H6 Internationale samenwerking
6.1 Handelspolitiek
De welvaart neemt toe door internationale handel, omdat ondernemingen daardoor
produceren waar de kosten het laagst zijn. Sommige sectoren lijden hieronder, en
overheden zijn daardoor geneigd om bedreigde sectoren te beschermen.
Argumenten voor protectie zijn
- Oneerlijke concurrentie (dumping en lage lonen)
- Streven naar onafhankelijkheid in bepaalde sectoren
- Represailles tegen handelsbelemmeringen door andere landen
Consumenten hebben voordeel bij de internationale handel, doordat zij goedkopere
producten of producten van betere kwaliteit kunnen kopen. De winkeliers in het land moeten
aanpassingskosten maken om nieuwe arbeidsplaatsen te ontwikkelen.
→er is sprake van welvaartstoename en inkomensherverdeling
In een conjuncturele opleving zullen de handelsbelemmeringen tussen landen weggenomen
worden, omdat er toch al genoeg arbeidsplaatsen zijn. Wanneer er sprake is van een
conjuncturele neergang zal de overheid de binnenlandse arbeidsplaatsen willen
beschermen.
Als landen protectionistische maatregelen tegen buitenlandse handel willen nemen, moeten
ze die verdedigen in de World Trade Organization omdat het internationale handelsbeleid
van de WTO gericht is op open markten internationaal. Protectionistische maatregelen
mogen alleen van de WTO als er sprake is van schending van de vrijhandel door andere
landen.
1. Het land kan oneerlijke concurrentie proberen aan te tonen. Internationale
prijsdiscriminatie = dumping = producten exporteren en die in het buitenland veel
goedkoper aanbieden dan in het eigen land. Dit is wel moeilijk aan te tonen. Sociale
dumping = de lonen kunstmatig laag houden om de betalingsbalans te verbeteren.
2. Onafhankelijkheidsargument. Landen willen in sommige sectoren onafhankelijk zijn
van andere landen. Bijvoorbeeld voedsel, omdat dit bij oorlog en dergelijke als
drukmiddel kan worden ingezet (voedselwapen). Ook is er vaak sprake van
strategische handelspolitiek. Hierbij beschermen landen de innovatieve industrieën.
Hiermee komen “eigen” bedrijven als eerste op de markt met innovaties, en wordt de
hoogwaardige werkgelegenheid beschermd.
→infant industry; een nieuwe industrie ontwikkelen kost veel geld, en bedrijven
houden zich niet staande zonder bescherming van de overheid. Hierbij is wel het
gevaar dat de overheidsinvloed permanent nodig is om de industrie overeind te
houden.
, 3. Represailles op handelsbelemmeringen. Als landen met handelsbelemmeringen te
maken krijgen, dreigen ze met tegenmaatregelen. Hiermee kun je het andere land tot
onderhandelingen dwingen, waarmee een handelsconflict voorkomen kan worden.
Mogelijkheden om import en export te beperken
1. Tarifaire belemmeringen
Invoertarieven. Prohibitieve tarieven = zulke hoge heffingen dat import niet mogelijk
is. Zorgt voor meer overheidsinkomsten en bescherming van de binnenlandse
bedrijven. Een overheid moet deze inkomsten niet zien als vervanging van de
normale belastinginkomsten.
2. Non-tarifaire belemmeringen
Regels voor de hoeveelheid of kwaliteit van importgoederen. Om de hoeveelheid te
beheersen: contingenten of importquota. Een variant is vrijwillige exportbeperking,
waarbij landen overeenkomen om de onderlinge handel te beperken. Reglementaire
voorschriften (op bijv. verpakking, kwaliteit en veiligheid) kunnen ook gebruikt
worden.
Beide belemmeringen zorgen ervoor dat de invoer daalt en de prijs van het product stijgt,
waardoor de binnenlandse productie toeneemt en de consumptie afneemt.
Verschillen tarieven en contingenten
- Bij tarieven gaat de “winst” naar de overheid, bij contingenten naar de importeur
- Bij tarieven kan een stijging van de binnenlandse vraag opgevangen worden door
import, bij contingentie moet de binnenlandse productie het opvangen.
Producenten kunnen voordeel hebben van importbelemmeringen, maar ook van
exportsubsidies. Ze krijgen dan een subsidie bovenop de wereldmarktprijs van een product.
De concurrentieverhoudingen op de wereldmarkt worden hierdoor wel aangetast, omdat
buitenlandse concurrenten deze subsidie niet krijgen.
6.2 Vormen van internationale samenwerking
Vaak werken landen samen om de handelsbetrekkingen te verbeteren om een hogere
welvaart te realiseren. Er zijn verschillende manieren waarop landen kunnen samenwerken.
We spreken van economische integratie als de handelsbelemmeringen tussen landen
verminderen of volledig verdwijnen. Regionale integratie gebeurt vaak tussen landen die
dicht bij elkaar liggen. Hierbij kan het om meer gebieden dan economische integratie gaan.
Economische integratie
1. Vrijhandelsovereenkomst
Alle onderlinge restricties in handels- en betalingsverkeer tussen landen worden
opgeheven. Vrij importeren en exporteren van goederen en diensten. Er is sprake
van handelsomlegging als externe landen via 1 van de 2 landen makkelijker kunnen
exporteren en importeren, en dit dan ook doen.
2. Douane-unie
Geen onderlinge handelsbeperkingen, en gemeenschappelijke buitengrenzen. Voor
alle landen gelden dus dezelfde contingenten en invoertarieven. Landen kunnen
hierdoor ook samenwerken om op de goedkoopste plek binnen de unie te
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joannezandee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.