100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting 'Micro-economie' $9.12
Add to cart

Summary

Samenvatting 'Micro-economie'

1 review
 108 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting 'Micro-economie', schakeljaar handelswetenschappen, KULeuven - campus Antwerpen

Preview 4 out of 84  pages

  • September 30, 2022
  • 84
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: kobepeeters • 11 months ago

avatar-seller
Micro-economie

H1 Inleiding
Micro-economie: de allocatie (= verdeling/toewijzing) van schaarse middelen
Modellen die we gebruiken
Waarvoor micro-economie gebruikt wordt
- hoe nemen individuen beslissingen en wat voor gevolgen heeft dat?
- hoe nemen bedrijven beslissingen en wat voor gevolgen heeft dat?
- welke beslissingen kan de overheid nemen en wat voor gevolgen heeft dat?

H2 Vraag en aanbod
1 Vraag
Vraag (= vraaghoeveelheid): de hoeveelheid van een goed die consumenten willen kopen tegen een bepaalde prijs,
andere zaken die de aankoop kunnen beïnvloeden (zoals inkomen, smaak, voorkeuren, het weer) laten we constant
- de vraag reflecteert de betaalbereidheid

Vraagfunctie: wiskunde vertaling van de relatie tussen de hoeveelheid die consumenten kopen en de andere
factoren die daartoe bijdragen (de prijs, inkomen, …)
QD = D (essentieel in vraagfunctie: eigen prijs, prijzen van andere goederen en inkomen)

Vraagcurve: visuele voorstelling van prijs en hoeveelheid

Wet van de vraag: negatief verband tussen de prijs en de vraaghoeveelheid

1.1 De vraagfunctie
Een verschuiving op de vraagfunctie kan alleen veroorzaakt worden door de wijziging van de
eigen prijs van het goed

Een wijziging in andere factoren die de betalingsbereidheid van de consumenten aantast,
resulteert in een verschuiving van de vraagfunctie
- als een bepaalde zaak* de betalingsbereidheid doet toenemen, verschuift de vraagfunctie naar rechts
- als een bepaalde zaak* de betalingsbereidheid doet afnemen, verschuift de vraagfunctie naar links
*zaak: wijziging in inkomen, temperatuur, een hype, …

1.1.1 Verschuiving op de vraagcurve
Wanneer er een taks geheven wordt, zal de prijs stijgen
-> verschrijving op de vraagfunctie

1.1.2 Verschuiving van de vraagcurve
1.1.2.1 Inkomen van de consument
Inkomen stijgt -> vraag stijgt = normaal goed
Inkomen stijgt -> vraag daalt = inferieur goed Normaal goed

1.1.2.2 Prijzen van gerelateerde goederen
Prijs van een product daalt -> vraag naar ander product daalt = substituten
(vervangproducten)
bv. Coca-cola verhoogt prijs, waardoor vraag naar Pepsi-cola zal stijgen

Prijs van een product daalt -> vraag naar ander product stijgt = complementen
Inferieur goed
(complementaire goederen/producten)
bv. Prijs van benzine stijgt -> vraag naar benzineauto’s zal afnemen




1

, 1.2 Samengestelde vraagcurves (= marktvraag)
Hiervoor: individuele vraagfunctie
Nu: marktvraag -> individuele vraagfunctie optellen

Bij de prijs: elke vraag optellen
=> 7,4 euro: 1,3 + 4,6 = 5,9

2 Aanbod
De aangeboden hoeveelheid = de hoeveelheid van een goed die producenten willen en kunnen
aanbieden/verkopen tegen een bepaalde prijs, wanneer we alle andere zaken (= input prijs, het weer, technologie)
constant houden
-> reflecteert produceer- of verkoopbereidheid

Relatie tussen aangeboden hoeveelheid en andere factoren = aanbodsfunctie
QS = S (eigen prijs, input prijs)

Grafische voorstelling: aanbodscurve

Wet van aanbod: wanneer de prijs van een product stijgt, zullen producenten meer van dat goed willen
produceren (= positief verband tussen prijs en aangeboden hoeveelheid)

2.1 De aanbodscurve
Een verschuiving op de aanbodscurve kan veroorzaakt worden door een verandering in de prijs
van dat goed

Een verschuiving van de aanbodscurve wordt veroorzaakt door een verandering in andere
factoren (bv. overheidsingrijpen)
- wijzigingen in factoren die ervoor zorgen dat de produceerbereidheid stijgt
-> aanbodscurve verschuift naar rechts
- wijzigingen in factoren die ervoor zorgen dat de produceerbereidheid daalt
-> aanbodscurve verschuift naar links

2.1.1 Voorbeeld
Wijziging op de aanbodscurve: prijs veranderen van het product zelf (grafiek 1)

Wijziging van de aanbodscurve: prijs veranderen van een ander product (grafiek 2 +
berekening)

3 Marktevenwicht
Som van individuele vraagcurves = marktvraag
Som van individuele aanbodscurve = marktaanbod
=> marktvraag + marktaanbod = marktevenwicht

Grafiek: dij de prijs van 2 is vraag en aanbod exact aan elkaar
gelijk (= 7) = MARKTEVENWICHT
- ander prijsniveau: 1) te veel vraag voor een laag aanbod
2) te weinig vraag voor een hoog aanbod

Marktevenwicht wiskundig voorstelling = 2 functies aan elkaar gelijkstellen
=>




2

, 3.1 Automatisch marktevenwicht bij vrije markt
3.1.1 Overschot
Prijs is hoger dan marktevenwicht -> geproduceerde hoeveelheid is groter dan gevraagde hoeveelheid
-> hierdoor ontstaat overschot (overstock)

=> producenten verlagen prijs, zodat vraag stijgt -> marktevenwicht

3.1.2 Schaarste
Prijs is lager dan marktevenwicht -> gevraagde hoeveelheid is groter dan geproduceerde hoeveelheid
-> hierdoor ontstaat schaarste

=> Producenten verhogen prijs, zodat vraag daalt -> marktevenwicht

3.2 Verandering in marktevenwicht
3.2.1 Vraagfunctie verschuift
Vraagfunctie naar rechts, aanbodsfunctie gelijk -> gevolg: van A naar B (marktevenwicht verschuift)

3.2.2. Aanbodsfunctie die verschuift
Aanbodsfunctie naar links, vraagfunctie gelijk -> gevolg: van A naar B (marktevenwicht verschuift)

3.2.3 Omvang van de verandering in marktevenwicht
De vorm van de vraag- en aanbodcurves beïnvloedt hoeveel de verandering van vraag en aanbod
het marktevenwicht aantast

Voorbeeld:
- aanbodcurve is gelijk en ondergaat 3X dezelfde verandering
- vraagfunctie is verschillend
=> verschillende gevolgen voor marktevenwicht
=> vorm van vraag en aanbod bestuderen via elasticiteit

4 Elasticiteiten
Elasticiteit = een maatstaf over hoe kopers en verkopers reageren op wijzigingen in prijs, inkomen (+ andere
settings)

Verschillende elasticiteiten: - prijselasticiteiten van vraag en aanbod
- kruislingse elasticiteiten
- inkomenselasticiteit

Elasticiteit is gerelateerd tot de helling van de vraag- en aanbodscurve, MAAR is niet hetzelfde
- helling meet absolute wijziging in prijs en hoeveelheid
- elasticiteit meet de procentuele of relatieve wijziging

4.1 Vraagelasticiteit
Prijselasticiteit van de vraag: meet hoe consumenten reageren op prijswijzigingen -> wat gebeurt er als de prijs met
1% stijgt, hoeveel procent minder gaan consumenten dan kopen

Formule: procentuele wijziging van de gevraagd hoeveelheid / procentuele wijziging van de prijs

Voorbeelden

Prijs van ijsjes wijzigt van 2 naar 2,20 en de gevraagde hoeveelheid wijzigt van 10 naar 8



Prijs van ijsjes wijzigt van 2,20 naar 2 en de gevraagde hoeveelheid wijzigt van 8 naar 10



=> Verschil bij andere richting van verandering: oplossing = methode van gemiddelde


3

, Methode van gemiddelde




Berekenen van de vraagelasticiteit met behulp van afgeleiden




𝑄𝐷 = 15.6 − 0.5𝑃
(p=$7.20 en Q=12)



Interpretatie: als de prijs stijgt met 1% dan zal er 0,3% minder gekocht worden

4.1.1 Variatie in vraagcurves
Aangezien de prijselasticiteit van de vraag meet hoe de gevraagde hoeveelheid reageert op de prijs, is het sterk
gerelateerd aan de helling van de vraagcurve



4.1.1.1 Inelastische vraag


-> de gevraagde hoeveel reageert minder dan proportioneel aan een prijswijziging

4.1.1.2 Elastische vraag


-> de gevraagde hoeveelheid reageert heel sterkt op prijswijziging

4.1.1.3 Perfect inelastische vraag


-> de gevraagde hoeveelheid reageert helemaal niet op prijswijziging

Wat de prijs ook is, ik blijf evenveel van het goed kopen (bv. levensnoodzakelijk
geneesmiddel)

4.1.1.4 Perfect elastische vraag


-> de gevraagde hoeveelheid reageert oneindig op prijswijziging

Indien de prijs wijzigt, is de vraag gelijk aan 0
bv. verschillende kraampjes verkopen hetzelfde product: 1 kraampje verhoogt
prijs -> niemand koopt (vraag is 0)

4.1.2 De vraagelasticiteit en zijn determinanten
Waar heeft de waarde van elasticiteit mee te maken, hoog of laag (in)elastisch?
4 mogelijke verklaringen of determinanten:
- zijn er substituten of vervangproducten: meer vervangproducten -> elastischer
- noodzakelijke VS luxegoederen: luxegoederen -> elastischer
- hoe eng of ruim we een markt definiëren: engere markt –> elastischer (bv. blikje coca cola van 33cl)
- tijdsperiode: langere periode -> elastischer (bv. korte tijd: feestje, snel benodigdheden kopen)



4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maud18072000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.12. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.12  7x  sold
  • (1)
Add to cart
Added