100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting methodisch werken met belanghebbenden $9.50   Add to cart

Summary

Samenvatting methodisch werken met belanghebbenden

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

dit is een samenvatting van alle lessen

Preview 3 out of 22  pages

  • September 29, 2022
  • 22
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting methodisch
werken met b.
INLEIDING
We gaan verdiepend enkele methodieken verkennen en deze toepassen op enkele types van
belanghebbenden. Methodiek = geheel van op theorieën gebaseerde werkwijzen dat wordt gebruikt
om een bepaald doel te bereiken.

Een sociaal werker heeft nood aan een stevige kennisbasis om de aanpak te kunnen onderbouwen.

MIGRATIE EN SUPERDIVERSITEIT -> TOPOI MODEL
1. Wat is migratie en diversiteit:

Terminologie: veel begrippen zijn containerbegrippen (= een begrip zonder sterk afgebakende
betekenis). Voor de sociaal werker is het belangrijk om de juiste terminologie te hanteren.

1.1 Historisch overzicht migratie in Europa vanaf de 20 e eeuw:

Na WOII (vanaf 1945) bestonden migranten aanvankelijk uit krijgsgevangenen en
oorlogsvluchtelingen. Migratie stond in functie van de heropbouw van de Europese economie.
Migranten kwamen uit de kolonies die onafhankelijk werden.

Algerije en Marokko  Frankrijk
Suriname, Antillen, Indonesië  Nederland
Pakistan, Indië, Jamaica  Verenigd Koninkrijk
Congo  België

1.2 Migranten: over wie gaat het?

We spreken over migranten als het gaat over enerzijds personen met een vreemde nationaliteit
(vreemdelingen) dus een vreemdeling = elke persoon die niet beschikt over de Belgische
nationaliteit. Anderzijds gaat het over personen in de bevolking met een buitenlandse
herkomst/origine. Deze laatste groep bestaat zowel uit mensen met als zonder de Belgische
nationaliteit. Dus migranten = vreemdelingen + Belgen die vreemdeling waren bij geboorte + Belgen
met minimum 1 ouder die van geboorte niet Belg is.

MAAR deze indeling is niet sluitend om te beslissen of de belanghebbende al dan niet beschikt over
voldoende cultureel of sociaal kapitaal. Bv. kinderen van 3 e generatie migranten behoren niet meer
tot migranten maar beschikken soms over minder linguïstisch kapitaal omdat ze een andere thuistaal
hebben dan Nederlands.

De lokale inburgerings- en integratiemonitor: bevat voor iedere gemeente de cijfers over migratie,
integratie en inburgering. Deze gegevens komen uit centrale Vlaamse of federale databanken. Elk
jaar is er een update. De monitor helpt lokale besturen zo om hun integratiebeleid te plannen. Wordt
jaarlijks bijgewerkt.
=> https://www.vlaanderen.be/samenleven/cijfers-en-onderzoek

1.3 De mens achter de demografische cijfers: diversiteit binnen diversiteit:

,GASTARBEIDERS: gezinshereniging, huwelijk met partner uit het land van oorsprong, kinderen met
Belgische nationaliteit spreken vaak de thuistaal van het land van oorsprong van de ouders of
grootouders.

EU-MIGRATIE: was het gevolg van vrij personenverkeer. Bemiddelde nieuwkomers zoals expats van
bedrijven, ambtenaren Europese Unie, grensarbeiders,… En niet-bemiddelde nieuwkomers.

INSTROOM ALS GEVOLG VAN GLOBALISERING: dit van zowel binnen als van buiten de EU. Erasmus
studenten, meer gemengde huwelijken, de wereld is klein geworden, makkelijker reizen,…

POLITIEKE VLUCHTELINGEN/ASIELZOEKERS: dit gaat over onvrijwillige migratie, met voorlopig
verblijfstatuut in België of met definitief verblijfsstatuut ‘erkende politieke vluchteling’ of zonder
verblijfsstatuut en dus geen geldige papieren.

TRANSMIGRANTEN: men verblijft voorlopig in België om verder te kunnen migreren naar een land
van bestemming (Engeland) Men is niet van plan om in België te blijven.
=> waarom wille migranten per se naar Engeland: je kan er anoniem onderduiken want ID’s bestaan
niet en politie mag je niet zomaar op straat aanhouden. De zwarte markt is heel groot maar je kan er
ook op legale wijze snel een bedrijf opstarten. Ook hebben mensen er vaak al heel wat vrienden en
familie wonen. Engels is meestal de tweede taal.

2. Wat is superdiversiteit

Video Dirk Geldof: Is superdiversiteit goed voor Vlaanderen? Neen. Is superdiversiteit dan slecht
voor Vlaanderen? Ook neen. Dit omdat superdiversiteit geen ideologische term of politieke term is.
Het is een sociologische term die aantoont hoe onze samenleving verandert op kwantitatief en
kwalitatief vlak. Het is belangrijk te kijken naar hoe we met die superdiversiteit omgaan.

Kwantitatieve verschillen: minority-majority cities
Kwalitatieve verschillen: diversiteit in diversiteit

2.1 Kwantitatieve verschillen:

De superdiverse samenleving is een realiteit en wordt dit nog meer in de toekomst. Gent is een
superdiverse stad. 25% van de Gentenaren hebben migratieroots. De recentere migratie is uit een
waaier van landen en de grootste recente groep heeft de Bulgaarse nationaliteit.

Majority steden: de meerderheid van de bewoners maakt deel uit van een minderheidsgroep.
Voorbeelden van majority steden zijn New York, Londen, Parijs, Brussel,… Maurice Crull stelt:
“iedereen in de grote Europese steden behoort straks tot een ethische minderheid.

2.2 Kwalitatieve verschillen:

Kruispuntdenken stelt dat de assen van identiteit, klasse, gender, etniciteit, gezondheid, seksuele
geaardheid, … allemaal samen je maatschappelijke positie bepalen. In dit model onderscheidt men
14 assen van identiteitsvorming. Je mag je dus niet beperken tot één enkele as als verklaringsmodel
of de assen afzonderlijk beschouwen. Ze beïnvloeden en bepalen elkaar. Het is een theoretisch
denkkader dat voortspruit uit de zwarte feministische traditie. Groeiende superdiversiteit door:

 Veranderd basispatroon van migratie: groeiend belang van transnationalisme, transmigratie
en circulaire migratie
 Groeiende versnippering in de achtergronden van migranten
 Groeiende toename van het aantal nationaliteiten in de steden (formeel en informeel)
 Religieuze diversiteit neemt toe

,  Groeiende verschillen in sociaaleconomische posities



TOPOI MODEL -> MIGRATIE EN DIVERSITEIT
1. Inleiding

1.1 Sociaal werk en misverstanden:

Wanneer je in het sociaal werk iemand probeert te helpen stoot je vaak op taalbarrières en
cultuurverschillen, vandaar de nood aan diversiteitsbewuste communicatie. Want we komen vaak in
contact met ruis ten gevolge van diversiteit.
Bv. Een vrouw stapt de bus op en onmiddellijk staat en man zijn plaats af, de vrouw weigert en denkt
bij zichzelf ‘zie ik er zo oud uit dat die zich voor mij rechtzet?’.

 Hoe kunnen we als sociaal werkers omgaan met die misverstanden.

In communicatie ben je met minimum 2 en zijn er verschillende factoren die de communicatie
beïnvloeden namelijk:

 Jouw eigen persoonlijkheid
 Persoonlijke referentiekader en context
 Eigen opvattingen en overtuigingen

=> dus vooral invloeden vanuit eigen cultuur spelen een rol

1.2 Cultuur:

INHOUD VAN EEN CULTUUR: cultuur omvat altijd 4 elementen:

- Taal: die mensen hanteren binnen het collectief waarin ze verkeren
- Kennis: die mensen van het omringende wereld hebben en vergaren
- Waarden en normen: deze beïnvloeden het doen en laten van mensen
- Symbolen, rituelen en helden: deze spreken voor zich en hebben een betekenis

=> al deze elementen heeft een mens nodig om binnen een collectief te functioneren

OPBOUW VAN EEN CULTUUR: de werking van een cultuur kan je op verschillende manieren duiden:

 Als model VAN de werkelijkheid: hulpbron om de wereld te verklaren
 Als model VOOR de werkelijkheid: de normatieve kennis van normen en waarden
 Als zingevend kader: vervullen functies van betekenisgeving en zingeving
 Als bindend element: het creëert kansen voor ontmoetingen

1.3 Diversiteit en superdiversiteit:

De grote Europese steden worden geleidelijk majority-minority cities. Steden waar de meerderheid
van de bewoners wortels heeft in migratie en ie meerderheid bestaat uit een zeer brede waaier aan
minderheden. Superdiversiteit: nieuw begrip of paradigma dat aangeeft dat we in een transitie zitten
naar een nieuwe werkelijkheid.

2. Drie benaderingen van diversiteit:

2.1 Culturaliserende benadering:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bodehemptinne. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80562 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.50
  • (0)
  Add to cart