= kritische reflectie op extern domein Meta
Interdisciplineariteit
Vragen > antwoorden (vragen anders formuleren)
Immanuel Kant: verlichtingsfilosoof
1. Wat moet ik kennen: niet waar/fout, wel wat betekent het voor iets om kennis te
zijn = vraag vd kenleer/epistemologie = wetenschapsfilosofie
2. Wat moet ik doen: goed t.o.v. kwaad
3. Wat mag ik hopen: als ik het goed doe, waarop mag ik hopen (genezing, toekomst,
geluk, onsterfelijkheid -> religie)
4. Wat is een mens: wat betekent het om mens/levend wezen te zijn -> leven wezen –
gender -> wat is gender? (hedendaags)
Vanuit concept: Tijd & Maatschappij
GWF Hegel: filosofie is haar eigen tijd in ideeen of gedachten gevat = filosofie is reflectie VAN
& OP de tijd
VAN: filosofie probeert tijdsgeest te vatten: tijddiagnose/kritiek
OP: filosofie is uitdrukking van de tijd: problemen in bepaalde tijdsgeest
filosofie evolueert niet, heeft (in tegenstelling tot wetenschap) geen
methode/vooruitgang want vragen wekken nog meer vragen op
Verwijt: makkelijk om vanuit toren (afstand) op anderen te reflecteren -> fout: je
moet sowieso iets abstract hebben (vb. iets abstract zoals wiskunde)
Ultieme vragen:
1. Wat kan ik kennen: TAAL
o linguistic turn: manier waarop we denken is altijd met de taal
o “Waarover men niet spreken kan, daarover moet men zwijgen.” –
Wittgenstein we kunnen maar kennis hebben vd werkelijkheid in de mate
waarover we kunnen spreken/ de taal het toelaat
2. Wat moet ik doen: GELUK/NAASTENLIEFDE
o Eeuwige vraag
o Staat nooit los vd samenleving wat maakt mijn leven geslaagd?
3. Wat mag ik hopen: klopt
4. Wat is een mens: denken & lichaam transformeert, kan pijn lijden, verlangen…
Judith Butler: queer theory (gender): betwijfelt dat bepaald gendergedrag natuurlijk
is, en illustreert hoe aangeleerd gendergedrag (wat we gewoonlijk associëren met
vrouwelijkheid en mannelijkheid) een soort act is, een performance, een die ons wordt
opgelegd door normatieve heteroseksualiteit.
, Conclusie:
In welke tijd leven we: eerst begrijpen wat onze (hedendaagse) tijd is voor we
filosofie doen, maar om tijd te begrijpen is er ook filosofie nodig = vicieuze cirkel
Wat filosofie is, staat nooit vast: want tijd verandert
Dé ultieme vraag (wat is filo) = cirkelredering: filosofie = stellen van ultieme grote vragen, vb
wat is filosofie
Implicaties (gevolgen):
1. Methode: heeft filosofie niet
2. Vooruitgang: gaat niet wat geen methoden
3. Zelfkritiek: altijd een ander of jezelf weerleggen (zorgt wel voor vooruitgang),
kritische attitude toepassen op andere domeinen
4. Wetenschap: is filosofie niet
Filosofie vertrekt niet vanuit methode, maar vanuit menselijke ervaring
Verwondering/nieuwsgierigheid
Negatieve ervaring: vb existentiële vragen na immens verdriet
Aristoteles: “Alle mensen streven van nature naar kennis.”
Verveling/angst: Martin Heidegger (nazi)
bij echte angst (niet spin ofzo) hebben we geen enkele houvast (ook bij verveling
verschil vrees-angst: vrees t.o.v. object (vb spin) <-> angst: objectieloos, niet-
intentioneel Vb. pijn: niet VOOR iets, wel DOOR iets
Door ernstige angst gedeconnecteerd van de wereld: voordeel
= transcendent standpunt
Wat doen met angst: vrees van maken door te koppelen aan object
Vb. ademhaling onder controle houden, medicatie (ook placebo effect)
Vb. Donker: visueel niks waardoor je losgekoppeld lijkt van de wereld
Opl: licht aandoen (houvast aan de wereld) OF fluiten: creeert terug
(auditief object)
Depressie : gelijkaardig aan verveling, zorgt voor piekeren mogelijk begin van filo
Moderne filosofie: René Decartes
Wat is moderniteit?
In welke tijd leven we: tijd begrijpen om filo te begrijpen & omgekeerd
Waarom deze vraag: moderne filo + moderne wetenschap
Periodisering: exponentiële modernisering
Kenmerken:
1. VOORUITGANG
- we leven in een tijd die nieuwer is dan van onze voorgangers
- evolutie in tijd is altijd exponentiële vernieuwing= vooruitgang
kritiek: is dit nog geloofwaardig? Naiëf? Beeld op toekomst is gedaald
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Farma505. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.62. You're not tied to anything after your purchase.