1.1.1 DEFINITIES
Wanneer heeft een kind een taalontwikkelingsstoornis? Als de taal achterblijft of negatief afwijkt van het
normale verloop van het taalverwervingsproces. De stoornis kan betrekking hebben op alle, één of enkele
fonologische, morfologische, semantische, syntactische of pragmatische componenten van het taalsysteem.
Personen met taalstoornissen hebben vaak problemen bij het verwerken van zinnen of bij het abstraheren van
informatie die op een zinvolle manier wordt opgeslagen en uit het korte- en langetermijngeheugen wordt
opgehaald.
1.1.2 GEMIDDELD – NORMAAL VERLOPENDE TAALONTWIKKELING
Wat is gemiddeld & wat is normaal? Er zijn grote variaties wat betreft taalaanvang en tempo van
taalverwerving.
- Grote kans op spontane inhaalbeweging
- Tijdelijk temporiseren/vertragen/opschuiven
Dus moeten we ruime marges nemen voor de definiëring van normaal
1.1.3 REGIONALE EN SOCIALE VARIATIES
Moeten we de lat voor ieder kind gelijk leggen? Moet een kind voldoen aan de schoolnorm? Moet een kind
perfect kunnen spreken om naar het eerste leerjaar te gaan?
De regionale en sociale verschillen zijn vervaagd
- Er zijn minder dialectsprekers dan vroeger
- Er zijn meer peutertuinen en we gaan meer en vroeger naar de kleuterschool
Er is meer twee- en meertaligheid
- Grotere mobiliteit
- Meer asielzoekers
1.1.4 VERTRAGING OF STOORNIS (P.34-40)
Vertraging wordt in de literatuur ook language delay of specific language delay. Late bloomers geeft aan dat
het om kinderen gaat waarbij de taalontwikkeling duidelijk later op gang komt dan verwacht.
Bij VSTO heeft een kind een achterstand in zijn spraak-en taalontwikkeling ten opzichte van leeftijdsgenoten.
Dat is meestal het gevolg van een iets minder goede taalaanleg, het kind heeft meer tijd nodig dan
leeftijdsgenoten om hetzelfde taalniveau te bereiken.
Er kan een stoornis zijn op vlak van (1) Spraakontwikkeling, op vlak van (2) taalproductie of op (3) zowel
taalbegrip als taalproductie of op (4) alles.
1
, Kinderen met VSTO hebben nood aan logopedie. Er kan sprake zijn van een voorbijgaand probleem (Dat is
wanneer de spraak-en taalachterstand drastisch vermindert of volledig verdwijnt Er was dus een
taalvertraging, maar geen hardnekkig taalontwikkelingsstoornis)
Kinderen met enkel problemen in de taalproductie hebben meer kans om positief te evolueren dan kinderen
die zowel taalbegrips- als taalproductieproblemen hebben <-> Kinderen met enkel spraakproblemen hebben
meer kans positief te evolueren dan kinderen met spraak-en taalontwikkelingsproblemen.
VSTO op jonge leeftijd, zorgt ook voor minder goede resultaten op taal gerelateerde vaardigheden (lezen en
spellen) op latere leeftijd.
- Hoewel hun taalproblemen verdwenen zijn, scoren ze in hun adolescentiejaren ook vaak zwakker op
mondelinge taaltests dan leeftijdsgenoten
- Daarom belang op VSTO goed te blijven opvolgen, want ze hebben ook vaak last van
restverschijnselen
Vertraging Stoornis
Alle stappen uit de normale ontwikkeling worden Er zijn kenmerken die niet in een normale
doorlopen ontwikkeling voorkomen
Harmonische ontwikkeling Disharmonische ontwikkeling
De vaardigheden worden later dan normaal De ontwikkeling verloopt anders en zeer moeizaam
verworven
Door extra bezig te zijn met het kind kan de Een stoornis lost niet vanzelf op, er is altijd therapie
achterstand ingehaald worden nodig
Een zeer ernstige vertraging is ook een stoornis Er zijn gradaties is ernst
Zelfs bij een succesvolle behandeling blijven er altijd
restverschijnselen bestaan
1.1.5 VOORBIJGAAND OF PERSISTEREND
Onderzoek van Bishop en Edmundson (1987)
Aard van de taalstoornis 4-jarigen Verbetering 5;6-jarigen Geen verbetering 5;6-jarigen
Specifiek taalprobleem 44% 56%
Algehele vertraging 11% 89%
- SLI: 44% van de 4-jarigen is verbeterd na 1,5 jaar
- Algemene ontwikkelingsachterstand: Slechts 11% is verbeterd na 1,5 jaar
Vervolgonderzoek Stothard et al. (1998)
Leeftijd: 15 jaar
Spraak/taal + Spraak/taal - Algehele vertraging
Leeftijd van 5;6 Spraak/taal opgelost 17 8 1
jaar
Spraak/taal blijft 3 21 6
bestaan
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller msxxx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.