Aardrijkskunde samenvatting
BuiteNLand
Havo 5
Hoofdstuk 2: Endogene en exogene processen
Paragraaf 2.2: De opbouw van de aarde
-De aarde bestond zo’n 4,5 miljard geleden uit een grote klodder roodgloeiend gesteente.
Door de afstand met de zon begon de afkoeling. De buitenkant stolde tot een harde korst en
de aarde kromp hierbij.
-Met de huidige boortechnieken kunnen we niet dieper dan 10 kilometer graven. Daarom
hebben onderzoekers andere technieken bedacht om te onderzoeken hoe de aarde in elkaar
zit.
--> bij een aardbeving ontstaan trillingen die vervolgens dwars door de aarde gaan. Door dit
overal op de wereld te vangen en registreren hebben Seismologen (aardbevingsdeskundige)
aan de hand van deze gegevens kunnen afleiden hoe de aarde vanbinnen is opgebouwd.
--> In de kern van de aarde zit vast gesteente --> daaromheen traag stromend gesteente -->
in de mantel en buitenkant een harde korst.
-De temperatuur neemt met 3 graden C toe per 100 meter. Bij het winnen van delfstoffen
moeten mijnwerkers hier rekening mee houden en beschermd worden. In de kern is het
ruim 5000 graden C. Insane. Vanaf de aardkern tot de korst is ongeveer 6400 kilometer. Dat
zorgt ervoor dat de druk in de aardkern 4 miljoen maal hoger is dan aan het aardoppervlak.
-Het grootste deel van de aardkost bestaat uit oceaanbodem. Dat is ongeveer 8 kilometer
dik en bestaat uit basalt, een zwaar gesteente. Continenten zijn veel dikker, onder bergen zit
soms zelfs 40 tot 80 kilometer grond. Die bestaan uit een lichter gesteente genaamd graniet.
Beiden gronden ‘drijven’ op het mantelgesteente.
-Na 1950 kwamen er technieken om het reliëf van de zeebodem te bepalen. Meetschepen
zonden geluidsgolven uit en vingen ze weer op. Zo konden we nauwkeurige kaarten maken
van het reliëf van de bodem. Nu gebruiken we satellieten.
--> zo werd het systeem van ‘onderwatergebergten’ of midoceanische ruggen ontdekt. Maar
ook van hele diepe zeegleuven, troggen, langs de randen van de Grote Oceaan.
Paragraaf 2.3: Platentektoniek en aardbevingen
-De aardkorst is verdeeld in platen. Dat noem je aardkorstplaten. Ze bestaan uit continent of
oceaanbodem. De platen passen precies in elkaar, dit zorgt er voor dat platen bewegingen
aan elkaar doorgeven. Er zijn drie soorten bewegingen mogelijk:
1. Convergente beweging: wanneer twee platen tegen elkaar aan botsen. Bijvoorbeeld
een oceanische en continentale plaat. De zwaardere, oceanische plaat zakt hierbij
schuin weg onder de andere plaat. Er ontstaat een trog die steeds dieper wordt. Dat
heet subductie.
2. Divergente beweging: wanneer twee platen uit elkaar bewegen. Op plekken waar
het vloeibare mantelgesteente tegen de aardkorst drukt kan die breken. De lava
stroomt naar buiten. Door het stollen van de lava vormt zich een nieuwe
oceaanbodem.
, 3. Transforme beweging: wanneer twee aardkorstplaten langs elkaar bewegen en
dezelfde kant op gaan.
-Dit wat hier boven staat is de theorie van de plantentektoniek. De bewegingen in de platen
worden veroorzaakt door convectiestromen in de aardmantel. Heet magma komt naar
boven tegen de korst aan. Omdat het magma zijdelings moet terugstromen neemt het
stukken aardkorst mee. Op sommige plekken breekt de aardkorst zelfs en stroomt het
magma als lava naar buiten (VERGEET NIET; Onder de grond heet het magna, boven de
grond lava!!!), hierdoor ontstaan divergente breuken. De breuk wordt meteen gevuld met
lava --> stolt tot basalt --> ontstaan nieuwe oceaanbodem.
-Telkens als de aardkorsten uit elkaar bewegen en er ruime vrij komt gebeurd dit, er komt
dus telkens nieuwe oceaanbodem.
-Als er nieuwe bodem bij komt, moet het ergens anders verdwijnen --> dat gebeurd in
subductiezones --> de oceaanbodem wordt ‘gerecycled’.
-De zwaarste aardbevingen ontstaan bij convergente en transforme plaatbewegingen. Door
de ruwheid van het gesteente raken de platen af en toe klem. Wanneer de platen weer los
komen schuiven ze ineens een heel stuk op! Al die vastgezeten kracht komt dan ineens los.
De trillingen verspreiden zich alle kanten op, ook door de aarde heen.
-Seismografische stations meten aardbevingen. Zij meten de exacte plek van de aardbeving
in de aardkorst; de haard.
-De plek aan het aardoppervlak dat precies boven de haard ligt noemen we het epicentrum.
--> hoe dichter bij de haard, hoe heftiger de aardbeving.
-De verwoestende kracht van een aardbeving zit niet alleen in de trillen zelf, maar ook in de
daaropvolgende aardverschuiving --> grote stukken lossen materialen komen in één keer
naar beneden. Op een aardbeving op de oceaanbodem kunnen er enorme vloedgolven of
tsunami’s ontstaan die zeer verwoestend zijn.
Paragraaf 2.4: Vulkanisme
-Vulkanen zijn er in allerlei soorten en maten. De bouw en vorm hebben veel te maken met
de manier waarop hij uitbarst.
--> bij een midoceanische rug is in de aardkorst een breuk ontstaan waardoor magma
omhoog komt. Aan de randen van deze divergente breuk stolt de lava tot zwart basalt. Dit
vindt meestal plaats diep onder water.
-Op IJsland zit een grote breuk in het midden van het eiland. Door de dunne aardkorst
ontstaan daar op heel veel plekken vulkanen of barsten waarbij dunne lava via
spleeterupties naar buiten komt. Zo kan er dus zomaar een heel nieuw eiland ontstaan. Uit
de vloeibare lava van de oceaanbodem ontstaan dan een vlakke soort vulkaan: een
schildvulkaan
-In subductiezones zijn vulkaanuitbarstingen veel explosiever. Dat komt omdat daar de
samenstelling van het magma verandert. Omgesmolten oceaanbodem wordt daar gemengd
met zeewater. Dat gebeurt door de hitte in de aardkorst in subductiegebieden. Het
gesmolten gesteente is niet erg vloeibaar en het magma wil omhoog vanwege de hoge
temperatuur. De taaiheid van het gesteente houd dit tegen. Wanneer het magma toch
omhoog beweegt komen gassen vrij, en hoe meer gassen, hoe heftiger de explosie. Bij zo’n
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Abweegee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.