De bestuurlijke kaart van de Europese Unie
Hoofdstuk 2
2.1
In de besluitvormingsprocessen van de EU spelen verschillende instellingen een rol:
- De Commissie
- Het Europees Parlement
- De Raad
Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) = doel hiervan was het versterken van de
privacy voor burgers en het vereenvoudigen van de regels voor bedrijven die met persoonlijke
gegevens werken.
3 kenmerken in veel besluitvormingsprocessen:
- Verschillende instellingen bij betrokken: de Commissie, het Europees Parlement, de Raad,
belangengroepen en regeringen van lidstaten.
- De besluitvorming speelt zich af op meerdere niveaus (Multi-level proces): Europese
instellingen en groepen, nationale regeringen, toezichthouders en bedrijven.
- Langdurig proces
2.2
Intergouvernementele besluitvorming = de regeringen hebben de touwtjes in handen. Zij nemen de
besluiten en zijn verantwoordelijk voor de uitvoering daarvan.
Zuiver intergouvernementalisme = elke regering heeft het vetorecht. Zij hoeft zich dan alleen aan een
besluit te houden indien zij er zelf mee heeft ingestemd.
Supranationalisme = de rol van regeringen wordt beperkt door inbreng van instellingen die niet bij
een bepaald land horen.
Het Europees Parlement en de Commissie zijn géén intergouvernementele instellingen, want de
leden ervan vertegenwoordigen niet hun nationale regering.
Tot 1987 werd er met unanimiteit een besluit genomen. Een voordeel hiervan was dat een regering
een besluit altijd tegen kon houden. Een nadeel was dat hierdoor weinig vooruitgang werd geboekt.
In 1987 besloten de regeringen het EEG-Verdrag te veranderen en vaker met meerderheid te
stemmen.
Door deze verandering is de besluitvorming supranationaler geworden, want een regering heeft géén
veto meer: als een meerderheid van de regeringen vóór een besluit stemt, moeten ook regeringen
die tegenstemden zich eraan houden!
,De Commissie houdt toezicht op de correcte toepassing van EU-regelgeving door de lidstaten.
De Commissie kan een lidstaat voor het Europese Hof van Justitie dagen, dat in het uiterste geval een
boete kan opleggen.
Als we de EU bekijken in termen van intergouvernementalisme en supranationalisme, dan zien we
een combinatie van beide elementen.
De Eu wordt een multi-level governance genoemd.
Multi-level governance = een meerlagig bestuurssysteem.
De Eu is geen ‘gewone’ intergouvernementele internationale organisatie, maar ook geen ‘gewone’
soevereine staat.
2.3
In Nederland maken regering en parlement verschillende soorten regelgeving:
- Wetten
- Algemene maatregelen van bestuur
- Ministeriële regelingen
In het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU) kunnen de volgende besluiten
door de EU worden genomen:
- Verordening
o Algemene strekking
o Verbindend
o Rechtstreeks toepasbaar in elke lidstaat
- Richtlijn
o Verbindend ten aanzien van het te bereiken resultaat voor elke richtlijn waarvoor zij
bestemd is.
o Nationale instanties mogen zelf de vorm en middelen kiezen om het resultaat te
bereiken
- Besluit
o Verbindend voor degenen tot wie het uitdrukkelijk is gericht
- Aanbevelingen en adviezen
o Niet verbindend
Europese wetten = verordening en richtlijn.
Verschil
Richtlijn Verordening
Moet nog worden omgezet in nationale Is direct van kracht, zonder omzetting door de
wetgeving door de lidstaten. lidstaten.
, AVG = verordening.
Overal in de EU gelden dezelfde regels.
Bescherming van persoonsgegevens bij politie en justitie = richtlijn.
Biedt lidstaten de mogelijkheid de eisen in de richtlijn in te passen in de eigen strafrechtelijke
en politiële systemen.
Besluiten = bedoeld voor individuele gevallen.
Aanbevelingen & adviezen = niet meer dan verzoeken. Niet verplicht.
Gemeenschappelijk Buitenlans en Veiligheidsbeleid (GBVB) = i.p.v. richtlijnen en verordeningen is
hier sprake van ‘algemene richtsnoeren’.
Algemene richtsnoeren = besluiten over ‘uit te voeren optredens’ en ‘in te nemen standpunten’.
Over kwesties als het Israëlisch-Palestijnse conflict,
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annevanderlem. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.52. You're not tied to anything after your purchase.