In dit document zijn aantekeningen te vinden van de 8 hoorcolleges van het eerste blok van de master Grootstedelijke vraagstukken en Beleid (jaar ), genaamd 'de stad als woonmilieu'.
Hoorcollege 1: Triomf van de stad (steden in verleden en
heden)
Edward Glaeser: ‘the central paradox of the modern metropolis: proximity has
become ever more valuable as the costs of connecting across long distance has
fallen’ → Steden zijn de beste uitvinding van de mensen. Hij beschrijft paradoxen
van de steden in zijn boek.
Waarom kiezen mensen en bedrijven ervoor om in overvolle steden te wonen (actief te zijn)?
Wat maakt steden zo aantrekkelijk?
Mensen hebben voordelen ervan om bij elkaar te wonen en te interacteren met elkaar.
Mensen leren van elkaar doordat ze bij elkaar zijn. Technologische ontwikkelingen zijn
belangrijk voor steden, maar steden stimuleren ook technologie.
Drie stedelijke revoluties (belangrijk voor tentamen)
1. Eerste stedelijke revolutie (agrarische revolutie): opkomst eerste steden in
Mesopotamië (irak) rond 4000 v chr. door agrarische revolutie. Leidt tot voedsel
surplus. Heel vroeg dus al landbouw, de eerste boeren produceren meer eten dan
dat ze zelf kunnen opeten. Opkomst van heersers, priesters, krijgers en andere
stedelingen. Sociale ongelijkheid: heersers/ steden eigenen zich voedsel-surplus van
boeren toe. Er ontstaan nieuwe dingen zoals belasting en het schrift.
2. Tweede stedelijke revolutie: Steden aan het einde van de middeleeuwen. Snelle
groei steden in Engeland in 18de eeuw, later elders in Westerse wereld door
‘industriële revolutie’. (De tijd van Karl Marx en Friedrich Engels)
- Rome telde in de Oudheid 1 miljoen inwoners. Rond 1500: kleine steden in
Europa zoals Parijs 185.000 inwoners en Londen (na de zwarte dood en
andere ziektes) rond 50.000 inwoners. Steden in Azië zoals Constantinopel,
Peking en Caïro waren veel groter.
- Snelle verstedelijking in Engeland in de late 18e en 19e eeuw. Industriële
revolutie met concentratie van productie en bevolking in snel groeiende
steden. Steden ontstaan bij transport knooppunten (bij havens, rivieren,
treinen). Agrarische bevolking vlucht van verarmde platteland naar steden om
in fabrieken te werken.
- Arbeiders wonen dicht bij fabrieken door gebrek aan transportmogelijkheden.
- Medische ontwikkelingen en bureaucratie van opkomende nationale staten
versterkt verstedelijking
Steden zijn altijd getekend door sociale ongelijkheid. Zeker in de periode van de
fabrieken. Er was veel rijkdom maar tegelijk ook veel armoede. Paradox: Mensen
ontvluchten het arme platteland en zoeken geluk in de stad, echter komen mensen ook
1
, hier weer terecht in de arme buurten van de stad. Er ontstonden veel ziektes in de arme
buurten van de stad vanwege slechte riolering en hygiëne. Friedrich Engels heeft hier
veel over geschreven in ‘The condition of the working class in England’
3. Derde stedelijke revolutie: Huidige snelle verstedelijking in de ‘global South’. Sinds
2007 woont de helft van de wereldbevolking in steden. Opkomst van megacities in
Azië, Afrika en zuid amerika. Sinds 2007 woont de helft van de wereldbevolking in de
steden -> hedendaagse samenleving wordt gekenmerkt door een stedelijke
samenleving. Dit komt door de snelle groei van de steden Afrika en Azië, in Europa
woonde al langer de bevolking in de stedelijke samenleving. Dit gaat gepaard met de
opkomst van de mega cities (Tokyo, Mumbai, Sao Paulo, Mexico City). Dit zijn
nauwelijks Europese steden.
Nauwelijks steden in de Westerse wereld. Veel sloppenwijken in de megacities.
Oorzaken huidige verstedelijking, vaak dezelfde redenen als vroeger:
1. Snelle groei wereldbevolking: van 2,5 miljard in 1950 naar 7 miljard nu en 9 miljard
in 2050. Mede door de verbeterde voedselproductie en medische omstandigheden.
2. Landvlucht: mensen vluchten van armoede in dorpen naar steden in de hoop het
later beter te krijgen.
3. Trek naar steden gaat door: ondanks armoede in stedelijke achterstandswijken
(slums) gaat vlucht naar de stad door. Steden geven mensen meer mogelijkheden
om uit armoede te ontsnappen (Dough Saunders, Arrival City) (vgl. E. Glaeser:
‘Cities attract poor people’). De mensen verbeteren hun levenssituatie wel degelijk.
Ze worden wel beter dan op het platteland.
2
,Verstedelijking en ontstedelijking na WOII
Twee tegengestelde bewegingen in westerse steden
- Suburbanisatie van bevolking, deels ook bedrijven en winkels (‘shopping malls’). In
VS van 1945, in NL vanaf jaren ‘70). De middengroepen vertrekken, arme bewoners
blijven achter: verpaupering van (binnen)steden (m.n. in VS). Voorbeeld: De witte
mensen verlaten de stad en de zwarte mensen blijven achter.
- Terug naar de stad? in NL vanaf midden jaren 80. Steden groeien langzaam weer,
middengroepen vestigen zich in steden (of blijven na hun opleiding), nieuwe
bedrijvigheid en culturele voorzieningen.
Gentrification: vervanging van grondgebruikers door bijvoorbeeld rijkere mensen
Polarisatie van stedelijke bevolkingen: arm naast rijk
Als je actuele debatten aan het volgen bent van Gemeente Rotterdam hoor je dat
middengroepen zich vestigen in armere buurten en er zo geen plek meer is voor armere
mensen. Zo worden huizen namelijk duurder.
Naoorlogse suburbanisatie in de VS. (zowel verstedelijking als ontstedelijking)
Niet alle Amerikaanse steden hadden dit zoals New York. Maar veel mensen trokken weg uit
de stad. In het centrum waren geen normale winkels meer. Voorbeelden zijn Detroit en
Philadephia. In Detroit waren veel fabrieken voor bijvoorbeeld auto’s; Motown. Die gingen
ook allemaal failliet
Oorzaken naoorlogse suburbanisatie in VS (belangrijk voor het tentamen):
Hoe kan dit?
- Technologische ontwikkelingen. Nieuwe energiebronnen zijn gekomen zoals de
auto. De auto heeft een enorme revolutie veroorzaakt. Mensen konden weg uit de
stad, ze kunnen verder wonen. De auto verkleind de reistijd zo. Noemt men de
Automobiel Revolutie.
- Consumenten preferenties: anti-stedelijke leefstijlen, traditionele genderrollen (man
werkt, vrouw blijft thuis).
- Makelaars en bouwbedrijven maken winst door in suburbs te bouwen
(Lewwitsuntown).
- Raciale vooroordelen: ‘witte vlucht’ uit de stad → conflicten in Amerikaanse
steden, bv. moord op Martin Luther King, Malcolm X. Angst bij de witte
bevolking voor de donkere bevolking. Dit gebeurde ook in Nederland. De
zwarte bevolking bleef in de stad.
- Overheidsbeleid stimuleert suburbanisatie:
- Belasting voordelen en goedkope hypotheken voor (witte) oorlogsveteranen
na WO2
- Bouw van autowegen en treinen tussen binnensteden en suburbs maken
dagelijks pendel mogelijk
South Bronx is een voorbeeld van een lege verpauperde stad. Veel leegstaande huizen en
daarmee wijken. Mensen verbranden hun huizen vanwege de brandverzekering.
3
, Suburbanisatie in Nederland is minder maar kennen wij ook. Dit begon vanaf 1960 tot 1985.
Oorzaken naoorlogse suburbanisatie in NL
- Stedelingen verlaten drukke steden
- Suburbane leefstijlen: gezinswoning met tuin + groene omgeving als ideaal
- Gesteund door overheidsbeleid nieuwe groei kiemen om stadsbevolking om te
vangen, infrastructuur om forenzen mogelijk te maken.
Maar:
- Suburbane mythe: massale, uniforme nieuwe steden, weinig rust en
groen, ook weinig voorzieningen. → ‘de beloofde nieuwe levensstijl’.
Iedereen ging waardoor er helemaal geen rustige voorstadjes waren.
- Witte vlucht: Vooral autochtone gezinnen ontvluchten de stad, plek wordt snel
ingenomen door minderheden en migranten (met name gezinshereniging van
gastarbeiders)
Wie vestigen zich in steden?
- Veel jongeren en alleenstaanden (studenten), lage inkomensgroepen en
uitkeringsontvangers, niet-Westerse migranten waaronder veel nieuwkomers.
Wie vertrekken naar de stad?
- Jonge gezinnen met kinderen, dertigers, werkenden, middengroepen, hogere
inkomens en autochtonen
Groeien Nederlandse steden weer?
Ja, maar met mate
Bevolking van rotterdam langzame hernieuwde groei vanaf 1984
Selectieve migratie veranderd in Rotterdam?
Enerzijds
- Gestegen huizenprijzen, meer middengroepen en yuppies (young urban
people/professional), gentrification (mede gestimuleerd door gemeente)
- Berichten over ‘suburbanisering van armoede’: is er nog plek voor lage inkomens in
de stad? (dit is toch nog betrekkelijk, veel sociale huurwoningen)
Anderzijds
- Nog altijd veel (goedkope) sociale huurwoningen en lage inkomens in de stad
- Meer lage inkomens komen dan er gaan
- Meer hoge inkomens gaan dan dat er komen
Individualisering en echtscheidingen kunnen zorgen voor tekortkoming van huizen.
Terug naar Edward Glaeser
Waarom groeien steden tegenwoordig weer?
- Steden als plek waar jonge professionals wonen, werken en vrije tijd doorbrengen.
- Uitwisseling van kennis en informatie cruciaal in onze informatiesamenleving.
- Glaeser: Miracles happen when smart people are able to connect and to learn from
each other
- En: ‘We are fundamentally a social species that get smarter by being around other
smart people’
Stedelingen ontwikkelen nieuwe ideeën met elkaar, leren van elkaar en motiveren elkaar.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller m_vd_l. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.