Deze samenvatting betreft alle hoorcolleges die zijn gegeven in blok A van jaar 1.
Dit bestand kan jou erg helpen bij het leren voor het Testvision tentamen! Alle onderwerpen en hoorcolleges die worden getoetst, zijn duidelijk en beknopt beschreven en uitgewerkt in dit bestand.
De hoorcollege...
Inhoud
Cellen en weefsels..............................................................................................................................2
Huid- en huidadnexen........................................................................................................................8
Efflorescensies..................................................................................................................................15
Spieren.............................................................................................................................................18
Elektriciteit.......................................................................................................................................20
Algemene farmacologie en het opzoeken van medicijnen...............................................................23
Histopathologie................................................................................................................................27
Homeostase, diffusie en osmose......................................................................................................28
Lipofiel, lipofoob en pH....................................................................................................................34
Zenuwen, sensoriek en autonoom zenuwstelsel..............................................................................37
Overbeharing....................................................................................................................................42
Licht en laser.....................................................................................................................................44
1
,Cellen en weefsels
Een mens heeft 46 chromosomen.
De man heeft XY en de vrouw heeft XX.
Chromosomen liggen altijd in paren.
DNA: stikstofhoudende basen zijn altijd aan elkaar verbonden; codering van onze
genetische informatie.
DNA zit alleen in de celkern.
De cel is de kleinste eenheid waaruit ons lichaam is opgebouwd en die
zelfstandig kan leven
Alle cellen zijn het product van andere cellen
Cel van een bacterie heeft geen celkern. DNA ligt los in de cel.
Plantencellen hebben een vacuole.
Differentiatie is een proces waarbij specifieke cellen zich dusdanig ontwikkelen,
waardoor zij een specifieke functie kunnen uitvoeren.
Een groep gelijke cellen die morfologisch en functioneel een eenheid in het
lichaam vormen, wordt een weefsel genoemd
Een orgaan bestaat uit verschillende soorten weefselsoorten
Organen en structuren die gezamenlijk een bepaalde taak uitvoeren noemt men
een orgaanstelsel.
Celmembraan is selectief. Niet alles kan naar binnen of naar buiten.
Bestaat uit een dubbele laag van fosfolipiden waarin eiwitmoleculen drijven.
Hydrofiel (hoofd) en hydrofoob (dubbele staart)
Grote eiwitmoleculen, helpen ook mee met transport.
Functie:
- Vormt een scheiding tussen het cytoplasma en de extracellulaire ruimte
- Is selectief in het doorlaten van stoffen
- Passief membraantransport: kost geen energie (diffusie en osmose)
- Actief membraantransport: kost energie
Celkern (nucleus)
- Het is het centrum van de cel waaruit alle processen worden gestuurd
- Kernmembraan met poriën (doorlaatbaar voor mRNA)
- Nucleulus: productie ribosomen
- DNA (chromatine): genetische bibliotheek voor proteïnebouw
(=transcriptie)
DNA = informatie over de eiwitten
- Chromatine – rustase
- Chromosoom – celdeling
- Chromatide – celdeling
Zenuwcellen delen nooit.
2
,S-fase in de celdeling: DNA synthese. DNA moet verdubbeld worden (replicatie),
zodat ook de dochtercel DNA bevat.
Chromosomen bestaan uit twee chromatiden die zijn opgebouwd uit DNA.
Replicatie (nucleus): synthese / verdubbelen van DNA voor de celdeling
Transcriptie (nucleus): van DNA naar mRNA
Translatie (ribosomen in RER): van mRNA naar proteïne (eiwit)
Van elk chromosoom zijn er twee. Één van de moeder, één van de vader =
homologe chromosomen.
Dit wordt aangeduid met 2N
N = aantal verschillende chromosomen
Bij de mens is N = 23
2N = 46
- Een cel bevat over het algemeen meerdere stellen chromosomen
- Een cel met één enkel stel chromosomen noem je haploïd (1N)
- Met een dubbel stel diploïd
- Een dierlijke cel is meestal diploïd. Behalve de geslachtscellen (gameten),
die zijn haploïd.
- Twee samensmeltende geslachtscellen zijn diploïd. N + N = 2N
Gen: onderdeel van chromosoom voor bepaalde eigenschap; deel van DNA dat
een code heeft voor een eiwit
Allel: een van de verschillende varianten van een bepaald gen
T Thymine
A Adenine
C Cytosine
G Guanine
T en A staan tegenover elkaar en C en G staan tegenover elkaar.
Verschil DNA en RNA. RNA is een enkele streng. Bij RNA hebben we in plaats van
Thymine, uracil. Dus bij RNA hebben we U in plaats van T.
In ons lichaam hebben we 20 verschillende aminozuren. De aminozuren die we
niet zelf kunnen maken, noemen we essentiële aminozuren. Deze krijgen we
binnen door voeding.
Drie stikstofhoudende basen maken één aminozuur. 50 aminozuren maken één
eiwit. Voorbeeld: 30 aminozuren noem je dus geen eiwit, maar een
polyaminozuur.
- ATG is het startsignaal voor een eiwit
- Alle stukken DNA in een chromosoom die coderen voor een eiwit worden
genen genoemd.
Organellen (structuren) in de cel:
- Mitochondrium: produceren van energie. Ze produceren ATP.
- Endoplasmatisch reticulum: glad en ruw endoplasmatisch (met rode stipjes
is ruw). Sterk vertakte holten. Het zijn een soort buisjes of
kanaalsystemen. Grenst met de nucleus en ze zorgen voor een snel
transport van opgeloste stoffen.
3
, - Ribosomen: belangrijk voor eiwitsynthese. In het RER of cytoplasma.
Verantwoordelijk voor omzetten mRNA in proteïne
- Golgi systeem: stapeltjes platte buizen. Produceren koolhydraten.
Vrijgeven eiwitten als het nodig is
- Lysosomen: opruimen van niet-verteerbare stoffen met behulp van
enzymen (andere pH waarde)
- Centrosomen: spelen een rol bij de celdeling
Celmetabolisme:
- Energie voor de cel komt door stofwisseling bekend als hydrolyse van ATP
- De mitochondria zijn krachtcentrales van de cel
- Ze zijn verantwoordelijk voor (netto) productie van de cel
Mitose = celdeling
- Van 2N naar 2N
- Alle cellen
Meiose = reductiedeling
- Van 2N naar 1N
- Geslachtscellen
- Reductie begint al bij meiose I. De homologe chromosomen worden uit
elkaar getrokken.
- Meiose II = mitose. Chromatiden worden uit elkaar getrokken.
DNA replicatie: twee DNA snoeren, de helft is ‘’oud’’ en de andere helft is
‘’nieuw’’.
Epitheelweefsel is een geheel van aaneengesloten cellen. Bekleedt zowel buiten
als binnen het lichaam de vrije oppervlakken. Kan goed genereren. Heeft geen
bloedvaten.
Dekweefsel
Klierweefsel
Zintuigweefsel
Indeling naar structuur:
- Eenlagig plat, plaveiselepitheel
- Eenlagig kubisch, nier en kliergang
- Eenlagig cilinder, darm slijmbeker
- Meerlagig verhoornend (huid)
- Meerlagig cilindrisch
- Meerlagig overgangs
Cornea = hoornvlies
Bindweefsel bestaat uit cellen en een door ons afgescheiden, niet-levende
tussenstof.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller miekevbenthem. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.24. You're not tied to anything after your purchase.