Vragen bij Mersch
Ankering
Bij het antwoord geven op de vraag laat je je beïnvloeden door het gegeven getal. Door eerts
een mogelijk antwoord te suggereren, blijft de inschatting dicht bij deze gesuggereerde
waarde. Onderzoek waarmee de ene groep mensen werd gevraagd of de gemiddelde
temperatuur op Antarctica hoger of lager is dan -17˚C? Daarna werd gevraagd wat de
gemiddelde temperatuur op Antarctica is. De eerste groep mensen had gemiddelde -25 ˚C
geschat. In de tweede groep werden dezelfde 2 vragen gesteld alleen werd er -43˚C gesteld in
de eerste vraag. Gemiddeld had deze groep -41˚C geschat. Idee is dat een beeld/ associatie
vormen en dat deze de basis vormen van onze inschatting. Ze zijn het anker waarop we ons
antwoord baseren. Het ankering effect is ook aanwezig als proefpersonen weten dat het anker
dat ze te zien krijgen totaal niets met het eigenlijke antwoord te maken heeft. Ankering effect
is ook in het echte leven zo. Voorbeeld; makelaars moesten waarde van huis bepalen en
werden beïnvloed door de gegeven vraagprijs. Schatters die een hoge vraagprijs hadden
gezien, vonden het huis aanzienlijk meer waard dan diegenen die een lage vraagprijs hebben
gezien.
Base rate neglect
Voorbeeld van borstkanker. Er was een mammografie afgenomen en in 90% van gevallen is
die correct. Vaak wordt gedacht dat het dan 90% kans op borstkanker is maar het is ongeveer
8%. Je verwart de kans dat je test positief is als je kanker hebt, met de kans dat je kanker hebt
als je test positief is. Als we specifieke informatie krijgen, negeren we onderliggende
waarschijnlijkheid. Als we geen verdere informatie hebben, is de onderliggende
waarschijnlijkheid het aantal keer dat het voorkomt in de groep waartoe jij behoort, de beste
inschatting die we kunnen maken. Als je voorafgaand aan het onderzoek vraagt wat de kans is
dat je borstkanker hebt zal je deze veel lager inschatten. Maar zodra je specifieke informatie
hebt, vergeet je deze. Base rate neglect komt veel voor in de kranten; namelijk de ‘vergroot
het risico met x procent’ artikelen. Bijv als je blowt heb je 70% meer kans op teelbalkanker.
70% is respectievelijk, het klinkt als heel veel maar 0,3% van de bevolking krijgt dit maar dus
dan is 70% ieniemienie.
Halo-effect
, Als aan iets of iemand een goede eigenschap wordt gekoppeld, dan gaat men er van uit de rest ook wel
zal kloppen. In ons brein vormen goede eigenschappen (intelligentie, schoonheid, goed gevoel voor
humor) een geheel. Alle extra informatie zal je interpreteren dat je initiële mening wordt bevestigt. Het
positieve van die ene eigenschap als een halo (stralenkrans) naar alle andere eigenschappen uitstraalt.
Reclame makers gebruiken het halo-effect vaak, bijvoorbeeld mooie vrouw bij auto’s. Experiment
gedaan met een artikel waarvan bij ene groep een bekende naam als auteur is gegeven en bij de andere
groep een onbekende naam. Het was een identiek artikel. De bekende schrijver wilden ze graag
allemaal publiceren en de onbekende schrijver kreeg een standaard afwijzingsbrief.
Confirmation bias
Zoeken naar bevestigende informatie. De neiging van mensen om meer aandacht en waarde te
hechten aan informatie die de eigen ideeën of hypothesen bevestigt. Er ontstaat een soort van
tunnelvisie. Je verzamelt allemaal informatie die aansluit op jouw onderzoek en dit kan effect
hebben op het resultaat.
Past het item bij positivisme? De antwoordopties zijn:
a) Ja
b) Nee
13. Sciëntisme
Ja. Ideologie; wetenschap is het belangrijkste waar je als mens aan kunt doen. Het
samenvoegen van wetenschap en empirisme.
14. Denken in termen van variabelen en gemiddelden
Ja. Objectief mogelijke kennis en je moet de data zo neutraal mogelijk maken door
kwantificering. Alleen de kale objectieve feiten mag je gebruiken volgens een
positivist.
15. Nadruk op eenmaligheid en persoonlijke uniciteit
Nee. Positivist kan niks met belevingen, gevoelens en waarden van een individu. Het
is niet wetenschappelijk volgens een positivist. Deze aspecten maken een individu
zichzelf dus in positivisme is hier geen aandacht voor.
16. De menselijke werkelijkheid is een heterogene en veranderlijke veelheid.
Nee. Wetenschappelijk onderzoek is alleen uit te drukken in objectieve feiten en data.
Er is geen aandacht voor individuen zelf. Ze zien de mens als homogeen.
17. Nadruk op natuurlijke realiteit
Ja. Mens en natuurwetenschappen staat centraal. Alleen waarneembaar gedrag
bestuderen volgens behaviorist positivisten. Alleen information processing bestuderen
volgens cognitivist positivisten.
18. Van een wetenschappelijke uitspraak moet duidelijk zijn wat zintuiglijk waar te
nemen valt als ze waar is.
Ja. Je mag er niets bij verzinnen. Alleen sprake van observaties + formele logica.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marithorselenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.49. You're not tied to anything after your purchase.