100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting van het vak farmacologie Partim I (behaald resultaat 19/20) $8.56   Add to cart

Summary

Samenvatting van het vak farmacologie Partim I (behaald resultaat 19/20)

1 review
 221 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van het vak farmacologie Partim I (behaald resultaat 19/20): Dit bevat een uitgebreide samenvatting van Farmacologie gegeven door professor Pieter-Jan Guns & professor Guido De Meyer. De samenvatting bevat al de lessen van Partim 1, informatie uit de cursus en de slides. Als je dit le...

[Show more]

Preview 4 out of 88  pages

  • September 27, 2022
  • 88
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: rafalkamel • 1 year ago

avatar-seller
FARMACOLOGIE
PARTIM I

Hoofdstuk 1: Farmacodynamiek
= hoe en waar een GM werkt in een organisme.

Farmacokinetiek: Studie van de concentratie van een geneesmiddel in verschillende delen van het lichaam in
functie van de tijd (wat doet de mens met een geneesmiddel eenmaal opgenomen?).
Farmacotherapie: Wat is het beste geneesmiddel voor de patiënt? (bijwerkingen, dosisaanpassingen).

Coventioneel; ‘small molecules’ → ADME vnl toepasbaar hierop
Vs
Biologic → specificiteit vaak groter
→ IV toedienen → nt stabiel genoeg om door GI te gaan (afgebroken in zure pH maag + te gr voor opnamedoor
epitheel darm)

Farmaca met weinig specifieke werking:

• Lage chemische en biologische specificiteit
• Simpele fysico-chemische werking
• Grote hoeveelheden nodig voor effect
o Antacida → bij zuur
o Bulklaxativa/osmotische laxativa
o Osmotische diuretica
o Actieve koolstof → bij intoxicaties → kan toxische stof complexeren/capteren; soort spons
o Plasmavervangers …

Farmaca met specifieke werking:

• Hoge chemische en biologische specificiteit
• Aangrijpingspunten:
o Receptoren bv. Ach, NA, 5-HT, histamine …
o Ion-kanalen bv. Na+-kanalen door lokale anesthetica, klasse I anti-aritmica
o Enzymen bv. NSAIDs die co inhiberen, MAO-inh.n …
o Transportmoleculen bv. diuretica, TCA, PPI…
Aangrijpingspunten v GM: vb. inhibitie v zuursecretie:




Verhoogde maagzuurproductie → gastro-oesofageale reflux/maagzweren → inhiberen op # manieren: 1.
Antacida: H+ ‘s neutraliseren
= zouten → binden zuren/protonen → 2 types:



1

, • Absorbeerbaar: NaHCO3 → w opgenomen → osmolariteit bloed ↑ → hogere BD →
nt geven aan iemand met hoge BD
• Niet-absorbeerbaar: CaCO3, Mg(OH)2, Al(OH)3
→ Mg eerder laxeren, Al eerder obstiperend

2. Sucralfaat (=polysaccharide) → vormt mechanisch laagje/barrière → maagwandw beschermd
Alginaat; zorgt voor soort gel/’foam’ → drijft op maagsappen → maag bovenaan afgesloten →minder
kans dat maagzuur in slokdarm komt → ↓↓ klachten oesofageale reflux

Biologische specificiteit: Bepaald door verschillen in expressie van receptoren of andere aangrijpingspunten.
bv. Angiotensine II receptoren wel in GSC in bloedvaten (VC), maar niet in het GIS. → blokkers = GM →
constipatie is gn nevenwerking
+ Ang II stimuleert Na+ reabsorptie in proximale tubuli vd nier, maar gn invloed op darmepitheel.

Chemische specificiteit: 3D ruimtelijke conformatie ve GM bepaalt de binding (affiniteit) met zijn doelwit. bv.
Angiotensine II wordt inactief (dwz. minder affiniteit voor de receptor) wanneer een AZ afsplitst, of wanneer
een L-AZ wordt vervangen door een D-AZ.

Aangrijpingspunten GM




(Depolarisatie = Na-instroom; hyperpolarisatie = membraanpotentiaal zakt verder, vb. als een chloride stroom
binnenstroomt)




2

, Type 1: regelt Type 2: regelt op Type 3: fosforyleert Type 4: Intra-cellulaire
rechtstreeks ion- indirecte wijze via rechtstreeks bepaalde receptor, die in de
kanalen. koppeling aan G-eiwit eiwitten. bv. tyrosine celkern diffundeert na
de functie van ion- kinase binding en daar DNA-
Ligand-gated kanalen of second transcriptie beïnvloedt
ionkanalen messengers. Kinase gelinkte
(↔ voltage gated GPCR receptoren Nucelaire receptoren
ionkalalen) Metabotroop
→ 7-TM α-helices die
Ionotroop de receptor in de
celmembraan houden.
Reactietijd Milliseconden Seconden Minuten Uren
→ snelle effecten: thv
CZS, motorische
eindplaat
(skeletspieren)
Plaats Membraan Membraan Membraan Cytoplasma
Transductie Direct Via G-ew Direct Via DNA
Versterken Kanaal Kanaal of enzym Tyrosine kinase Gentranscriptie ↑ of ↓

Second messenger Ionenpotentiaal Ca++, cAMP, cGMP, IP3, - mRNA, EWn
DAG
Voorbeeld GABAA, nAch mAch, β-adrenerge Insuline, roeifactoren Alle steroïden,
receptor thyroïdhormonen
GPCR: ligand bindt → receptor w geactiveerd → G-EW zet sec messenger systemen in gang

• PLC-systeem (fosfolipase C): PIP2 → DAG + IP3 → IP3 bindt receptoren SPR → Ca vrijstellen →
contractie
• Stimulatie/inhibitie v adenylaatcyclase → produceert cAMP

Gq: gekoppeld aan PLC
Gs en Gi: gekoppeld aan adenylaatcyclase →
1 2 3 aanmaak cAMP
8
(Gs = stimuleren; Gi = inhiberend)

Vb. adrenaline activeert α1 en β2

cAMP gaat in circulaire GSC zorgen dat meer Ca
4 5
w opgenomen → contractie inhiberen →
relaxatie

(CM = calmoduline; MLCK = myosine light chain
kinase; VGCC = voltage gated calcium channels →
geactiveerd door ↑ membraan-potentiaal door
6 7 vrijstelling Ca uit SPR)


1. Na
2. Adrenaline
3. α-antagonist
4. Isoprenaline
5. Adrenaline
6. NO-donoren
7. Fosfodiësteraseinhibitoren
8. Ca-kanaalblokker




3

, Contractie verloopt anders, gn initiatie door IP3,
maar 1e stap = instroom Ca over
plasmamembraan. → cAMP → activatie PKA →
hogere gevoeligheid voor Ca instroom.




→ Fosforyleren

JAK = Janus kinase → signaaltransductie #
cytokines → inflammatoire ziekten
kankerGM
Nibs = small molecules

P36, JNK, ERK = transcrriptiefactoren




→ Gaan doorheen plasmamembraan →
binden intracel. op receptor → vormen dimeren
→ transloceren naar nucleus →
glucocorticoïden binden op ofwel
glucocorticoïden response-elements op DNA →
bevorderen zo ofwel transcriptie of kunnen
transcriptie remmen ; transactivatie/-repressie



→ Geen snelle signaaltransductie




GM die inwerken op signaaltransductie

• Lithium = psychofarmacon, werkt mogelijk door blokkering IP cyclus
• Fosfodiësteraseremmers: cAMP en cGMP w geïnactiveerd door fosfodiësterasen (FDE) (= familie iso-
enzymen); verschillen in weefsel lokalisatie, substratspecificiteit (cAMP/cGMP) en wijze waarop ze
door cyclische nucleotide geïnactiveerd/geremd w
o FDE-III
▪ Hart & BP
▪ Substraat: cAMP >> cGMP
▪ W geremd door cGMP



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lemmeslodders. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.56  2x  sold
  • (1)
  Add to cart