100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Taalontwikkeling van het kind H1 t/m 6 $5.25   Add to cart

Summary

Samenvatting Taalontwikkeling van het kind H1 t/m 6

3 reviews
 157 views  21 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting taalontwikkeling van het kind H1 tm 6. Hier komen onderandere de prelinguale fase, vroeglinguale fase, differentatiefase en voltooingsfase aan bod.

Preview 3 out of 27  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m hoofdstuk 6
  • October 2, 2022
  • 27
  • 2021/2022
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: laurahuls2003 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: tesscorien • 1 year ago

review-writer-avatar

By: iboyasleven • 2 year ago

avatar-seller
sSamenvatting Taalontwikkeling
Taalontwikkeling van het kind
H1.2 Aspecten van taalontwikkeling
Taakverwerking bestaat uit meerdere processen.

1.2.1 Comprehensie en productie
Comprehensie= passieve taalontwikkeling
- Kinderen begrijpen vaak meer dan dat ze zelf aan taal produceren
 Vb: een kind heeft 2 auto’s, een vrachtwagen en een politieauto. Het kind
noemt het beide “auto” maar als er gevraagd wordt wijs de politie auto eens
aan dan weet het kind wat de politieauto is.
- Niet alleen kinderen hebben dit maar volwassenen hebben ook comprehensie. Dit
blijft levenslang.
- Tussen kinderen kan een groot verschil zitten tussen de voorsprong van de
comprehensie en de taalproductie. Dit kan te maken hebben met verschillende
taalwervingsstijlen

Verschillende taalwervingsstijlen
- Expressieve kind
 Kinderen die wat meer imiteren.
 Eerste woorden: daaagg, magniet, slaaplekker
 Expressieve kinderen kunnen sneller dingen imiteren waardoor de afstand
tussen comprehensie en taalproductie minder groot wordt.
- Referentiele kind
 Kinderen die wat zorgvuldiger te werk gaan.
 Eerste woorden zijn vaak woorden die ze kennen en zeker weten dat ze
“goed” zijn.
 Kinderen imiteren minder waardoor de afstand tussen comprehensie en
taalproductie wat groter is.

1.2.2 Linguïstische aspecten
Linguïstiek = taalkunde

Fonologie en fonetiek (0.0 tot 5.5 jaar)
De fonologische en fonetische ontwikkeling gaat van 1;6 tot 4;0 jaar
- Spraak = Fonetiek
 De mondelinge regulatie van taal, dat wil zeggen de productie van
verstaanbare klanken
 Maat klanken in de mond, motorisch of door middel van de luchtstroom
 Richten zich op het spreken zelf.

- Taalvrom = Fonologie
 Een communicatiesysteem, een systeem van codes en afspraken waarmee
boodschappen worden overgebracht (taal zit vaak in de hersenen)
 Kind ontdekt uit welke letters een woord ontstaat en hoe deze uitgesproken
moeten worden, dit gebeurt in de hersenen
 Geïnteresseerd in de rol van de klank. Hoe spreekt iemand de /r/ uit?

,  Fonemen: betekenisloze delen die wel betekenis onderscheidend zijn
o Klinkers (raad / rood / riet)
o Medeklinkers (rat / kat / dat / lat)
o De /l/ en de /r/ zijn dus taal fonemen

Verschillende soorten fonetiek
Fysiologische, fysische en perceptieve aspecten van spraak
1. Articulatorische fonetiek
 Articulatieplaats en wijze van klanken
 Het ademhalingsapparaat (= subglottaal; longen en luchtpijp)

De stembanden (= glottaal; strottenhoofd en stembanden)

Het aanzetstuk (= supraglottaal; alle organen boven het strottenhoofd)
2. Akoestische fonetiek
 Natuurkundige kenmerken van klanken
 Plaats van articulatie
 Wijze van articulatie
3. Auditieve fonetiek
 Waarnemingen van klanken

Foneemsysteem
Het nederlandse foneemsysteem bevat klinkers en medeklinkers. Daarnaast zijn er twee
klanken en halfvocalen.

Medeklinkers variëren onder meer in hun articulatieplaats:
- Bilabialen  worden met beide lippen gevormd
 /p/, /b/, /m/
- Labiodentalen  worden met de boventand en onderlip gevormd
 /f/, /v/
- Dentalen en alveolaren  tong wordt net achter de tanden en tandkassen geplaatst
 /t/, /d/, /n/, /s/ , /z/ , /l/, en tongpunt /r/
- Palatalen  de tong raakt het midden gehemelte
 /j/, /sj/ (sjaal) /zj/ (bagage)
- Velaren  een huig trilling (achter in de keel)
 /g/ , /k/
- Laryngalen (glottaal)  vanuit de keel
 /h/, /r/

Ook de luchtstroom speelt een rol
- Explosieven
- Nasalen  lucht gaat naar buiten via de neusholten
- Lateralen  lucht gaat naar buiten via de zijkant van de tong
- Trillklank  de lucht trilt want de stembanden trillen?
- Halfklinkers  medeklinkers als klinkers

Syllaben = lettergrepen

, Semantiek (0,6 tot 6,0 jaar)
Semantiek = betekenisleer (het gebruik van woorden en woordbetekenissen)

Objecten worden vaak in groepjes gezet. Zoals hond, rups, varken : dit zijn allemaal dieren
Een hond zegt wafwaf dus kan een kind interpreteren dat een rups ook wafwaf doet. Dit valt
namelijk onder hetzelfde groepje.

Syntaxis (1,0 tot 7 jaar)
Syntaxis = de zinsopbouw
Kinderen zien vaak de structuur van een zin niet in waardoor ze woorden random in een zin
gaan plaatsen.

Morfologie (1,5 tot 8,5 jaar)
Morfologie= de vormverandering binnen woorden
- Twee voets: ipv twee voeten
Verschillende vormen
- Derivatiemorfologie= vormveranderingen die de betekenis van woorden essentieel
wijzigt.
 Vb. bakker, bakken, gebak, bakkerij, baksel
- Flexiemorfologie = woorden veranderen van vorm in meervoud of enkelvoud, een
andere tijd weergeven of de functie die verandert. Hierbij blijft de betekenis van het
woord hetzelfde
 Vb. bakken, ik bak, jij bakt, hij bakte, gebakken
 Vb. bakker, bakkertje, bakkers

Pragmatiek
Pragmatiek = richt zich op taalgebruik
Kinderen gebruiken ander taalgebruik dan volwassenen
- Als een kind een verhaal naverteld is dat met andere woorden en (minder) informatie
dan als volwassen iets vertellen
 Vb. o: “wie is Hester”
K: “Hester zit bij meester Hans”
Later bleek dat Hester het zusje van het kind was

Metalinguïstiek (2,5 tot 9 jaar)
Metalinguïstiek = kinderen gaan nadenken en filosoferen
- “bomen zijn lief want ze houden ons in leven”
- Dit wordt gezien bij oudere kinderen + 4 jaar

3 domeinen van taal
- taalinhoud  wat willen we zeggen?
 Semantiek (woordenschat)
- Taalvorm  hoe wil je de taal zeggen
 Fonologie
 Welke klanken selecteer je in een bepaald woord en hoe maak je die
 Morfologie (welke vervoegingen)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maureenraanhuis000. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.25  21x  sold
  • (3)
  Add to cart