Samenvatting Persoonlijke analyse - Reynolds & Francis (2000) én Achleitner et al. (2014)
49 views 4 purchases
Course
Academic Research In Accountancy (ACMARIA10)
Institution
Nyenrode Business Universiteit (Nyenrode)
Persoonlijke analyse a.d.h.v. 9-stappenplan artikel Reynolds & Francis (2000) - Does size matter? The influence of large clients on office-level auditor reporting decisions én Persoonlijke analyse a.d.h.v. 9-stappenplan artikel Achleitner (2014) - Real Earnings Management and Accrual-based Earning...
Nyenrode Business Universiteit (Nyenrode)
Master Accountancy
Academic Research In Accountancy (ACMARIA10)
All documents for this subject (41)
Seller
Follow
joepsommers
Reviews received
Content preview
Academic Research in Accountancy (ARIA)
Persoonlijke analyse college 7
Reynolds, J.K. and Francis, J.R. (2000). Does size matter? The influence of large clients on office-level
auditor reporting decisions. Journal of Accounting and Economics, 30(3), 375-400.
1. What is the (management) problem?
Voorgaand onderzoek, onder andere van DeAngelo (1981), heeft aangetoond dat in de auditor-client
relatie een bilaterale relatie betreft waarbij de accountant geprikkeld kan zijn zijn onafhankelijkheid
los te laten en daarmee de klant gunstig te auditen om daarmee de klant te behouden. Dit wordt
ook wel de economische onafhankelijkheid genoemd. Het probleem dat in dit onderzoek wordt
onderzocht is het feit of de accountant minder onafhankelijk is als gevolg van economische
afhankelijkheid en of dit wordt beïnvloed door de omvang van de klant. Hierbij wordt, ten opzichte
van voorgaand onderzoek, gekeken naar de accountantskantoorvestigingen in plaats van de
accountantskantoren zelf. Het is belangrijk dat onderzoek wordt gedaan naar dit probleem,
aangezien hiermee duidelijk gemaakt kan worden of accountants zich in hun werkzaamheden laten
leiden door economische afhankelijkheid (slechte audit) of reputatiebescherming (goede audit).
2. From whose perspective is the (management) problem being studied?
In de paper staat de onafhankelijkheid van de accountant centraal. De mate van onafhankelijkheid
zegt iets over de waarde van de afgegeven controleverklaring. Doordat inzicht wordt verschaft in het
feit of de accountant zich laat leiden door economische afhankelijkheid of reputatiebescherming,
kunnen gebruikers van de jaarrekening de controleverklaring beter op waarde schatten. Dit
onderzoek is derhalve geschreven vanuit het perspectief van de gebruikers van de jaarrekening.
3. What is the research question to address the (management) problem?
Het onderzoeksdoel van de paper is het verkrijgen van kennis over en inzicht in de relatie tussen de
omvang van de klant (economische afhankelijkheid) en de onafhankelijkheid (oordeels- en
besluitvorming) van de accountant. De hoofdvraag luidt hierbij: In welke mate heeft de omvang van
de klant invloed op de onafhankelijkheid van de accountant?
De deelvragen die bij deze hoofdvraag horen betreffen:
- Waarom is er een relatie tussen economische afhankelijkheid en de onafhankelijkheid van
de accountant?
- Wat is de relatie tussen de omvang van klanten en de omvang van accounting accruals? (H1)
- Wat is de relatie tussen de omvang van klanten en de variantie in accounting accruals tussen
grote en kleine klanten? (H2)
- Wat is de relatie tussen de omvang van klanten en het afgeven van een
continuïteitsparagraaf in de controleverklaring? (H3)
De hypothesen die opgesteld zijn in de paper luiden:
- H1: Economische afhankelijkheid leidt ertoe dat de accountant met een minder kritische blik
de accounting accruals van grote klanten controleert.
- H2: Door de economische afhankelijkheid is de variantie in accounting accruals van grote
klanten groter dan van kleine klanten.
- H3: Economische afhankelijkheid leidt ertoe dat de accountant bij grote klanten minder snel
een continuïteitsparagraaf opneemt in de controleverklaring ten opzichte van kleine klanten.
, 4. What is the conceptual model?
5. What is the strength of the causal relationship?
Use of theory
De schrijvers halen het onderzoek van DeAngelo aan met betrekking tot de bilaterale relatie tussen
auditor en klant. Hieruit komt naar voren dat economische afhankelijkheid invloed heeft op de
onafhankelijkheid van accountantskantoren alsook de controlekwaliteit. Echter, een
accountantskantoor is meer onafhankelijk dan een accountantskantoorvestiging, aangezien op
vestigingsniveau het belang van de klant groter is.
Daarbij vult het onderzoek van AICPA aan dat een volledige onafhankelijkheid van de accountant
niet bestaat en altijd bepaald wordt door de omvang van de controlefee.
Hierbij vullen Wilson & Grimlund aan dat economische afhankelijkheid gerelateerd is aan het lijden
van reputatieschade door de accountant. Indien een onderneming groter is, is het belangrijk de
reputatie hoog te houden. Door vervolgens in het voordeel van de klant te auditen, wordt de klant
behouden en worden extra opbrengsten gegenereerd. Indien er een rechtszaak volgt, zullen deze
kosten over het algemeen door het gehele kantoor gedragen worden. Aangezien de opbrengsten
direct toe te rekenen zijn aan een vestiging, zullen daarom vestigingen eerder geneigd zijn om in het
voordeel van grote klanten te auditen.
Causality vs correlation
Gebruikte theorie:
De gebruikte theorie is redelijk. De schrijvers halen verscheidene voorgaande onderzoeken aan. Er
wordt voortgeborduurd op het onderzoek van DeAngelo. Echter is de link van de theorie naar de
hypotheses niet al te sterk onderbouwd. Hierin zitten nog overige effecten die mogelijk invloed
uitoefenen. Dit neigt dus meer naar correlatie.
Confounding factors:
Er sprake van weinig confounding factors, aangezien de schrijvers al redelijk veel confounding
factors meenemen. Zie ook subhoofdstuk “Confounding factors”.
Reciprociteit:
, Hierin zit een risico, zie ook subhoofdstuk “Reciprocal relationships”.
Type onderzoek:
Het onderzoek kenmerkt zich als een Cross-sectioneel onderzoek waarbij het onderzoek is
uitgevoerd in 1 jaar. Dit verkleint de kans op het aantonen van causaliteit.
Conclusie:
Op basis van bovenstaande punten kan worden aangenomen dat hier sprake is van correlatie.
Reciprocal relationships
Hierin berust mogelijk een risico. Het onafhankelijk handelen van een accountant kan namelijk tot
gevolg hebben dat een gecontroleerde onderneming meer of minder economisch afhankelijk wordt
van de accountant. Dit komt de interne validiteit ten slechte (-).
Confounding factors
De onderzoekers van de paper nemen aardig wat controlevariabelen mee. In de eerste regressies 4
en in de tweede regressie 6 controlevariabelen. De verkleint het risico op confounding factors. Dit
komt de interne validiteit ten goede (+).
Clear difference between moderation and mediation
Niet van toepassing.
Al met al classificeer ik de interne validiteit als matig (-).
6. What is the quality of the operationalization of the conceptual model?
Units
De units betreffen de geselecteerde bedrijven in Amerika (brutopopulatie van 6747), welke
geaudited zijn door Big5-kantoren. De gekozen units zijn passend bij het doel van het onderzoek,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joepsommers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.39. You're not tied to anything after your purchase.