Nefrologie
Anatomie en fysiologie
1. De nieren
1.1. Ligging van de nieren
- 2 boon vormige organen gelegen achter en
boven in de buikholte ter hoogte van de
ledenstrek, links & rechter van de
wervelkolom.
- Liggen in de diepe laag van de rugspier =
retroperitonaal
- Rechter nier onder de lever
- Bevinden dikke vetmassa waardoor ze op
hun plaats worden gehouden & bescherm
worden.
- De nieren worden beschermd van
zuurstofrijk bloed via de A. renalis die ontspringt in de buiktaorta
- het zuurstofarmbloed wordt via de vena renalis afgevoerd naar de vena cava
inferior.
- Op de nieren rusten de bijnieren & endocriene klieren.
1.2. Bouw van de nieren
- Functionele eenheid van een nier is een
1) Piramiden nefron
6 2) Nierbekken / pyelum - De nier bevat 1 000 000 nefronen
7 3) Nierpapil o Schorslaag ( cortex is geprikkels
8 4) Urether hierin ligt de nierlichaampjes
1
5) A. renalis & vena renalis o Merglaag ( medula) hierin liggen de
5 2 6) Nierpiramiden nierkanaaltjes
7) Nierschors
8) Nierkelken Nefron is een combinatiee van nierlichaam
( lichaam malpighil en nierkanaaltjes )
3
4
,Osmose en difusie zijn nodig om samen met de semi-permiabele want van het kapsel
van bowman voor de filtering
- Ariolen O2+
- Haarvaten uitwisseling O2+ en O2-
6 5
4
1) A. renalis
3 2) Vena renalis
11 3) Vas afferens
7 4) Vas efferens
5) Kapsel van bowman
1 6) Glomerulus
7) Proximale tubulus
8) Lis van henle
2 9) Capillairen Bloedvaten
10) Verzamelbuis
11) Distale tubulus
8
9 10
1.3. Werking van de nieren
1.3.1. De functie van de nieren
- Exocriene functies
o Eliminatie van overtollig vocht
o Eliminatie van afvalsstoffen ( creatine )
o Regelen vna het elektrolyten evenwicht
o Zorgen voor een instandhouding van het zure-base evenwicht normaal
PH tussen 7.35 – 7.45 mmol
- Endocriene functie
o Aanmaak van hormonen
Renine: belangrijk voor de bloeddrukregeling ( RAAS-syteem)
Aanmaak vitamine D
1.3.2. Nierfunctie: beperking van de verschillende componenten
De hormonale functie van de nier
= maakt verschillende hormonen aan
- Aanmaak vitamine D opname van calcium uit de darm en is belangrijk voor de
opbouw van het bot.
- Aanmaak van erythropoiëtine aanmaak van rode bloedcellen in het beenmerg
- Aanmaak van renine verhoogt de bloeddruk
,De glomerulaire filtratie
= Ter hoogte van het lichaampje Malpighi gebeurt de filtratie
- Dit gebeurt voor de uitscheiding van toxines
- Water en kleine moleculen worden gefilterd door het semipermeabel membraan
( kapsel van bowman)
- Grote moleculen zoals eiwitten worden terug gehouden
- Afbraakproducten van eiwitten ( ureum, creatine, uremische toxines ) dit zijn
schadelijke stoffen voor het lichaam en kunnen chronische nierinsufficiëntie
veroorzaken.
- Glomerulaire filtratie belet dat de uremische toxines zich opstappelen door de
uitscheiding precies aan te passen aan de productie ervan in het lichaam = Steady
State dit is nodig voor een goede stofwisseling te maken in alle cellen van het
lichaam.
Pincipe van ultrafiltraties
= De taak van de nefronen (en dus ook de nieren) bestaat uit het in evenwicht houden
van de waterbalans en het verwijderen uit het lichaam van stoffen die in bepaalde
concentraties schadelijk zouden zijn.
- Osmose: H²O gaat van het ene vloeistofcompartiment naar het andere doorheen
een semipermeabel membraan tot de osmolariteit dezelfde is.
- Defusie: opgeloste deeltjes gaan van het ene compartiment naar het andere tot de
concentratie gelijk is.
De tubulaire functie: de reabsorptie, excretie, secretie
1) Reabsorptie
- Vanuit de primaire urine worden de nuttige stoffen gereabsorbeerd
Vb: glucose, aminozuren, elektrolyten,..)
- De schadelijke stoffen: ureum, creatine, worden niet gereabsorbeerd
2) Excretie
- De distale tubuli zijn in staat stoffen die articieel in het bloed worden gebracht,
verwijderen of capteren vb: penicilline
3) Secretie
- De distale tubuli kunnen stoffen actief maken en aan de primaire urine toevoegen
omdat het nodig is dat die stoffen het lichaam verlaten
Vb: k-ionen
Door reabsorptie en secretie is het mogelijk voor hemeostase uit te voeren.
Hemeostase = fijnregeling binnen zeer nauwe grenzen van de concentratie van
verschillende chemische bestanddelen van het organisme.
Urine voorurine
- Water - Galkleurstoffen - Aselectief
- Uremische - Vitamines - Niet gefilterd gefilterd in
stoffen - Afbraakproducten kapsel van bowman door
- Zouten druk in de glomerlus
- Hormonen
, 1.3.3. Invloed van hormonen op urineproductie
= Niet enkel nieren hebben een hormonale invloed ook andere organen.
= Hormonen zijn stoffen die door endocriene klieren via de bloedbaan aan doelcellen of -
organen worden afgegeven.
Naam van het Endocriene klier die Invloed van het hormoon op de urineproductie
hormoon het hormoon
produceert
ADH = Achterkwab hypofyse - Stimuleert de terugresorptie van water uit de
antidiuretisch voorurine ter hoogte van de proximale tubulus
hormoon - ADH wordt geproduceerd als er te weinig water
in het lichaam aanwezig is.
- Vb bij warm weer en hevige transpiratie
Aldosteron Bijnierschors - Regelt het zout- en kaliumgehalte in het bloed
- Stimuleert de opname van Natrium
- Stimuleert de afgifte van Kalium
Parathormoon Bijschildklier - Regelt het calcium en fosfaatgehalte in het bloed
- Stimuleert de opname van calcium
- Stimuleert de afgifte van fosfaat
1.4. de bijnieren
- ligging: kleine driehoekige kapjes op de nieren hebben niets met de nieren te
maken.
Anatomie:
- Buitenste schorslaag = cortex = 1a2mm dik
= Zorgt voor de hormoonproductie
Mineraalcorticoïden
Glucocorticoïden
Steroïde geslachtshormoon
- Binnenste merglaag:
= Zorgt ook voor de productie van hormoon:
Adrenaline enkel als het nodig is. Stresshormonen RR en hartfreq
stijgen bv. Bij schrik en angst
Noradrenaline
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margoverschueren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.22. You're not tied to anything after your purchase.