100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting beginselen van een democratische rechtsstaat $6.02
Add to cart

Summary

Samenvatting beginselen van een democratische rechtsstaat

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting beginselen van een democratische rechtsstaat, geschreven in 21/22, geldt ook nog in 22/23

Preview 3 out of 18  pages

  • Yes
  • September 20, 2022
  • 18
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Week 1: Inleiding; historie, bronnen en werking van het
Staatsrecht.
Een staat wordt vaak gezien als een groep mensen, wonend in een gebied waar de
grondwaarden van die gemeenschap in leefregels zijn neergelegd en bovendien worden
gehandhaafd. Vaak heeft het ook een gemeenschappelijke cultuur. Een staat is een
organisatie die voorrang heeft op andere organisaties en effectief gezag uitoefent over een
gemeenschap van mensen op een bepaald grondgebied.
Toepassing van dwang om regels te handhaven is kenmerkend voor een staat. De
staat zal daarbij geweld van particulieren zelden toestaan. Er zijn ook regels die niet met
dwang te handhaven zijn, zoals regels voor de staatsorganen. Binnen een staat zijn 1 of meer
organen bevoegd tot het uitoefenen van dwang. De regels die van toepassing zijn op de
organisatie van deze organen noemen we staatsrecht.

Volgens Machiavelli is gezag het tegenovergestelde van vrijheid; het beperkt juist de vrijheid.
Volgens Rousseau is er een sociaal contract tussen burgers en de vorst, de vorst moet de
burgers vrijheid en veiligheid geven. Gezag is uit vrijheid afgeleid, het zijn beperkingen die
men zichzelf heeft opgelegd. Staatsrecht dient een balans te vinden tussen een gezonde
gemeenschap en de vrijheid van het individu.

De grondslag van democratie is dat elke burger gelijkwaardig is en gelijke invloed heeft.
Een gezag dat besluiten neemt is onmisbaar voor het voortbestaan van een staat.
Toch komt vrijwel ieder belang in conflict met andere belangen. Het is continue een kwestie
van belangen afwegen en beslissen wat prioriteit heeft in de democratie.

Er is altijd gezocht naar middelen om aan een greep naar de macht van de gekozen
gezagdragers te ontkomen. Een middel dat goed werkt is de verdeling van het gezag over
verschillende organen en daarbij verschillende mensen. Zo heeft een orgaan altijd andere
organen nodig om gezag uit te oefenen. Geen orgaan zal daarbij toestaan dat zij
opzijgeschoven worden, maar ieder orgaan dient verantwoordelijkheid te nemen. Zo houden
deze organen elkaar in evenwicht en ontstaat een stabiel stelsel van checks and balances.

De regering is niet langer alleen de uitvoerende macht. De regering beslist ook of een
bepaald verdrag gesloten moet worden en moeten vele beslissingen zelfstandig genomen
worden waar de wet niets of weinig over zegt. Uitvoering van wetten en de zelfstandige taak
worden bestuur genoemd.

Bevoegdheden kunnen verdeeld worden over regionale overheden. Dit soort federale
stelsels zijn bijvoorbeeld te vinden in DE en VS.

De rechtsstaat ziet op de bescherming van de burger tegen het staatsbestuur. Een
democratische rechtsstaat is zowel democratisch als rechtstatelijk ingericht. Binnen het
begrip democratie vallen de volgende aspecten:
1. Een democratische staat heeft vrije en geheime verkiezingen, met redelijke
tussenpozen, van het parlement. Burgers hebben gelijkelijk het recht om de leden
van de volksvertegenwoordiging te kiezen (actief kiesrecht) en tot lid van de
volksvertegenwoordiging gekozen te worden (passief kiesrecht).

, 2. Er moet sprake zijn van openheid van machtswisseling. Er moeten niet alleen
verkiezingen zijn, het moet ook duidelijk zijn hoelang de verkozenen hun functie
kunnen uitoefenen en het moet duidelijk zijn dat niet altijd dezelfde personen aan de
macht kunnen blijven.
3. Het parlement dient een centrale rol te spelen in het staatsbestel. Dat betekent in
ieder geval dat de volksvertegenwoordiging een beslissende stem dient te hebben bij
het vaststellen van wetgeving.

Een staat waarvan de organisatie erop gericht is dat burgers beschermd zijn tegen
machtsmisbruik door de staat zelf, wordt een rechtsstaat genoemd. De volgende
waarborgen zijn daarvoor ontwikkeld:
1. De staat erkent dat individuen en particuliere instellingen een staatsvrije sfeer
toekomt. Ook een volksvertegenwoordiging moet de grondrechten van burgers
respecteren.
2. Handelen van het bestuur dat voor de burger bezwarend is, moet berusten op een
bepaling waarin de bevoegdheid tot dit handelen is gegeven. Dit bevordert de
rechtszekerheid en rechtsgelijkheid.
3. De regels waarin een bevoegdheid van een staatsorgaan is omschreven, moet door
een ander orgaan zijn vastgesteld. Een orgaan mag niet zijn eigen bevoegdheden
vaststellen.
4. Geschillen tussen staat en burger moeten worden beslecht door een onafhankelijke
en onpartijdige rechter.

Voor een democratisch bestuur gelden enkele grondregels:
1. Geen bevoegdheid zonder grondslag in de wet of grondwet, legaliteitsbeginsel. Het
leger en de politie mogen de afschrikwekkende bevoegdheid alleen gebruiken voor
zover de wet dat uitdrukkelijk toestaat. Iedere met dwang gepaard gaande
overheidshandeling is gebonden aan een wettelijke grondslag. Wetgevende macht
bepaalt de grenzen. Formele wetgever kan de wetgevende taak wat betreft
inhoudelijke regels overigens wel delegeren aan de regering of individuele ministers.
2. Niemand kan een bevoegdheid uitoefenen zonder verantwoording schuldig te zijn
of zonder dat op die uitoefening controle bestaat. Grenzen die de wetgever stelt
kunnen vaak slechts globaal zijn. Het is daarom noodzakelijk dat iemand die
bevoegdheden uitoefent gecontroleerd wordt en verantwoording aflegt aan een
ander orgaan. Enkele voorbeelden zijn:
a. Politieke verantwoordingsplicht: van bestuurlijke organen tegenover
vertegenwoordigende organen. De minister is ook verantwoordelijk voor wat
de ambtenaren op zijn departement doen. Bij het verlies van het vertrouwen
van de volksvertegenwoordiging dient hij op te stappen.
b. Ambtelijke ondergeschiktheid: ambtenaren zijn verantwoording schuldig aan
hun chefs.
c. Bestuurlijk toezicht: een bestuursorgaan kan gecontroleerd worden door een
hoger orgaan. Zo kan de regering zich in bepaalde mate bemoeien met het
beleid van gemeentelijke of provinciale organen door goedkeuring te
verlenen of een beslissing ongedaan te maken.
d. Strafrechtelijke verantwoordelijkheid: een gezagsdrager kan strafrechtelijk
verantwoordelijk zijn voor zijn daden.

, e. Beroep: meeste besluiten van bestuursorganen zijn vatbaar voor beroep,
waarbij besluiten kunnen worden vernietigd/vervangen. Dit gebeurt bij een
onafhankelijke rechter nadat men eerst in bezwaar is gegaan bij het
bestuursorgaan zelf.
f. Burgerlijke rechter: als er geen speciale beroepsmogelijkheid is, is de
burgerlijke rechter bevoegd ambtshandelingen te toetsen aan art. 6:162 BW.
Op basis daarvan kan een bestuursorgaan tot schadevergoeding verplicht
worden.
g. Rechterlijke toetsing wetgeving: rechter controleert bepaalde wetgevende
organen. Het is de rechter verboden om te beoordelen of een formele wet in
strijd is met de GW. Wetgever moet zelf beoordelen of zijn wetten de GW
schenden. Het is de rechter wel toegestaan om alle wetten te toetsen aan
internationale verdragen. Lagere regelgeving dan de formele mag wel aan
hogere regelgeving getoetst worden.

Checks and balances is noodzakelijk om een evenwicht van de machten te waarborgen en
concentratie van de macht bij één orgaan te voorkomen. Inspraak maakt het mogelijk dat
burgers hun zienswijze naar voren kunnen brengen over voornemens van het bestuur.
Referenda, waarbij kiezers zich kunnen uitspreken over afzonderlijke onderwerpen van
politieke besluitvorming/regelgeving, kunnen een aanvulling bieden op politieke
besluitvorming. Een probleem bij referenda kan zijn dat ingewikkelde probleemstellingen
aan de burger worden voorgelegd, waar zij alleen met ja/nee kunnen antwoorden.

Methode van onderzoek is bij het staatsrecht belangrijk. Men moet zelf kunnen aanvoelen
hoe de onderlinge verhoudingen zijn tussen de belangrijkste staatsinstellingen. Dit gebeurt
niet door een rechter. Bronnen zijn de GW, gewoonterechtelijke regels en een aantal
geschreven regelingen, zoals AMvB’s of wetten.

Na 1848 vormde de GW in Nederland de grondslag van ons huidige parlementaire stelsel. Er
werd uitgegaan van een trias politica. De verhouding tussen het bestuur en het parlement
worden niet geregeld in de GW. Alleen art. 42 lid 2 GW stelt dat de koning onschendbaar is
en dat ministers verantwoordelijk zijn. De grondwet is soms onvolledig, mensen vroegen zich
af of hij dan nog wel zinvol was. Het codificeren van zaken als de ministeriële
verantwoordelijkheid en de kabinetsformatie, die continu in ontwikkeling zijn, funest voor
de ontwikkeling ervan. Het staat dan immers vast in de tekst van de GW. Dit is een goede
reden om het over te laten aan de ontwikkeling van het ongeschreven constitutionele recht
en de staatsrechtelijke praktijk.

Als er van een verzwaarde procedure voor wijziging van de GW sprake is, dan wordt het ook
wel een rigid constitution genoemd. De GW stelt met bepaalde terminologie vast of dat
door de formele wetgever moet gebeuren of dat de formele wetgever dit mag delegeren
aan lagere wetgevers. Zodra in de GW de term ‘bij de wet’ gebruikt wordt, moet het besluit
vastgesteld worden door de formele wetgevers. Wanneer regelgeving ook door lagere
wetgever toegestaan is, gebruikt de GW drie termen:
 ‘Bij of krachtens de wet’
 Een vorm van ‘regelen’ of ‘regels’
 ‘Uit kracht van een wet’

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gwangel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.02. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.02
  • (0)
Add to cart
Added