100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
maatschappijwetenschappen samenvatting hoofstuk 11 en 12 $5.28   Add to cart

Summary

maatschappijwetenschappen samenvatting hoofstuk 11 en 12

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

handige samenvatting voor je toets van hoofstuk 11 en 12. alle informatie uit het boek staat hierin en alles wat je moet weten voor je toets

Preview 1 out of 4  pages

  • September 27, 2022
  • 4
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Maw samenvatting H11 en H12

Prinsjesdag is een politieke institutie omdat er allerlei regels gelden over het gedrag van
actoren.
Politieke institutie: complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag
van mensen en hun onderlinge relaties rond politieke machtsuitoefeningen en politieke
besluitvorming reguleren.
De belangrijkste politieke instituties in Nederland zijn: de rechtsstaat, de grondwet.
Staatshoofd: koning voorlezen van een troonrede.
Na het uitspreken van de troonrede, en de presentatie van de miljardennota volgt er een
debat in de 2e kamer. Iedere partij doet dat vanuit zijn eigen visie op de samenleving=
ideologie
Ene partij heeft meer macht dan de andere: zetels, aansprekende Kamerleden, coalitie-
oppositie.
De partijen in de coalitie werken samen voor een gemeenschappelijk doel, het vormen
van een regering en de uitvoering van het opgestelde beleid voor de komende jaren.

Er zijn verschillende dimensies waarop je standpunten kunt indelen:
 Links en rechts: links wil een grotere rol voor de staat dan rechts om sociale
ongelijkheid te bestrijden. Rechtse politieke partijen willen dat de overheid zich
minder moet bemoeien met de economie, en willen economische vrijheid en
eigen verantwoordelijkheid
 Progressief en conservatief: progressief wordt vaak gezien als 'vooruit willen'
vaak voor verandering. Conservatief streeft vaak naar behoud van de huidige
samenleving. Het gaat ook vaak over de mate van persoonlijke vrijheid, over
morele en etnische kwesties. Progressieve standpunten gaan om zoveel mogelijke
persoonlijke vrijheid.
 Nationalisme en internationalisme: nationalisme vindt het eigen land, de natie
belangrijk. Internationalisme is juist gericht op het buitenland en de rest van de
wereld, ze willen juist samenwerken met andere landen. De rol van het land in de
wereld, is het meer gericht op buitenland of het binnenland?
 Materialisme en postmaterialisme: materialisme is meer gericht op materiele
(tastbare) zaken rondom economie en defensie, en postmaterialisme is meer
gericht op abstracte zaken als milieu en sociale ongelijkheid bestrijden

De denkbeelden van ideologieën gaan over drie onderwerpen in de samenleving:
politiek, economie en cultuur.
Daar horen de volgende vragen bij:
 Hoe moet de macht verdeeld worden?
 Hoe moeten goederen geproduceerd en gedistribueerd worden?
 Hoeveel vrijheid ten opzichte van de overheid mogen mensen hebben

Stromingen:
 Liberalisme: beperkte rol van de overheid, eigen verantwoordelijkheid.
Individuele en economische vrijheid. Liberalisme staat tussen rechts en links in.
 Confessionalisme: gebaseerd op het geloof, de grote rol als maatschappelijk
middenveld. Christelijke waarden en harmonie en samenwerking
 Communisme: helemaal door staat gestuurd, is extreem-links en voor hen is
gelijkheid het doel van hun strijd.
 Socialisme: grote rol van de overheid, gelijkwaardigheid heel erg belangrijk,
opkomen voor zwakkeren. Is links omdat zij gelijkheid belangrijk vinden
 Fascisme: nationalistisch voor een eigen land, soms zelfs geweld gebruiken om
ideaal te bereiken. Fascisten zijn extreem-rechts, hun ideale samenleving is er
maar ruimte voor een cultuur.

Ideologieën over politiek:
Socialisten/sociaaldemocraten willen meer inspraak voor burgers door referenda.
Linkse liberalen willen meer invloed voor burgers, rechtse liberalen niet.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jildoukuipers6. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.28
  • (0)
  Add to cart