Binnenstebuiten – celbiologie en histologie colleges (incl. plaatjes)
24 views 3 purchases
Course
Binnenstebuiten (M_BBIBU22)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Book
Essential Cell Biology
Side note: het vak Binnenstebuiten was voorheen: Huid en afweer
Hierbij alleen de college aantekeningen (incl. plaatjes) van histologie epitheel, celbiologie I + II en histologie huid. Dit bestand bestaat uit 4 colleges die zijn gegeven tijdens het vak Huid en afweer. Hierbij staan ook plaatjes ...
COMPLETE TEST BANK: ESSENTIAL CELL BIOLOGY 5TH EDITION ALBERTS [ CONTAIN ANSWER KEY Questions with 100% correct Answer.
All for this textbook (62)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Geneeskunde
Binnenstebuiten (M_BBIBU22)
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
ninaburgering
Reviews received
Content preview
HC 8, 10-9
Histologie: epitheel
Leerdoel, de student:
- kent de belangrijkste eigenschappen en functies van epitheelweefsel.
- kan de diverse typen epitheelcellen benoemen en herkennen. ↑ epitheel
Weefselleer
- bij mens en dier onderscheidt men in de histologie een viertal primaire weefseltypen: epitheelweefsel,
bindweefsel, spierweefsel en zenuwweefsel.
Epitheel -> schouder aan schouder – strak tegen elkaar, (vaak) gepolariseerde cellen
- tigh junction & goed met elkaar verbonden
- adherend juntion (heupen)
- voorbeeld: onderin collageen (blauw) en bovenop epitheel met
haartjes (ook wel: gepolariseerde cellen)(roze).
Epitheel vs bindweefsel
- eerst hoornlaag, dan epitheel en dan bindweefsel
- bindweefsel -> losmaziger, cellen raken elkaar nog maar net aan,
ruimte is opgevuld met extracellulaire matrix (ECM) en vezels.
Epitheel weefsel
- bekleedt het lichaamsoppervlak (huid) en inwendige holten van organen
- functies: - bescherming van onderliggende weefsel en structuren
- regulatie opname en afgifte van stoffen (bijv. longen, regulatie van beide)
Epitheel weefsel (= epidermis)
- NIET gevasculariseerd, dus geen bloedvaatjes
- een of meerdere lagen aaneengesloten epitheelcellen
- zenuwuiteinden kunnen doordringen, bloedvaatjes meestal niet.
- ontvangt vanuit onder de dermis voedingsstoffen en O2.
- specialisaties van epitheel: secretie (enzymen), opname (voedingsstoffen) -> gepolariseerde cellen
Epitheel cellen rusten op basaal membraan
- epitheel cellen zijn hierdoor verankerd met complex van eiwitten -> hemidesmosen
Basaalmembraan
- opbouw: - lamina basalis – bestaat uit: lamina densa en lamina lucida
- lamina reticulair
-> zorgt voor verankering van epitheel cellen aan basaal membraan
- functies:
- hechtende functie – verbindt epitheelcellen
via ankervezels met onderliggende bindweefsel
- filterfunctie – uitwisseling van macromoleculen
- regulatie celdeling – binding groeifactoren
- bijv. nierlichaampjes
,Intercellulaire verbindingen – functies:
- afsluiten van intercellulaire ruimtes – tight junction
- aanhechting – (hemi)desmosoom en adherensjunction
- communicatie – gap junction
Voorbeeld van intercellulaire verbinding
Wat als het misgaat?
- auto-immuunaandoening: antilichamen gericht tegen
onderdeel van demosomen of basaalmembraan
- gaat vocht ophopen tussen deze twee lagen.
Intercellulaire verbindingen
- intercellulaire communicatie (uitwisseling laagmoleculaire stoffen)
via gapjunctions (nexusverbindingen) kunnen snel gevormd worden.
- hoe: eiwitten liggen al klaar om een kanaaltje te vormen.
- waar: in het cytoplasma
Oppervlaktespecialisaties
- microvilli -> oppervlakte vergroting
- opgebouwd uit actinemicrofilamenten en bedekt met glycocalix
- bijv. darmen
- stereociliën -> iets langer dan microvilli
- geen duidelijk geordend skelet van filamenten
- bijv. binnenoor en bijbal bij mannen
- ciliën (trilharen) -> slagbeweging, opgebouwd uit microtubuli en transportfunctie.
- opgebouwd uit microtubuli
- bijv. in luchtwegen
microvilli steoreociliën ciliën
Epitheel weefsel – classificatie
- bedekend epitheel, ingedeeld naar het aantal cellagen en de vorm vd cellen
- huid, urine wegne, blaas, maag, etc.
- klierepitheel (heel specifiek)
, Eenlagig plaveiselepitheel
- snelle opname en afgifte
- waar: longblaasjes (avleoli) en buikvlies ↓ kubisch ↑ plaveisel ↓ cilindrisch
- waarom: voor snelle uitscheiding
Eenlagig kubisch epitheel
- meer cytoplasma/organellen vergeleken
met plaveiselepitheel
- atiever m.b.t. transport
- waar: afvoer van klieren
- bijv. alvleesklier
Eenlagig cilindrisch epitheel
- vaak oppervlakte specialistie
- cilia of micorvilli voor absorptie
- ook bijv. cilindrisch
- waar: eileider, galblaas en darmen
Meerijïg epitheel
- kernen liggen op verschillende niveaus, maar alle cellen
staan op basaal membraan
(- kernen bij eenlagig epitheel wel op hetzelfde niveau)
- waar: tractus respiratorius (luchtwegen) zoals bronchi
Meerlagig epitheel -> vaak beschermende fucntie
- waar: epidermis (verhoonend) en slokdarm (niet-verhoornend)
- bijv. huid, slokdarm of baarmoeder
- meerlagig kubisch epitheel -> twee cellagen dik
- waar: afvoergangen zweetklieren
- meerlagig cilindrisch epitheel -> komt niet vaak voor
- waar: urethra, afvoergangen en speekselklier
Overgangsepitheel
- bovenste laag paraplucellen (afgeplat) die de onderliggende
laag beschermt tegen hypertone, toxische urine
- waar: blaas en urinewegen
Voorbeeld:
- meerlagig (niet verhoornd) en eenlagig cylindrisch epitheel
- waar: baarmoeder en baarmoederond
Klierepitheel
- productie van een screet dat buiten de cel een effect uitoefent.
- indeling op rond van: - bouw – eencellig (slijmbekercellen / goblet cellen) of meercellig
- ontstaanswijzen – exociren of endocrien
- samenstelling van het screet – muceus (waterig, licht) of sereus (eiwitrijk, donker)
- wijze waarop secreetproduct de cel verlaat – merocrien, apocrien of holocrien
Ontstaanswijze
- exocriene klieren (L) behouden via afvoergangen een verbinding met het epitheel.
- vanuit epitheel vroeg in embryologie een uitstolping die blijft verbonden met buitenwereld.
- bijv. zweet klieren
- endocriene klier (R)-> hormonen die worden gemaatk en afgegeven aan bloedbaan
- afsplitsing en GEEN contact met buiten wereld (geen duieelijk afvoerkanaal)
- bijv. testikel, schildklier, ovaria, etc.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ninaburgering. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.