Een bedrijf is een samenwerkingsverband van mensen en productiemiddelen. Een bedrijf verschilt
van andere samenwerkingsverbanden doordat er iets geproduceerd, gemaakt wordt.
Organisatie
Een organisatie kun je omschrijven als een blijvend menselijk samenwerkingsverband, met een
bepaald doel. Een organisatie is dus nog geen bedrijf maar een bedrijf is wel een organisatie
Bedrijf
Een verzameling van mensen en middelen die producten en/of diensten produceert en/of handel
drijft.
Onderneming
Een onderneming is een bedrijf met winstoogmerk.
Toegevoegde waarde
Het verschil tussen de marktwaarde van een product of dienst en de kosten die gemaakt zijn voor de
totstandkoming er van. Of wel is gelijk aan de omzet minus de ingekochte goederen.
Verschillende bedrijfssectoren
1. Primaire sector: Grondstoffen en voedsel levert(landbouw, veeteelt, jacht, visserij en
delfstoffenwinning).
2. Secundaire sector: verwerken van de grondstoffen van de primaire sector(industrie)
3. Tertiare sector: Commerciële dienstverlening.
4. Quartaire sector: niet commerciële dienstverlening(zonder winst oogmerk).
Grote en kleine bedrijven.
Het grootste gedeelte van de bedrijven in Nederland behoort tot het midden en klein bedrijf. 1% van
de bedrijven behoort tot het groot bedrijf.
Omzet
Is het totaal van alle opgetelde transacties die een bedrijf over een bepaalde periode heeft gedaan. 3
klussen met een rekening van 5000 per klus. Dus omzet is 3 x 5000 = 15.000 euro.
Balanstotaal
Is de totale waarde van alle bezetting. Bijvoorbeeld bedrijfsauto's: 20.000, bedrijfspand 115.000 en
voorraad 20.000 = 155.000 totaal.
Kapitaalintensieve bedrijven: Groot qua balanstotaal of omzet, maar klein qua personeel.
Arbeidsintensieve bedrijven: Veel personeel nodig.
, Kleine bedrijven
Wanneer? Een bedrijf met minder dan 50 werknemers, een jaaromzet van hoogstens 10 miljoen euro
of een jaarlijks balanstotaal kleiner of gelijk aan 10 miljoen euro.
ZZP
Zelfstandige zonder personeel: staan vaak ingeschreven als eenmanszaak.
Middelgrote bedrijven
Wanneer? Een bedrijf met minder dan 250 werknemers, een jaar omzet van hoogstens 50 miljoen en
een of een jaarlijks balanstotaal kleiner of gelijk aan 43 miljoen.
Grote bedrijven
Meer dan 250 werknemers. Multinational is in meerdere landen actief.
Private en publieke bedrijven.
Private bedrijven zijn in handen van privé personen en publieke bedrijven in handen van de
gemeenschap.
Een natuurlijk persoon is iemand die je een hand kunt geven, meerdere natuurlijke personen kunnen
een private bedrijf hebben.
Publiek‐private samenwerking: samen werking en investering tussen overheidsinstanties en private
bedrijven.
Private bedrijven: De meeste bedrijven zijn in Nederland van private personen of bedrijven.
Publieke bedrijven: bedrijven die eigendom zijn van de overheid of overheidsinstellingen.
Nutsfunctie: Een bedrijf die het algemene nut dient.
Privatisering: Het maatschappelijk proces waardoor steeds meer publieke taken door de private
bedrijven worden ingevuld.
Publiekrechtelijke instellingen: overheidsinstellingen, zoals een gemeente, een provincie, de raad van
state, een rechtbank of een ministerie. Het zijn geen bedrijven.
Profit versus non profit.
Non profit: zijn meestal publieke bedrijven, bijv: ziekenhuizen, verpleeghuizen etc. De activiteiten
van het bedrijf, is het doel.
Profit: Het maken van winst is het doel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kevintjeuh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.