Endocrinologie
Wat zijn hormonen?
Communicatie tussen organen en weefsel en afstemming van lichaamsfuncties, hiervoor
bestaan 2 signaalsystemen:
1. Zenuwstelsel: ‘netwerk van bedrading’
2. Hormoonstelsel: signaalstoffen uit hormoonklier, via de bloedbaan naar andere
organen.
Hoe werken hormonen?
Functie op andere plek in het lichaam
o Bijv; oestradiol: aanmaak in eierstok,
werking in borstweefsel
Systeem van negatieve terugkoppeling
o Als er te veel is, moet de aanmaak op
lager pitje
o Als er te weinig is, moet de aanmaak
verhoogd worden
Systeem van ‘assen’
o Samenwerking tussen hypothalamus-
hypofyse-hormoonklier
Dag-nachtritme hormonen
o Bijv. cortisol
Hypothalamus en hypofyse: dirigent
Wat houdt endocrien onderzoek in?
Klinische verdenking op hormoonstoornis (bijv. uiterlijke kenmerken, (struma))
Meting van ‘eind’ hormoon en regelhormonen, waar in regelkring zit de stoornis?
Door remmings- of stimulatietesten het onderscheid tussen normaal en abnormaal duidelijk
te maken
Hormoon meten in het bloed
,Endocriene organen in ons lichaam:
- Hypothalamus
- Hypofyse
- Bijschildklier
- Bijnier
- Geslachtsklieren
- Eilandjes van langerhans in het pancreas
De regulatie door hormonen verloopt voor een groot deel buiten het centrale zenuwstelsel
om. Hormonen zijn stoffen die worden geproduceerd door:
- Klieren met een inwendige secretie: dit zijn klieren die geen aparte afvoergang
bezitten maar de stof (het hormoon) direct afgeven aan de bloedbaan
- Klieren met uitwendige secretie: vervoeren hun productie via een afvoergang bijv.
zweetklieren
Regulatiemechanisme:
Bij de hormoonsecretie speelt het begrip negatieve terugkoppeling een belangrijke rol. Het
wordt ook wel negatieve feedback genoemd. Dit is het verschijnsel dat een bepaalde stof de
stimulering van eigen productie remt
De hypothalamus produceert een hormoon dat de hypofyse aanzet tot de productie van weer
een ander hormoon. Dit stimuleert vervolgens een endocriene klier die daardoor het
uiteindelijke hormoon gaat produceren dat werkzaam is op het doelorgaan
Naarmate de productie van dit hormoon langer aanhoud zal het gehalte ervan in het bloed
stijgen. Hierdoor worden de hypofyse en de hypothalamus geremd. De hormoonproductie
van die organen daalt en dus zal de stimulering van de endocriene afnemen.
Er kunnen tegelijkertijd tientallen verschillende hormonen in de bloedbaan circuleren
Hoe is het mogelijk dat een bepaald hormoon ook precies het gewenste effect heeft?
Door het feit dat hormonen alleen invloed hebben op cellen die voor dat specifieke hormoon
gevoelig zijn. Dit worden doelwitcellen genoemd.
Op basis van hun chemische structuur en het effect dat ze op de doelwitcellen hebben,
kunnen hormonen in twee groepen verdeeld worden steroidhormonen en peptidehormonen
Hormonen
Zijn chemische boodschapperstoffen. Ze reguleren gedurende langere tijd de activiteiten van
cellen, weefsels en organen. Hormonen komen in het inwendige milieu rond cellen terecht en
binden aan receptoren op de membraan van de doelwitcel of dringen de doelwitcel binnen.
Ze beïnvloeden vervolgens de celactiviteit en/of de doorlaatbaarheid van de cemembraan
Steroidhormonen: is in staat zijn doelwitcel binnen te gaan. In het cytoplasma bindt het
hormoon zich aan een bepaald receptoreiwit en vormt zo een hormoonreceptorcomplex. Dit
complex dringt door tot in de celkern, waar zich het DNA bevindt. Het complex bindt op een
bepaalde plaats aan het DNA. Dit is een signaal voor het DNA om de aanmaak van
bepaalde eiwitten (meestal enzymen) te starten of juist te remmen.
Steroidhormonen zijn geslachtshormonen en bijnierschorshormonen
Peptidehormonen: dit zijn eiwitten de doelwitcellen van dit soort hormonen hebben een
voor dat hormoon gevoelige receptor in de celmembraan, die past bij de molecuulstructuur
van de hormonen. Zodra het hormoon langskomt gaat het van een binding aan met de
receptor op het moment dat de binding een feit is, gaat de cel reageren. De cel verkleint of
vergroot bijv. de doorlaatbaarheid van de celmembraan voor een bepaalde stof of verhoogt
of verlaagd zijn stofwisselingsniveau. Het gevolg kan dan meer of minder enzymafgifte zijn.
Peptidehormonen zijn insuline en het groeihormoon
, Regelkring:
Elk hormoonklier en het daar geproduceerde hormoon maakt deel uit van een eigen
regelkring. Een belangrijke stap in de regelkring is negatieve terugkoppeling. Bij negatieve
terugkoppeling wordt een van de schakels in de regelkring geremd in zijn activiteit. Het
gevolg is dat de volgende schakels in de regelkring ook minder actief worden.
Over het algemeen schommelt de concentratie van elk hormoon rond een voor dat hormoon
kenmerkend niveau. Dit niveau is de hormoonspiegel
Het hypothalamus hypofysesysteem
De hypothalamus is onderdeel van de hersenstam en bestaat uit zenuwvezels
De hypofyse (hersenaanhangsel) is een klein hormoonklier die met een dunne verbinding de
hypofysesteel, onderaan de hypothalamus hangt.
De hypofyse bestaat uit twee delen, elk met een verschillende functies. Het achterste deel is
de neurohypofyse en bestaat uit zenuwweefsel. Het voorstel deel is de adenohypofyse die
uit endocrien weefsel is opgebouwd.
Vanuit de hypothalamus lopen zenuwvezels naar de neurohypofyse (hypofyseachterkwab)
via deze zenuwvezels worden peptidenhormonen die in het hypothalamus zijn gemaakt, naar
de neurohypofyse afgevoerd. De neurohypofyse slaat de hormonen op en geeft ze zo nodig
af aan het bloed. De gehele proces wordt neurosecretie genoemd.
Neurohypofyse produceert zelf geen hormoon maar dienst als doorgeefluik.
Antidiuretisch hormoon ADH:
Het hormoon veroorzaakt een verminderde wateruitscheiding door de nieren. Het gevolg is
dat er meer water in het bloed blijft. Waardoor de osmotische waarde daalt.
De regelkring ziet er als volgt uit:
- Osmosensoren in de hypothalamus registeren een te hoge osmotische waarde
- De hypothalamus wordt gestimuleerd ADH te maken
- Via de neurohypofyse komt ADH in het bloed
- De nieren scheiden minder water uit
- De osmotische waarde van het bloed daalt
- Osmosensoren registeren de lagere osmotische waarde
- De hypothalamus wordt geremd in de afgifte van ADH
Oxytocine: de bevalling begint wanneer de progesteronconcentratie daalt en de
oxytocineconcentratie stijgt. Hierdoor komen de contracties van de baarmoeder (weeën) op
gang. Oxytocine bevordert de contracties van het gladde spierweefsel in de melkklieren van
de borsten, waardoor moedermelk naar de tepels schiet (toeschietreflex)
Glandotrope hormonen:
Werken in op andere hormoonklieren in het lichaam.
Thyroidstimulerend hormoon: TSH (schildklierstimulerend hormoon) dit hormoon zet de
schildklier aan tot de vorming van schildklierhormonen. De schildklierhormonen
Adrenocorticotroop hormoon: ACTH (bijnierschors stimulerend hormoon) dit hormoon
bevordert de aanmaak van corticosteroïden (schorshormonen) bepaalde corticosteroïden
remmen op hun beurt de ACTH productie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannevankempen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.11. You're not tied to anything after your purchase.