M&T TAKEN
Taak 1. Wanneer is onderzoek betrouwbaar?
Deelvragen:
1.Wat zijn de eisen voor een betrouwbaar onderzoek? De eisen:
De hypothese:
o Connectie zijn met eerdere research. De 1e literatuur lezen, de info die je al hebt en deze
aanvullen.
o Testbaarheid. De variabele meten en observeren. Focust op echte situaties, event.
Individuen (je moet ze kunnen observeren)
o Falsifiable: deze kan worden verworpen in een goed onderzoek.
o Voorlopig/tentatief/Moet positief zijn: het is niet mogelijk om te bewijzen dat iets niet
bestaat, dus je moet het positief maken, oftewel bewijzen dat het wel bestaat.
o Parsimonious: als er meerdere theorieën zijn over het fenomeen, moet je altijd voor de
simpelste theorie kiezen.
o EMPRISCH= moet gebaseerd zijn objectieve
o Rationeel= moet samenhangen met bekende feiten
o Algemeen= moet brede verklarende kracht hebben,
o Streng geëvalueerd= streng gecontroleerd worden
Algemeen:
- geen fraude
- accurate reporting
het Experiment:
-herhaalbaar ( zo moet het ook exact beschreven worden zodat iemand het exact hetzelfde na zou
kunnen doen)
-objectief
-moet openbaar worden gemaakt
=moet opnieuw uit te voeren kunnen zijn door anderen
1.a) De definitie van valide en betrouwbaarheid en het verschil.
• Betrouwbaarheid=In de context van een onderzoek heeft het begrip betrouwbaarheid (Engels:
reliability) betrekking op de manier van meten. Een betrouwbare meetmethode leidt tot
accurate uitkomsten en kenmerkt zich vaak ook door een redelijke verdeling van de
meetresultaten.
Om de betrouwbaarheid van je onderzoek te bepalen beantwoord je de vraag: “Als ik
hetzelfde nog een keer zo zou onderzoeken en de omstandigheden zijn niet
veranderd, krijg ik dan dezelfde uitslag?” Een betrouwbaar onderzoek is dus
reproduceerbaar.
Stel dat er opnieuw onderzoek naar gedaan wordt moet men op hetzelfde uitkomen, zelfde
uitkomst
De mate waarin een meting onafhankelijk is van toeval
,• Validiteit =Validiteit (validity) betekent dat je daadwerkelijk het verschijnsel meet dat je beoogt
te meten. Wanneer je bijvoorbeeld een fenomeen als ‘vertrouwen’ wilt meten, zul je moeten
nagaan of het instrument dat je daarvoor wilt Om de validiteit van je onderzoek vast te stellen
geef je antwoord op de vraag: “Is de manier waarop ik mijn onderzoek in de praktijk heb
uitgevoerd, ook werkelijk de beste manier om mijn hoofd- en deelvragen te beantwoorden?”
gebruiken, ook echt geschikt is voor dat doel.
De mate waarin een test meet wat hij zou moeten meten.
Interne validiteit =zegt iets over kwaliteit van het onderzoek
Externe validiteit= de mate waarin de conclusies te generaliseren zijn.
• het verschil=Visueel kun je je het verschil voorstellen als een schietschijf waarop je het midden
probeert te raken (zie afbeelding). Een betrouwbaar, maar niet valide onderzoek heeft
consistente uitslagen, maar geeft geen precies beeld van het verschijnsel dat je hoopte te meten.
1.
Pseudoscience= geen goede wetenschap. Er is geen goede hypothese. Soms worden bepaalde
resultaten genegeerd. En vaak is het doel hiervan promotie/commercie.
2.Wanneer is een onderzoek ethisch verantwoord?
- Je mag de proefpersoon niet verwonden
- Proefpersoons privacy en vertrouwen geheimhouden
- Je moet de proefpersoon van tevoren informeren over het onderzoek. En meedoen is
vrijwillig.
- Een normale toepasselijke beloning (niet te hoog).
- Misleiding/deceptie* alleen gebruiken als dit echt nodig is, en proportioneel afgestemd op
de vordering van het onderzoek
- Debriefing(nabespreking)/dehoaxing (bij het geval van misleiding tijdens het experiment,
uitleggen dat dit echt nodig was)
- Moet allemaal ethisch goedgekeurd worden volgens de experimental procedure (APA) van
Institution Review Board. Ieder instituut heeft zijn eigen ethische commissie met richtlijnen
en deze moeten het onderzoek goedkeuren.
Kimmel:
-prioriteit om overeenkomst te zoeken met de proefpersoon,
-alleen bedrog als er gen andere onderzoeksmethode mogelijk is.
-Vaak wel moeten vertellen dat er kans is op bedrog.
-Onderzoekers schatten kwetsbaarheid in van proefpersoon
-Gebruiken geen onderzoeksmethodes die zij ook niet op zichzelf zouden gebruiken
,Problemen van bedrog →
- steeds minder mensen willen meedoen aan onderzoeken want ze vertrouwen de onderzoeker
niet meer
- -bijwerkingenkunnen opkomen bijv. van medicijnen waarvan diegene niks wist.
*Regels deceptie
-van tevoren zeggen dat het gebruikt zou kunnen worden
- dehoaxing/debriefing
- rollenspel, en zo toch in hun rol kunnen kruipen.
Vormen van fraude=
- -datafabrication= zelf bedenken/verzinnen van data.
- -falsification =manipuleren van onderzoeks data, en processen etc.
- -plagiaat= andermans ideeën, processen etc. gebruiken zonder referentie.
Methodes om fraude tegen te gaan:
- -studenten moeten al vroeg op hoogte gesteld worden van ethiek en eerlijkheid.
- -Ook vroeg al duidelijk maken dat fraude altijd achterhaald wordt.
- -deelnemers moeten achteraf gecontacteerd kunnen worden of ze daadwerkelijk
meegedaan hebben aan dit onderzoek
→Conclusie: altijd ethisch verantwoord zijn anders verliezen mensen hun hoop en vertrouwen in de
wetenschap.
3.Welke argumenten voor een goed onderzoek?
Pseudowetenschappen: ze doen alsof
Circularexplanation: dat wat je observeert wordt weer gebruikt als bewijs. Het geobserveerde gedrag
wordt later weer gebruikt als bewijs. (agressief → zit in je aard, dus agressief is de verklaring weer.)
door een independend er in te gooien raak je uit deze cirkel van verklaringen die ook bewijs zijn.
- Verklaringen gebaseerd op gezond verstand/commoncense explanation: gebaseerd dat wij
dat baseren dat wij denken dat waar is, dit hoeft dus niet persee waar te zijn maar iedereen
denkt dit.
- -verklaringen gebaseerd op denkbeelden: deze worden geaccepteerd omdat het bij bijv. een
godsdienst en zo hoort. En vaak is er niet veel bewijs voor deze theorieën, en het bewijs
wordt vaak door een deel niet geaccepteerd. ( bijv. schepping vd wereld door god/bigbang
theorie
Methods of enquary. Dat men van internet en media info op en stelt hiervan een verklaring op.
-bekijk h1!!
Autoriteit methode: gebruik van deskundige gronden. ( hier bij moet je overwegen wie jij als gezag
ziet in het onderzoek.) (bronnen vaak gebaseerd op standpunt van bepaald iemand dus rekening
mee houden.
-rationele methode: geen rol in wetenschappen maar hiermee zie je wel een relatie tussen
variabelen.
-wetenschappelijke methode: kan onbekende wetenschap. Gebeurtenissen kunnen voorspellen
, 4. Beschrijf de stappen van een onderzoek.
Scientific method:
1.Fenomeen observeren, kijken naar variabelen die mogelijk belangrijk zijn bij het onderzoek
2.hypothese (deduction) (testbare voorspelling)
3.onderzoeksontwerp kiezen
4. onderwerp/proefpersonen/participanten kiezen (mensen of dieren)
5.oberserveren en meten
6.experimenteren door data
7. resultaten analyseren
8.resulaten rapporteren
verfijnen en opnieuw testen(bijv. specifiekere hypotheses opstellen en deze weer testen.
9.leidt tot conclusie/info rapporteren
10.. anderen vragen om te verifiëren
Inductie: van een specifieke observatie naar een general statement (stap1 observeren)
als je 2 blauwe eenden in het park ziet zijn blauw → alle eenden zijn blauw
Deductie: van een general statement naar een specifieke perdictions/voorspellingen (bij stap 2
hypothese) iets wat bestaat dat denkt→ ik denk, dus ik moet bestaan.
4.a) Verschil tussen theorie en hypothese?
Theorie: een plausibele wetenschappelijke goed onderbouwde verklaring van sommige aspecten van
de natuurlijke wereld
Hypothese: tijdelijke verklaring voor een observatie of wetenschap probleem die kan worden getest
door verder onderzoek. Moet altijd in een vorm staan waarin die ook verworpen kan worden.
Verschil:
- hypotheses zijn beperkter in reikwijdte
-hyp. zijn beperkter van opzet.
-hyp. relatief eenvoudig
-hyp. niet goed onderbouwt
Overeenkomst:
Ze zijn allebei tijdelijk en toetsbaar.
5.Wat komt eerst? Theorie of data?
Het kan beide: ( C gedeelte van het blokboek)
Eerst komt de theorie en dan de data om de theorie te bewijzen.
als je nog niet veel er over weet ga je eerst de data observeren, en werk je toe naar het creëren van
een theorie
6. Wat is de rol van de theorie in de wetenschap?
-Zo kan men het fenomeen beter verklaren en voorspellen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kikibckrs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.95. You're not tied to anything after your purchase.