2. Het objectieve recht de verhouding tussen personen in termen van rechten en plichten.
De drager van die rechten en plichten wordt rechtssubject genoemd.
Het recht kent twee typen rechtssubjecten: natuurlijke personen en rechtspersonen.
1. Natuurlijke personen.
In ons recht worden in de eerste plaats natuurlijke personen mensen van vlees en bloed
als subject aangemerkt. Gedurende het hele leven is de mens rechtssubject, drager van
rechten en plichten Bij de dood eindigde recht subjectiviteit en gaan de rechter en
plichten of over op de erfgenamen of teniet. Zo blijven bij de dood van een natuurlijk
persoon de meeste van zijn vermogens rechts aan bestaan er vallen ze in de
nalatenschap. Recht subjectiviteit komt toe aan ieder natuurlijk persoon, zo is af te
leiden uit het eerste lid van artikel 1:1 burgerlijk wetboek. Dit luidt: ‘allen die zich in
Nederland bevinden zijn vrij en bevoegd tot het genot van de burgerlijke rechten’.
2. Rechtspersonen.
Rechtspersonen wil zijn groepen en organisaties voor mensen door het objectief
aangewezen als rechtssubject. De rechtspersoon is om redenen van doelmatigheid
als juridische eenheid in het leven geroepen en kan als gevolg daarvan zelfstandig
drager zijn van rechten en plichten. Rechtspersoon worden onderscheiden in
privaatrechtelijke en publiekrechtelijke rechtspersonen. De belangrijkste
privaatrechtelijke zijn: vereniging, de stichting, de besloten vennootschap en de
naamloze vennootschap.
Het recht heeft de juridische figuur van rechtspersonen geschapen omdat het
effectief is als groepen erger organisaties aan het rechtsverkeer kunnen deelnemen
als zelfstandige rechtssubjecten.
De maatschappelijke werkelijkheid van het recht laat zien dat de mens niet alleen
individueel, maar ook in groepen deelneemt aan het rechtsverkeer.
Als ze natuurlijk persoon optreedt namens een rechtspersoon is er sprake van
vertegenwoordiging.
Elke rechtspersoon heeft een eigen vermogen.de vorderingen en schulden daarvan
zijn volledig gescheiden van die van zijn leden. Bij de koop zijn afzonderlijke leden
niet betrokken kom er maar via de ledenvergadering hebben zij de ogen met
huurovereenkomst de kamer ter beschikking komt van de huurder en dat de prijs
wordt betaald.
,Rechtshandelingen worden onderscheiden in eenzijdige en meerzijdige
rechtshandeling.
Van een eenzijdige rechtshandeling is sprake als het beoogde rechtsgevolg, maar
een persoon tot stand wordt gebracht.de medewerking veranderen is daarbij niet
vereist.
Voorbeelden:
- Het testament is het eenzijdige verklaring van hetgeen iemand wil dat na zijn
dood met zijn vermogen zou gebeuren.
- De erkenning van een buiten een huwelijk geboren kind onder de 12 jaar is ook
een eenzijdige rechtshandeling.
- De opzegging van een arbeidsovereenkomst is een eenzijdige rechtshandeling.
Van een meerzijdige rechtshandeling is sprake als voor de geldigheid van een
rechtshandeling de op elkaar aansluiten de wil van twee of meer rechtssubjecten is
vereist.
Meerzijdig betekent dat er wilsovereenstemming moet zijn tussen twee of meer
rechtssubjecten.de belangrijkste meerzijdige rechtshandeling is de overeenkomst.
Voorbeelden: koopovereenkomst komt maar de huurovereenkomst en de
arbeidsovereenkomst. Daarbij is telkens de wil van twee partijen vereist.
Feitelijke handelingen met rechtsgevolg.
Er zijn ook menselijke handelingen waaraan het recht gevolgen verbindt zonder dat
daarbij de bedoeling van het rechtssubject van belang is.de wil van het rechtse werk
doet niet ter zake. Deze menselijke handelingen noemen we feitelijke handelingen
met rechtsgevolg.
In het leven van alle dag is de meest voorkomende feitelijke handeling de
onrechtmatige daad. Dat is kortweg de feiten kan een handeling waarbij iemand aan
een ander op onrechtmatige wijze schade toebrengt. Het rechtsgevolg is de
verplichting van de dader aan die andere geleden schade te vergoeden (art. 6:162
BW).
De wet eist niet dat de schade door de pleger van de onrechtmatige daad is beoogd
en dat er dus op een of andere manier opzet in het spel is. Het enkele gegeven dat
schade is toegebracht, is onder een aantal vorm voorwaarden voldoende voor het
ontstaan van de schadevergoedingsplicht.
, Conclusie: het wezenlijke verschil tussen rechtshandelingen en feitelijke handelingen
is dat bij rechtshandelingen het intreden van rechtsgevolgen wordt beoogd, terwijl
dat oogmerk bij feitelijke handelingen er niet toe doet. Bij feitelijke handelingen is
het niet teveel van een persoon die bepalend is voor het ontstaan van een
rechtsgevolg, maar is het eenvoudigweg de wet die het rechtsgevolg verbindt aan
feitelijke gebeurtenis.
Rechtmatige daad is een feitelijke handeling waaraan het objectieve recht eveneens
een rechtsgevolgen verbindt, maar die niet in strijd zijn met de dreigt. In ons recht
zijn de 3 belangrijkste rechtmatige daden: zaakwaarneming, onverschuldigde
betaling en ongerechtvaardigde verrijking.
Een feitelijke handeling kan ook bestaan in wanprestatie.
Wanprestatie is het toerekenbaar tekortkomen in de nakoming van een verbintenis.
Voorbeelden zijn de schilder die de kozijnen grondverf in plaats van de afgesproken
kleur blauw, de garagehouder die in andere type auto levert dan was
overeengekomen, en de koper van een machine die de rekening niet op tijd betaald.
Aan wanprestatie verbindt het recht diverse rechtsgevolgen kunt kenmerkend is dat
het er niet toe doet of zij zijn beoogd.
Paragraaf 5 Handelingsbekwaamheid
Het vermogensrecht biedt aan de rechtssubjecten de mogelijkheid zelfstandig
onaantastbare rechtshandelingen te verrichten dit is handelingsbekwaamheid.
Hoofdregel: 3:32 lid 1 BW ‘iedere natuurlijke persoon is bekwaam tot het verrichten
van rechtshandelingen, voor zover de wet niet anders bepaalt’.
Uit de hoofdregel zou men kunnen opmaken dat iedere natuurlijke persoon
rechtshandelingen kan verrichten en dat die rechtshandelingen altijd onaantastbaar
zijn. Er zijn uitzonderingen. Niet iedereen is handelingsbekwaam en niet alle
rechtshandelingen zijn onaantastbaar.
Een nietige rechtshandeling spreken we als het beoogde rest volgt in het geheel niet
intreedt, omdat de wet dit verbiedt. Art.7:667 lid 8 BW. Daarin staat dat een beding
in arbeidsovereenkomst dat bepaalt dat de arbeidsovereenkomst automatisch
eindigt door zwangerschap of bevalling van de werkneemster, nietig is. Dit betekent
dat aan zo n afspraak geen enkel rechtsgevolg kan worden verbonden.de
arbeidsovereenkomst blijft gewoon in stand.
Niet bereid moet worden onderscheiden van vernietigbaarheid. Een vernietigbare
rechtshandeling is op zichzelf geldig. Zij is echter aan tastbaar dat wil zeggen dat de
nietigheid daarvan achteraf bij de rechter kan worden ingeroepen. Maar nietigheid
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amanitanjaoui. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.38. You're not tied to anything after your purchase.