100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Bedrijfseconomie Samenvatting Marketing en logistiek H1tm3 VWO5 $3.74
Add to cart

Summary

Bedrijfseconomie Samenvatting Marketing en logistiek H1tm3 VWO5

 0 purchase
  • Course
  • Level

Bedrijfseconomie Samenvatting Marketing en logistiek H1tm3 VWO5

Preview 2 out of 7  pages

  • September 24, 2022
  • 7
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
M&O Marketing en logistiek
H1 Communicatie en organisatie
Communicatie: het uitwisselen van gedachten, gevoelens, informatie en ideeën
tussen mensen.
ZMBO-model: Zender kiest een Medium om een Boodschap over te brengen aan
Ontvanger.
Reageert de ontvanger op de boodschap, dan noem je dat feedback.
Reageert de zender weer op de feedback, dan noem je dat terugkoppeling.

Coderen: het omzetten van gedachten in een code (kan taal zijn maar ook non-
verbaal.
Decoderen: het interpreteren door de ontvanger van de boodschap.
Referentiekader: het geheel aan ervaringen, gevoelens, waarden en normen, taal en
meningen.
Hoe de ontvanger de boodschap interpreteert, is heel erg afhankelijk van zijn
referentiekader.

Ruis: verstoring van het communicatieproces, waardoor de boodschap niet overkomt
zoals die bedoeld is.
Bij interne ruis speelt de oorzaak zich af in het communicatieproces tussen zender
en ontvanger. Bij externe ruis speelt het zich daarbuiten af.

Redundantie: informatie toevoegen aan een boodschap, die geen nieuwe waarde
toevoegt, bijvoorbeeld herhaling.

Verbale communicatie: communicatie met woorden (schriftelijk of mondeling).
Non-verbale communicatie: communicatie zonder woorden (bijv. houding, gebaren,
verkeersbord).
Persoonlijke communicatie: communicatie tussen een beperkt aantal personen.
Massacommunicatie: voor iedereen toegankelijke communicatie, waarbij een zender
een boodschap overbrengt aan een grote groep ontvangers via massamedia.

Corporate communication: bewuste, systematische zorg voor goede betrekkingen
van een organisatie met de buitenwereld, met als doel een positief imago bij groepen
waar de organisatie afhankelijk van is.
Imago: het beeld dat het publiek heeft van de organisatie.
Identiteit: het beeld dat de organisatie wil uitdragen, dus dat wat een organisatie wil
zijn.

Identiteisstructuren: de structuur om de identiteit naar buiten te dragen.
 Individuele merknaam (Branded Identity).
 Merknaam gekoppeld aan concernnaam (Endorsed Identity).
 Paraplumerknaam (Corporate Identity).

Huisstijl: visuele presentatie van een organisatie.

Positionering: het geheel van acties van een merk om een bepaalde positie te
realiseren in het brein van de doelgroep.

, Categorisatie: mensen slaan informatie op in categorieën die op een hiërarchische
manier geordend zijn. Elke categorie is een netwerk van associaties dat betrekking
heeft op alle leden van de groep.
Bijvoorbeeld: Categorie auto –> associatie is vervoer, vier wielen, stoelen, stuur, etc.
Een categorie hoger zitten bijvoorbeeld vierwielers, waar auto’s, vrachtauto’s, bussen
onder vallen.
Een categorie lager dan auto’s kunnen bijvoorbeeld zakelijke auto’s, sportauto’s etc.
zitten.

Leren = categoriseren.
Het menselijk brein ordent alle informatie die we opvangen in hiërarchische
structuren. Als we iets tegenkomen wat ons brein niet kent, dan wordt er een nieuwe
categorie gevormd in ons brein, waar deze informatie wordt opgeslagen.
Positioneren is het kiezen van een positie in het menselijk brein. Een bedrijf wil een
positie die de organisatie duidelijk onderscheid van de concurrentie, waardoor
mensen sneller voor dat product kiezen.

Positioneringsprincipes:
 Mensen hebben voorkeur voor leiders.
 Specialisten zijn beter dan generalisten.
 Naast elke leider is plaats voor een uitdager.
 Minder is meer: belangrijkste eigenschap benoemen, niet teveel.
 Het brein haat verwarring.

H2 Marketing
Marketing: alle activiteiten die een organisatie onderneemt om zijn ruilactiviteiten te
bevorderen, vergemakkelijken en te bespoedigen.
Marketingdoelstellingen zijn afgeleid van organisatiedoelstellingen.
Zowel commerciële als niet-commerciële ondernemingen doen aan marketing.
Het doel van niet-commerciële ondernemingen is alleen anders.
Commerciële organisaties -> winstmaximalisatie (afzet/ omzet)
Niet commerciële organisaties -> beïnvloeden van het gedrag (social marketing)

Marktaandeel = Afzet / omzet bedrijf x 100%
Afzet / omzet totale markt
Bij relatief goedkope aanbieders is het marktaandeel in procenten van de afzet groter
dan het marktaandeel in procenten van de omzet.
Bij relatief duurdere aanbieders is het marktaandeel in procenten van de omzet
groter dan het marktaandeel in procenten van de afzet.

Omgevingsfactoren:
 Niet beïnvloedbare omgevingsfactoren:
 Wetten, gedragsregels (ontstaan geschillencommissies in bepaalde
branches) en zelfregulering (bepaalde branche zichzelf regels oplegt
zonder wettelijke dwang).
 Macro-economische factoren (de conjuncturele ontwikkeling en de
economische structuur van een land).
 Demografische ontwikkelingen.
 Sociaal en cultureel milieu.
 Technologische ontwikkeling.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller florenbout. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

65507 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.74
  • (0)
Add to cart
Added