deze afschrijving is een verplichting
• Terugname van afschrijving indien BW kleiner is dan GW
1. Activa neemt toe met het verschil tussen de BW en de GW (na de normale
jaarlijkse afschrijving)
2. Niet reccurente bedrijfsopbrengst (7601) stijgt
3. Nieuw afschrijvingsplan opstellen
Maximaal afschrijvingstermijn voor goodwill en R&D is 10 jaar
Regeling van de fiscus: voorgang van de jaarrekening; informatie dat niet in de
jaarrekening staat zal niet aanvaard worden

2.2 IMV met een onbeperkte levensduur
> Jaarlijkse boeking moet niet gemaakt worden, enkel als er iets veranderd boekt men
• Waardevermindering BW is groter dan de GW
> Activa daalt met verschil tussen BW en GW
> reccurente bedrijfskost of niet- reccurente bedrijfskost (6308/ 6601)
!Als er na 10 jaar niets geboekt is, is de boekwaarde nog steeds gelijk aan de
aanschaffingswaarde
• Terugname van de waardevermindering
Boekwaarde is hetzelfde gebleven als na de waardevermindering
> actief stijgt met verschil tussen GW en BW
> niet reccurente bedrijfskost (7600); toename van EV, 100 (geen belasting) of
toename van opbrengst (wel belastingen)
Herwaarderen van een IMV is niet mogelijk (gebruikswaarde kan niet hoger zijn
dan de aanschaffingswaarde)
Onderneming mag geen winst uitkeren als het nettoactief (totaal actief - voorzieningen –
schulden – nog niet afgeschreven bedragen van oprichting) kleiner is dan het
onbeschikbaar eigen vermogen (bedrag van gestorte of opgevraagde kapitaal +
wettelijke reserves

IFRS: enkel de kosten van ontwikkeling mogen geactiveerd worden, kosten van
onderzoek voldoen namelijk niet aan de definitie van een actief

Module 6: Materiele vaste activa (22-27)
Hoofdstuk 9 in het handboek
> Materiele middelen die door de onderneming worden verkregen om op een duurzame
manier gebruikt te worden, op lange termijn
1. Registratie bij verwerving
> aankoop, inbreng, eigen product; indirecte activering (idem IVA), leasing
Indien er bij de aankoop of inbreng van een MA extra kosten bij komen mag je die
kosten activeren, optellen bij de aankoopprijs, ze zijn namelijk nodig om het goed
gebruiksklaar te maken
Echter mag de kost van de notaris niet geactiveerd worden, wel kan de kost verspreid
worden indien hij bij de oprichtingskosten (200) terecht komt
> Die kosten zijn niet nodig om een goed gebruiksklaar te maken, wel zijn ze nodig om
de oprichting van een onderneming mogelijk te maken
Bij de eigen productie mag de vervaardigingsprijs (kost voor eigen productie) niet groter
zijn dan de aanschaffingswaarde (kost om het in de winkel te kopen)
> Directe productiekosten: indirecte productiekosten + intercalaire intresten

Intercalaire intresten: rente op vreemd vermogen dat wordt gebruikt voor financiering
van (I)VA in de periode dat de activa nog niet bedrijfsklaar is (kost die gebruikt wordt om
een product gebruiksklaar te maken)
> Opgenomen in de aankoopprijs/ aanschaffingswaarde en afgeschreven (niet verplicht)
Intercalaire intresten (voor bedrijfsklaarheid) activeren:
1. Renten overbrengen naar de .0 rekening, optellen met de aanschaffingswaarde



2

, 2. Kostenrekening crediteren (bedrag moet uit RR); 6502 en niet 72
> Renten na gebruiksklaarheid mogen niet meer geactiveerd worden (6500)
Salariskosten, personeelskosten gaan gepaard met een boeking van schulden
Benodigdheden om een actief gebruiksklaar te maken: personeelskosten (directe
activering) en intrestkosten (intercalaire intresten)

De directe productiekosten bij de vervaardigingsprijs (eigen productie) mag je optellen
bij de vervaardigingsprijs en activeren of als een kost in de RR plaatsen (idem
intercalaire intrest; keuzen)
> Net als bij de herstructureringskosten gebruiken we een kostenrekening voor de
tegenboeking bij het activeren van de intrest (6502)
Directe bedrijfskosten zijn verplicht om mee opgeteld te worden met de
aanschaffingswaarde of vervaardigingswaarde en moeten mee afgeschreven worden
!notariskosten mogen niet zo maar bij de aanschaffingswaarde worden opgeteld,
namelijk niet nodig om een goed gebruiksklaar te maken, indien men toch de kost wil
spreiden maakt men best gebruik van de oprichtingskosten (van belang om de
onderneming op te richten 200)

1. MVA met een beperkte levensduur (activering)
• Normale afschrijving
• Aanvullende afschrijving
> vergelijk de GW altijd met de BW na de jaarlijkse normale afschrijving
(boekwaarde > gebruikswaarde)
• Terugname van afschrijving (GW> BW)!
> Actief stijgt en bedrijfsopbrengsten stijgen (7602)
> Indien we afwijken van het afschrijvingsplan moeten we gebruik maken van
een niet reccurente bedrijfskost!
Geen vast afschrijvingstermijn voor MVA maar fiscus heeft wel vooropgestelde
termijnen die gerespecteerd moeten worden

Problematiek van de afschrijvingsbedragen > periode toerekening principe (kosten en
opbrengsten moeten matchen) (verschillende productie patronen)

Determinanten van de afschrijvingsannuiteit; afschrijvingstempo, residuwaarde na
levensduur (geen kost), aanschaffingswaarde en gebruikswaarde
> Afschrijvingsbedrag: aanschaffingswaarde – residu waarde (meestal gelijk aan 0)
Afschrijvingsmethodes
• Lineaire afschrijving
> Gelijkmatig afschrijven over de levensduur (kost en opbrengst is elk jaar
hetzelfde)
• Afschrijving van vast percentage op de boekwaarde
> Degressieve methode; van een hoog afschrijvingsbedrag naar een lager
afschrijvingsbedrag
het dubbele van het lineair afschrijvingen % wordt afgeschreven; max 40% van
de boekwaarde van het voorgaande jaar)
> Indien jaarlijkse afschrijving < lineair bedrag; overstappen naar lineaire
afschrijving
• Afschrijving op basis van productie-eenheden; jaarlijkse productie * kost per
eenheid
> Afschrijven o.b.v. gebruik (capaciteit) i.p.v. levensduur
> Een hoge jaarlijkse productie zorgt voor een hoge jaarlijkse afschrijvingskost
(periode toerekening principe)
• Afschrijving gebaseerd op de som van jaarnummers
> Verschil tussen opeenvolgende afschrijvingsannuïteiten is constant (progressief
of degressief)
Formule: overblijvende levensduur/ som de levensduur van de VA *
aanschaffingswaarde


2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EllaMaes. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77988 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.42  1x  sold
  • (0)
  Add to cart