H8 - Politieke veranderingen in het
verhoudingsvraagstuk
Verhoudingsvraagstuk: Het vraagstuk over de manier waarop mensen zich
van elkaar onderscheiden en tot elkaar verhouden en de manier waarop
samenlevingen in sociale zin vorm geven aan deze verschillen.
8.1 - Revoluties
Vanaf de 18e eeuw werden naties steeds belangrijker in de westerse wereld.
Mensen voelden zich steeds meer verbonden met elkaar, de sociale cohesie
groeide. Ook was er soms sprake van een intern conflict. Dit kwam doordat de
burgers vonden dat de staat te veel macht had gekregen. Hierdoor kwam het
volk in verzet: Een revolutie brak uit
Een revolutie betekent een grote verandering, vooral in de manier hoe het land
wordt bestuurd. Aan het einde van de 18e eeuw en het begin van de 19e eeuw
vonden er in korte tijd veel revoluties plaats. De drang naar vrijheid was de
belangrijkste oorzaak. De eerste heeft te maken met macht. Dit was de
Amerikaanse Revolutie in 1776. De Britse inwoners in Amerika wilde dat de
Britse macht ophield en dat Amerika onafhankelijk werd. Dit zorgde op 4 juli
voor de geboorte van de USA.
Ook de 2e revolutie gaat over macht. Deze was door de Franse bevolking in
1789. De bevolking wilde minder macht voor de koning en de adel, en meer
macht naar het volk.
8.2 - Gezag en representatie
Gezag: Macht die als legitiem wordt beschouwd.
In de 18e eeuw werd de Franse Koning gezien als de plaatsvervanger van God op
aarde. Hij had dus veel macht. Na een drietal revoluties was het volk daar anders
over gaan denken. Het volk aanvaardt geen macht meer van de adel te
machtige vorsten. Hun gezag ging verloren. Gezag is dus ook wel het verlengde
van macht, de macht van een actor wordt dus als legitiem beschouwd.
Gezag kun je ook bekijken op micro en op macroniveau: Op microniveau hebben
mensen gezag op basis van persoonlijke kwaliteiten, geleverde prestaties en in
de positie of functie die iemand heeft
Representativiteit: De vertegenwoordiging van een groep in organisaties door
een of enkele betrokkenen die namens de groep optreden.
In een representatieve democratie met politieke partijen moeten de wensen van
het volk wel weerspiegeld worden. Zo ontstonden er nieuwe sociale instituties.
Representativiteit: De mate waarin de politieke besluiten, de standpunten of
achtergrondkenmerken van vertegenwoordigers overeenkomen met die van de
groep die zij vertegenwoordigen.
Representatie in het politieke systeem kan op verschillende punten betrekking
hebben:
Achtergrondkenmerken, Lijken de politieke partijen op de Nederlandse
samenleving? Is de man-vrouw verhouding in orde enz.
Standpunten, vinden mensen in de politieke partij waarop ze stemmen wel
hun standpunten terug?
Besluiten, Komen de besluiten van een kabinet wel overeen met de
standpunten van de partijen die daar zitten?
, 8.3 - Theorie en Ideologie
Er zijn twee belangrijke visies op de wijze van representatie en de wenselijkheid
van democratie
Representatie is belangrijk binnen de ontwikkelingsvisie, besluiten in de
politiek moeten zo veel mogelijk worden gesteund door het volk, waarbij burgers
ook een groot deel meebeslissen.
Ook de instrumentele visie hoort bij politieke participatie, hierbij denken veel
mensen dat politieke participatie een gevaar is voor de democratie, hierbij zullen
de burgers dus alleen helpen met beslissingen, de rest is voor de politiek zelf.
Ideologie:
Sociaaldemocratie Confessionalisme Liberalisme
Talent is bij iedereen
gelijk, inspraak van de Referenda is niet
burgers is belangrijk. wenselijk. Verkiezingen Voorstanders van
Referenda zijn wenselijk leidde tot de personen Referenda. Liberale
om burgers meer macht die het volk geloven in de kracht van
te geven. Iedere burger vertegenwoordigen. De het individu en willen
moet gelijke kansen vertegenwoordigers liever minder
krijgen op het gebied moeten rekening houden bestuurskracht en meer
van kennis om overal met de wensen van hun daadkracht.
aan te kunnen kiezers.
participeren.
8.4 - Democratisering
Democratisering: Het proces van verandering van de machts- en
gezagsverhoudingen door een grotere inspraak en medezeggenschap van
degene met minder macht.
Als het volk meer macht eist leidt dat uiteindelijk in veel gevallen tot het vormen
van een democratische rechtsstaat. Die bestaat uit twee delen:
Democratie: mensen hebben het recht om te mogen kiezen wie het land
bestuurd. Dat betekend dat alle burgers in een democratie de vrijheid
hebben om te mogen stemmen en al die stemmen hebben dezelfde
waarde.
Rechtsstaat: De grondwet beschermt mensen tegen machtsmisbruik van
de overheid, en geeft mensen vrijheden en beschermd gelijkheid
In het proces van democratisering worden 3 soorten rechten onderscheiden die
in verschillende fases zijn ontstaan:
Klassieke grondrechten, dit zijn rechten om burgers te beschermen ten
opzichte van de staat: vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting,
recht op bezit en op een eerlijk proces.
Sociale grondrechten, dit zijn rechten van burgers voor meer welvaart en
welzijn zoals het recht op onderwijs, werk en uitkeringen.
Politieke rechten, hierbij gaat het om de rechten van de burgers om mee
te beslissen zoals kiesrecht, recht op eerlijke en vrije verkiezingen en het
recht om verkozen te worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jildoukuipers6. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.