100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Systeemgericht werken in sociale beroepen (H1-6 en 8), contextuele hulpverlening (H1, 2, 4 en 6) en Met Nieuwe Ogen (blz 295-313) $5.93   Add to cart

Summary

Samenvatting Systeemgericht werken in sociale beroepen (H1-6 en 8), contextuele hulpverlening (H1, 2, 4 en 6) en Met Nieuwe Ogen (blz 295-313)

 23 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Beknopte samenvatting van 3 boeken: Systeemgericht werken in sociale beroepen (H1-6 en 8), Contextuele hulpverlening (H1, 2, 4 en 6) en Met Nieuwe Ogen (blz 295-313). De samenvatting begint met het boek Met nieuwe ogen, vervolgens gaat het over naar de Contextuele hulpverlening en eindigt met het...

[Show more]

Preview 3 out of 19  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 6 en 8
  • September 28, 2022
  • 19
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 50 Flashcards
$3.23 3 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Waar staat nature voor? a. Omgeving b. Erfelijkheid c. Normen en waarden

Answer: B

2.

Uit minstens hoeveel generaties moet het genogram bestaan? a. 3 b. 4 c. 2

Answer: A

3.

Hoe ziet een hulpverlener zijn cliënt als hij werkt vanuit de contextuele benadering? a. Als een los, opzichzelfstaand individu b. Hij beziet deze mens binnen zijn eigen context c. Onderdeel van een systeem

Answer: B

4.

Waar spreken contextueel werkers over als ze het over de vierde dimensie hebben? a. Geven en ontvangen b. Relationele ethiek c. Leven in context

Answer: B

5.

Wat is verdelend onrecht? a. Dit is onrecht waaraan niemand direct schuld heeft of verantwoordelijk voor is b. Onrecht dat mensen elkaar bewust of onbewust aan doen c. Onrecht waar mensen schuld van krijgen door omgeving

Answer: A

6.

Waar gaat het in eerste plaats over bij het begrip context? a. Familierelaties b. Omgevingsfactoren c. Vriendschap

Answer: A

7.

Welke vier aspecten kun je onderscheiden als het gaat om oog te krijgen voor wat er speelt binnen de context van je cliënt? a. Erfelijke aanleg, sociale omgevingsfactoren, gewoonten en gebruiken, normen en waarden b. Sociale omgevingsfactoren, legaten en delegaten, normen en waarden, aanleg c. Gewoonten en gebruiken, normen en waarden) erfelijke aanleg, genogram

Answer: A

8.

Wat is fundamenteel in de benadering van Nagy? a. Schema\'s b. Verdiepen in context c. Geven en ontvangen

Answer: C

9.

In welk antwoord wordt selfdisclosure beschreven? A. Als hulpverlener ben je bewust van de hulp die je biedt aan je cliënt. B. Als hulpverlener ben je bereid om je eigen persoonlijke ervaringen in te zetten in de werkrelatie. C. Als hulpverlener ben je bereid om je eigen ervaringen en aannames op de achtergrond te zetten.

Answer: B

10.

Tjin A Djie onderscheidt drie algemene competenties voor het opbouwen van een doeltreffende werkrelatie met een cliënt. Welke van onderstaande competenties hoort hier niet bij? A In het contact aansluiten bij de kracht en het perspectief van cliënten en mogelijkheden en wensen in hun leefwereld centraal stellen; B Communiceren vanuit eigen ervaringen C Met de cliënt overeenstemming bereiken over doelen en werkwijze.

Answer: B

Flashcards 50 Flashcards
$3.23 1 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Voor wie worden beschermjassen voornamelijk gebruikt? A. Mensen met een migratieachtergrond. B. Mensen met ontwikkelingsachterstand. C. Mensen met autisme.

Answer: a

2.

Wat is geen ondersteunend instrument voor beschermjassen? A. Genogram. B. Levenslijn. C. Sociogram.

Answer: C

3.

Wat is een verworven relatie? A. Relaties op genetische basis. B. Relaties die je in de loop van je leven op doet.

Answer: B

4.

Welke van de onderstaande antwoorden hoort niet bij de diverse krachtbronnen van Beschermjassen? A. Humor B. Verbindende verhalen C. Jezelf als professional

Answer: A

5.

Welke van de onderstaande antwoorden is een algemene competentie voor het opbouwen van een doeltreffende werkrelatie met de cliënt? A. Door het hele proces kies je altijd partij voor je cliënt. B. Met de cliënt communiceren vanuit je eigen kennis. C. Met de cliënt overeenstemming bereiken over doelen en werkwijze

Answer: C

6.

Waar speelt nurture een belangrijke rol in? a) Opvoeding en leefomstandigheden b) Erfelijkheid c) Karaktereigenschappen

Answer: A

7.

Waar gaat het contextuele denken vanuit? a) Een mens is nooit solitair b) Vreugde en pijn wordt bepaald door de context waarin hij wordt geboren c) Personen en situaties worden benaderd als samenhangend geheel

Answer: B

8.

Waar gaat Nagy vanuit? a) De basis van menselijke relaties wordt gevormd doordat mensen eikaars normen en waarden accepteren b) De basis van menselijke relaties wordt gevormd doordat mensen elkaar vertrouwen c) De basis van menselijke relaties wordt gevormd doordat mensen van elkaar geven en ontvangen

Answer: C

9.

Welke dimensie van de relationele werkelijkheid mist in het volgende rijtje: De feiten, interacties, relationele ethiek,... a) Erkenning b) Psychologie c) Meerzijdig gerichte partijdigheid

Answer: B

10.

Wat voor soort onrecht is het volgende voorbeeld? \'Overlijden van een gezinslid\' a) Vergeldend onrecht b) Verdelend onrecht c) Onterecht onrecht

Answer: B

Beschermjassen is ontwikkeld door Tjin A Dije. Het wordt in de cultuursensitieve jeugdzorg en geestelijke
gezondheidszorg als transcultureel hulpverleningsmodel ingezet. Dit n.a.v. haar ervaringen met
migrantenjongeren in de jeugdzorg en het systeemgericht werken met genogrammen.
Iemand beschermjassen betekent:
1. Iemand tijdens een moeilijke faseovergang inbedden in het oude vertrouwde. Bijv. door op zoek te gaan
naar vertrouwde krachtbronnen, steunfiguren, rituelen... Dit is vooral nuttig bij verlieservaringen waarbij
pijn van eerdere faseovergangen weer voelbaar wordt.
2. Iemand inbedden in de cultuur van een vertrouwde groep. Wat is iemands herinnering qua tradities,
rituelen, eetgewoonten, geuren, etc. Volgens Meijerink, Tjin A Djie & Zwaan kan erover praten en
herinneringen ophalen al het effect hebben van een beschermjas.
Bij de ontwikkeling van Beschermjassen tot transcultureel hulpverleningsmodel legde Tjin A Djie de
verbinding tussen de concepten enveloppement (inbedding en omhulling) en transitionele ruimte.
 Enveloppement is een term uit de transculturele psychologie om de beschermende functie van de groep
en cultuur tijdens een levensfaseovergang te beschrijven. Hierbij is een veilige transitionele ruimte
vormen m.b.v. beschermjassen essentieel.
 Transitionele ruimte werd in de ontwikkelingspsychologie gebruikt om de tussenruimte te beschrijven
waar kinderen de afwezigheid van hun moeder kunnen verdragen m.b.v. een vertrouwd voorwerp, zoals
een knuffel of speelgoed = transitional object. De transitionele ruimte is een veilige ruimte die nodig is
om pijnlijke ervaringen (bijv. verlies) te kunnen verwerken en te kunnen herstellen of genezen. Deze
ruimte kan gecreëerd worden door als professional persoonlijke ervaringen te delen (selfdisclosure) en
door bereid te zijn om tijdelijk een steunfiguur te zijn, zolang de cliënt nog geen beschermjassen heeft.
De liminele fase is een kwetsbare tussenruimte van migranten waarin ze zichzelf opnieuw moeten leren
kennen. Voor een succesvolle transitie is het belangrijk dat ze zich veilig voelen. Migranten kunnen
terugvallen in de liminele fase als oud onverwerkt leed opspeelt bij bepaalde levensovergangen.
Beschermjassen kunnen oplossingsstrategieën zijn die je van huis uit hebt meegekregen en die je kunt
inzetten in stressvolle omstandigheden. Dit zijn bijvoorbeeld manieren om troost te vinden, verhalen
vertellen, rituelen, knuffelen, gewoonten, samen eten, activiteiten ondernemen, cultuur, etc. Zulke
stresshanteringstrategieën heb je tijdens je kindertijd opgeslagen in je hersenen: biologisch mechanisme.
 Het gebruik van beschermjassen kun je ondersteunen d.m.v. een genogram en/of een levenslijn, door
contextuele vragen te stellen én door te vragen naar levensverhalen en geliefde gebruiken of rituelen.
 Binnen de reguliere gezinshulpverlening in Nederland ontbreekt het volgens Tjin A Djie aan een
samenhangende methode om migranten op een empowerende manier te beschermjassen.
Beschermjassen is op de eerste plaats bedoeld voor de intermediaire doelgroep van professionals in welzijn,
jeugdzorg en onderwijs, met als doel zo goed mogelijk gebruik te maken van de kracht van families en de
client te helpen in dialoog met zijn familie tot eigen oplossingsstrategieën te komen.

,De aanpak van het werkmodel Beschermjassen bestaat uit een samenhangend geheel van:
1. Kennis en inzicht in de diversiteitsaspecten van beschermjassen;
- Inzicht in diversiteitsaspecten die betrekking hebben op de manier waarop families in verschillende
culturele contexten georganiseerd zijn en om de impact van migratie-ervaringen.
- Er is een verschil tussen families uit een collectief systeem en families uit een individueel systeem
- Migranten uit een collectief systeem hebben vaak grote emotionele gevolgen door migratie omdat het
vormgeven van familiecontinuïteit lastiger is.
- Bij het beschermjassen van migranten is van belang om stil te staan bij hun migratie-ervaringen en van
hun familieleden. Door terugval in de liminele fase kunnen psychosociale en cognitieve problemen
ontstaan. Bij de aanpak hiervan, worden alle gevolgen van de migratie samen met de cliënt op een
betekenisvolle wijze in kaart gebracht. De strijd tussen acculturatiestreven en oorsprongsgehechtheid
zorgt ervoor dat migranten pendelen tussen het leven hier en nu en het leven van vroeger en ver weg.
Professionals moeten helpen om hen te ondersteunen bij het verbinden van conflicterende loyaliteiten.
2. Interculturele competenties voor het vormgeven van de werkrelatie;
- Algemene competenties voor het opbouwen van een doeltreffende werkrelatie met een cliënt:
1. In het contact aansluiten bij de kracht en het perspectief van cliënten en mogelijkheden en wensen in
hun leefwereld centraal stellen;
2. Communiceren vanuit empathie en compassie;
3. Met de cliënt overeenstemming bereiken over doelen en werkwijze.
- Beschermjassen geeft ook inzicht, in interculturele communicatie, in de vraag wanneer het veilig is en
wanneer het onveilig wordt in de relatie met ‘de vreemde ander’. Dit communicatiemodel bestaat uit 6
elementen die nodig zijn voor een open dialoog met deze ander: kennis hebben van de ander zijn en je
eigen culturele bagage, je heilige huisjes kennen om te kunnen wisselen van perspectief, empathie en
compassie als basisvoorwaarden voor de communicatie en bewustzijn dat er altijd blinde vlekken zijn.
3. Exploratie van diverse krachtbronnen als beschermjas;
- Werken met Beschermjassen betekent dat je werkt vanuit het besef dat iedereen een steunstructuur
nodig heeft om problemen te overwinnen en oplossingen te vinden. Krachtbronnen kunnen zijn:
1. Jijzelf als professionele vriend: een veilig werk- en leerklimaat creëren en daarbij als steunfiguur
fungeren. Hierbij moet je met aandacht en empathie aanwezig zijn en een wij-gevoel creëren.
2. Personen in de familie of de omgeving: Aan de hand van een levenslijn en een genogram in kaart
brengen wie in het verleden belangrijke steunfiguren waren bij problemen etc. Je vraagt na waar
deze personen zich bevinden en hoe ze nú tot steun zouden kunnen zijn. Wie kunnen daarnaast in de
huidige context de rol van vroegere steunfiguren op zich nemen?
3. Rituelen en religie: een reeks van handelingen die periodiek plaatsvinden en waaraan een speciale
betekenis wordt verbonden. Er wordt kracht geput uit vertrouwde gebeurtenissen uit het verleden.
4. Gewoonten en gebruiken
5. Verbindende verhalen: om een krachtbron als beschermjas in te kunnen zetten, is het belangrijk dat
je je eigen (levens)verhaal en dat van de ander kent. In het verhaal over de geschiedenis en cultuur
van je land, familie en je levensverhaal liggen volgens Tjin A Djie en Zwaan antwoorden, krachten en
inzichten die kunnen helpen om vooruit te komen. Je verhaal vertellen is een beschermjas en het
luisteren naar elkaars verhaal zorgt voor perspectief-uitwisseling en wederzijdse empathie. Verhalen
en herinneringen zorgen voor een gevoel van continuïteit en samenhang met onze omgeving en
waaruit we onze eigen waarde vandaan halen. Vooral mensen die de aansluiting verliezen met de
omgeving zijn gebaat bij het vertellen van hun levensverhaal.
6. Eigen taal en groepscultuur: geven een gevoel van thuis en veiligheid. Met de narratieve benadering
kan naar mogelijkheden worden gezocht om contact met landgenoten te hebben zonder verhalen
over het verleden met hen te delen. Je vraagt, naast het dominante, traumatische verhaal van de
cliënt, de positieve elementen in het leven van toen te vertellen of de positieve elementen in het
huidige leven te benadrukken. Dit kan vervolgens ingezet worden bij het vormgeven van het sociale
netwerk in een nieuwe groepscultuur, waarin elementen van het oude worden verweven.

, 6 ondersteunende instrumenten zoals beschreven in het basisboek Beschermjassen:
1. Dialoog met ‘de vreemde ander’ in jezelf: hierbij is de ‘vreemde ander’ degene die een heilig huisje bij je
raakt. Wat is dat? Als je dit erkent kun je voorkomen dat het gesprek daardoor stagneert.
2. Genogram: grafische weergave van het familiale netwerk van een persoon (3 of meer generaties)
3. Levenslijn: inzicht krijgen in iemands levensgeschiedenis en gelaagdheid in verlieservaringen.
4. Contextuele vragen: vragen naar het verhaal achter het genogram of levenslijn
5. TOPOI-model gecombineerd met het genogram: wanneer een casus je als professional emotioneel raakt.
6. Getuigen: een getuigenis afleggen van de ingrijpende ervaring die mensen hebben meegemaakt en
vertellen over de impact ervan op hun leven. Zorgt voor meer acceptatie en een helende werking.
Verschil Beschermjassen en reguliere empowermentmethoden:
 Als werker richt je je op het meergeneratie-familiesysteem in plaats van alleen het gezinssysteem.
 Als werker sluit je aan bij het historisch perspectief van de cliënt én zijn familieleden; je helpt de cliënt
en zijn familieleden om zelf oplossingen voor de toekomst te vinden door hen te verbinden met ankers
uit het verleden in plaats van je te beperken tot het hier-en-nu in relatie tot de toekomst.
 Als werker breng je geregeld persoonlijke verhalen in, in plaats van je te distantiëren in de werkrelatie.
 Als werker zet je je eigen verhalen in om overeenkomsten en verschillen te verklaren die je tegenkomt in
de dialoog met de ander. Je focust je dus op verschillen én overeenkomsten.
Beschermjassen pleit voor het zoeken naar en inzetten van de eigen kracht van de cliënt en zijn familie en
het actief op zoek gaan naar collectieve ondersteuningssystemen in het informele netwerk.
Context: het netwerk van betekenisvolle relaties. De contextuele benadering heeft oog voor de samenhang
tussen de verschillende generaties (3/4 generaties) waaruit iemand is voortgekomen.
 Gegeven relaties: familierelaties  relaties die niet verbroken kunnen worden. Je blijft iemands dochter.
 Verworven relaties: relaties die iemand in de loop van zijn leven opdoet (buren, partner, collega’s, etc.)
Regenbooggezin: een gezin met 2 partners van hetzelfde geslacht die samen de kinderen opvoeden of een
gezin met >2 ouders waarvan ten minste 1 niet-heteroseksueel is.
Een hulpverlener die werkt vanuit de contextuele benadering ziet een cliënt niet als een opzichzelfstaand
individu, maar als iemand binnen zijn eigen context: het geheel van betekenisvolle gegeven en verworven
relaties waarvan hij deel uitmaakt en waaruit hij is voortgekomen.
Volgens het contextuele denken wordt een groot deel van de pijn en de vreugde in het leven van iemand
bepaald door de (intergenerationele) context waarbinnen hij geboren is en hangen problemen die iemand
later in zijn leven ervaart in verworven relaties samen met gedrags- en relatiepatronen die zich hebben
ontwikkeld in het gezin van herkomst (gegeven en verworven familiale relaties). Er moet oog gehouden
worden over wat binnen de context van je cliënt speelt en wordt overgedragen. 4 aspecten zijn belangrijk:
1. Erfelijke aanleg (nature)
2. Sociale omgevingsfactoren (nurture): opvoeding en leefomstandigheden
3. Gewoonten en gebruiken
4. Normen en waarden.
Nagy: relationele ethiek  de basis van menselijke relaties wordt gevormd doordat mensen aan elkaar
geven en van elkaar ontvangen. Dit leer je binnen de context waarin je opgroeit en ze zijn onlosmakelijk met
elkaar verbonden. Nagy gaat ervan uit dat het rechtvaardig is dat je in relaties mag geven en ontvangen. De
dynamische balans hiertussen wordt de relationele ethiek genoemd (vierde dimensie). Zijn relaties
rechtvaardig of niet (mogen alle betrokkenen in een relatie of gezinssysteem geven én ontvangen?).
De vier dimensies van de relationele werkelijkheid:
1. De feiten: geslacht, adoptie, ziekte, scheiding, etnische achtergrond, geldzaken, etc.
- Feiten genaamd onrecht zijn gebeurtenissen die een beschadigend effect hebben op iemands leven:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meikebuursma. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

60904 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.93
  • (0)
  Add to cart