Dit zijn al mijn aantekeningen van psychologie uit blok 4 van alle hoorcollege's. De literatuur die hierbij hoort is uit het boek van S. Oostra Psychologie en opvoeden.
§HC1 – Wat is psychologie? Verschillende perspectieven
Oostra, S.H. (red.) (2018). Psychologie en opvoeding. Amsterdam: Pearson Benelux
Hoofdstuk 1: Geschiedenis en onderzoeksmethoden van de psychologie
Hoofdstuk 1.2: Wat zijn de zes belangrijkste perspectieven van de psychologie
Wat is psychologie?
Psychologie is de wetenschap die zich richt op het beschrijven, verklaren en
voorspellen van het gedrag, de gedachten en de emoties van mensen
Verplaatsen in een ander, gedrag verklaren en daar interventies op baseren
Gaat ook over de vraag; wat gebeurt er tussen waarneming, interpretatieve en
gedrag?
3 thema's – gedachten, emoties en gedrag en de wisselwerking tussen deze thema's
Klinische psychologie – hier ligt de focus op stoornissen en wordt bekeken hoe emoties,
gedachten en gedrag afwijken van wat normaal is
Geschiedenis
William James en Wilhelm Wundt worden gezien als de grondleggers van de
psychologie
Wetenschappelijke oordelen – veronderstellingen grondiger toetsen voordat er
een oordeel wordt geveld en het gebruik van methodiek
James – eerste psychologieboek over vrije wil, bewustzijn, gewoontes en emoties
Hoe nemen mensen de objectieve werkelijkheid waar?
Welke mentale processen spelen hierbij een rol?
Hoe komen die mentale processen concreet tot uiting in gedrag
René Descartes (nature denker) – je moet eigenlijk altijd twijfelen aan je opvattingen
Onderzoek naar de vraag ‘hoe is ware kennis mogelijk?’
Hij was de eerste die stelde dat de mens een combinatie is van lichaam en geest
Hij maakte onderscheid tussen reflexen en vrije wil
Dualisme – ieder mens bestaat uit een ziel en een lichaam en de ziel is in staat
het lichaam aan te sturen
John Locke (nurture denker) – empirisme en tabula rasa
Hij stelde dat alle kenmerken van mensen tot stand komen door ervaring
3 principes die nog onderzocht worden
Leren door associatie – de associaties die je kunt maken tussen twee
zaken
Leren door straffen en belonen – een mens leert ook door het effect dat
zijn gedrag heeft
Leren door middel van imiteren – het leren via het imiteren van een
rolmodel
Iedereen kan alles leren, zolang de omgeving geschikt is
Immanuel Kant – voegde nature en nurture samen
Aangeboren structuur (begrippen, zoals oorzaak en gevolg en tijd) in het
verstand (nature) die zintuigelijke ervaringen ordent in categorieën (nurture)
Aangeboren begrippen en waarnemingsvormen: waarnemen in tijd en ruimte en
begrippen zoals causaliteit ordenen de waarnemingen
Hermann von Helmholtz – hoe speelt ervaring een rol bij waarneming?
Experimenteren met waarnemingen
Gustav Theodor Fechner (experimenten die voortkwamen uit de methodiek van
von Helmholtz): niet objectieve verschillen maar verhouding tussen verschillen
bepalen ervaring/ waarneming
Psychologische fenomenen zo objectief te meten
1879 – laboratoria geopend voor psychologisch onderzoek
De objectieve en de subjectieve wereld (Kant)
Zoals de werkelijkheid op zichzelf is vs de wijze waarop wij deze waarnemen/de wijze
waarop de wereld aan ons verschijnt
Objectieve wereld – die bestaat uit zaken zoals ze echt zijn, onafhankelijk van de
menselijke waarneming.
De interpretatie van de objectieve wereld bestaat uit de we waarnemen met
onze zintuigen
Subjectieve wereld – verschilt per persoon en is afhankelijk van hoe onze zintuigen
werken
,Onderzoek empirische cyclus
Beschrijvend – de onderzoeker wilde een situatie beter in kaart brengen
Vergelijkend – hierbij ligt de focus op de vraag of er verschillen bestaan tussen
specifieke groepen
Verklarend – om de vragen die ontstaan bij een vergelijkend onderzoek te
beantwoorden wordt er gebruik gemaakt van een verklarend onderzoek
Evaluerend – de vraag of interventies werken staat centraal in het evaluerende
onderzoek
Perspectieven
Biologisch perspectief
Gedrag: samenspel van de genen, de hersenen het zenuw- en hormoonstelsel
Omgevingsinvloeden en natuurlijke selectie, voorbeeld ns mensen met
beste executieve functies worden later de beste.
Puur hoe het zit in de hersenen, meegekregen van de ouders, genetisch
bepaald.
Cognitief perspectief – het startpunt van de moderne psychologie. Nadruk wordt gelegd
op geestelijke activiteiten (dingen die je niet kunt zien zoals, goh wat ben jij slim maar
oké wat is slim het is ongrijpbaar.)
Een kind leert bewust wat wel/niet de bedoeling is in contact met volwassenen, dit
heeft hij opgeslagen in zijn geheugen en wordt teruggehaald.
Gedrag wordt bepaald door hoe de omgeving erop reageert, straffen en belonen.
Introspectie – kijken naar het bewustzijn van binnenuit
Structuralisme vs functionalisme
Structuralisme – door middel van introspectie ontdekt men de structuur
van het bewustzijn. D.m.v. vragen krijg je een beeld hoe het eruit ziet
vanbinnen.
Functionalisme – Functionaliteit van het bewustzijn bestuderen via
introspectie (geïnspireerd op Darwin), met het doel functies te verbeteren.
Steeds beter te worden bijv. in taal of geheugen.
Zintuigelijke waarnemingen en introspectie = beschrijving innerlijke, bewuste
ervaringen
Wundt dacht dat je de geest op zou kunnen delen in elementen (net als bij het
periodiek systeem) bijv. introvert en extrovert.
Gestalt – het bewustzijn is heel actief bezig als geheel bij het waarnemen van
de werkelijkheid. (Wat mensen vertellen op je vragen is nooit helemaal waar
omdat het bewustzijn veel meer is) (kritiek op het periodieke idee van Wundt)
Gedrag – resultaat van iemands unieke patroon van waarnemingen en
interpretaties van ervaringen (allen legde nadruk op cognitie geestelijke
activiteiten, herinneringen.
Whole Person perspectief
Psychodynamische psychologie - Freud
Freud keek naar de gehele persoon en niet naar onderdelen daarvan dus
niet naar de hersenen of geschiedenis.
Focust zich op onbewuste conflicten(trauma’s), hij dacht dat we bepaalde
problemen verdringen
Ontwikkeld de ‘vrije associatie’ en dromen
Humanistische psychologie – Klinische benadering die de nadruk legt op de
positieve kant mens; mogelijkheden, groei, potentie en de vrije wil van de mens
Karaktertrekken en temperament – psychologisch perspectief dat gedrag en
persoonlijkheid ziet als de producten van fundamentele psychologische
kenmerken
Karakter is vaststaand en kijkt naar de Big-Five karaktertrekken
Ontwikkelingsperspectief – nadruk op erfelijkheid en omgeving, en op voorspelbare
veranderingen die zich voordoen tijdens de levensloop – interactie omgeving en
erfelijke factoren. Nature of nurture? Combi hiervan is ontwikkelingspsycholoog.
, Gedrag is een interactie tussen erfelijkheid en omgeving en voorspelbare
veranderingen
Behavioristische perspectief (nurture)– invalshoek die de bron van onze handelingen
zoekt in de stimuli vanuit de omgeving, en niet vanuit innerlijke mentale processen
Kijkt alleen naar direct waarneembaar gedrag (bot aanbieden gaat die kwijlen.
Wat zie je en wat. Voor effect heeft dat).
Aandacht voor de manier waarop ons handelen wordt gevormd door de
consequenties van acties (beloningen, zorgen voor gedrag verandering)
Gedrag komt voort uit prikkel van de omgeving
- Hoe korter de fixatie tijd (kijken naar voorwerp), hoe intelligenter de baby wordt later.
Socioculturele perspectief – nadruk op belang van sociale interactie, sociaal leren en
culturele invloeden
Gedrag gaat over sociale en culturele invloeden die gedrag kunnen veroorzaken
door andere factoren overstemmen
Nadruk op belang van sociale interactie, sociaal leren en culturele invloeden
(taal, gewoonten, waarden, tradities): Kracht van de situatie
Crossculturele psychologie – verschillen psychologische processen tussen
verschillende culturen?
Je doet iets omdat iedereen dat doet.
- Kracht van de situatie wordt belangrijk, belang van sociale interactie, hoe gedragen
anderen zich? Schikken hun ook zo erg als jou? Als dat niet zo is pas je jezelf sneller
aan de andere mensen. Mensen zijn schapen en volgen elkaar.
Meestal combinatie van perspectieven nodig voor gedrag te verklaren.
Weten voor de toets;
1 vraag over nature en nurture
1 vraag over de perspectieven
Ucs, ucr, ns (neutrale stimilus), cs, cr deze betekenissen weten, hier komt vraag over.
Zintuigen gebruik je om een (UCS) stimulus te ontvangen. Daar volgt een respons op. Dus
niet aangeleerd is (UCR, ongeconditioneerde respons). Neutrale stimulus; hond bel ging
rinkelen is ns.
Klassiek conditioneren Pavlov;
UCS Bot
UCR Kwijlen
NS Bel
CS Bel
CR Kwijlen
Hoorcollege 2; de omgeving
Oostra, S.H. (red.) (2018). Psychologie en opvoeding. Amsterdam: Pearson Benelux
Hoofdstuk 2: Sociale en persoonlijke ontwikkeling tijdens de vroege volwassenheid
Hoofdstuk 4.1, 4.2: Sociale en persoonlijke ontwikkeling tijdens de middelbare leeftijd
Vr.volw. (tot 35) Intimiteit vs. Isolatie
Middelb. volw. (tot 65) Generativiteit vs. Stagnatie
Ouderdom ego-integriteit vs. Wanhoop
Erikson- jong volwassenen
Intimiteit versus isolatie: adolescentie-30
- Accent op ontwikkelen hechte relaties met anderen
- Eigen behoeften opofferen voor de ander
- Seksuele bevrediging op zichzelf, maar ook partner
Los beneficios de comprar resúmenes en Stuvia estan en línea:
Garantiza la calidad de los comentarios
Compradores de Stuvia evaluaron más de 700.000 resúmenes. Así estas seguro que compras los mejores documentos!
Compra fácil y rápido
Puedes pagar rápidamente y en una vez con iDeal, tarjeta de crédito o con tu crédito de Stuvia. Sin tener que hacerte miembro.
Enfócate en lo más importante
Tus compañeros escriben los resúmenes. Por eso tienes la seguridad que tienes un resumen actual y confiable.
Así llegas a la conclusión rapidamente!
Preguntas frecuentes
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
100% de satisfacción garantizada: ¿Cómo funciona?
Nuestra garantía de satisfacción le asegura que siempre encontrará un documento de estudio a tu medida. Tu rellenas un formulario y nuestro equipo de atención al cliente se encarga del resto.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sterrelangeveldd. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for $6.61. You're not tied to anything after your purchase.