Samenvatting Kennisvoortgangstoets semester 2 periode 1
12 views 0 purchase
Course
Generiek (GEN1.10)
Institution
Driestar Educatief
In dit document vind je een samenvatting voor de kennisvoortgangstoets in semester 2 periode 1. In dit document is het volgende samengevat:
- Boek: "Handboek voor leraren" hoofdstuk 2
- Boek: "Leren zichtbaar maken" hoofdstuk 4, 6 en 7
- Boek: "De zes rollen van de leraar" hoofdstuk 6 en 8
Samenvatting Hoofdstuk 2 (Hoe ontwerp ik mijn onderwijs?) uit Handboek voor leraren
2.1.3 – Het didactisch analysemodel
Het klassieke lesvoorbereidingsformulier is bedoeld om docenten zich te laten focussen
op de voorbereiding van leeractiviteiten van leerlingen. Vaak berieden docente een les
voor door zich te concentreren op wat zijzelf willen gaan doen. Van Gelder legt echter de
nadruk op het organiseren van activiteiten waar leerlingen van kunnen leren.
In het DA-model (didactische analyse) wordt het cyclische karakter van didactisch
handelen benadrukt.
De aangepaste versie van het DA-model bestaat uit 4 hoofdonderdelen:
- De beginsituatie van de leerlingen of groep
- Realistische leerdoelen, gebaseerd op een reële inschatting van het leerplan
- Leerprocessen (onderwijsactiviteiten), met daarin opgenomen leermiddelen,
werkvormen en leerstof.
- De evaluatie op basis van de leerdoelen uit het leerplan.
Tot slot is in dit model een schil toegevoegd over de context van de schoolorganisatie en
het werkveld.
De beginsituatie:
Leerlingen beschikken over voorkennis waarop jij moet aansluiten. Beschikken de
leerlingen over samenwerkend vermogen of hebben ze meer baat bij klassikale
uitwerking van vragen en opdrachten?
Realistische leerdoelen:
Afgeleid van exameneisen, landelijk vastgestelde kerndoelen en leerplannen worden er
leerdoelen geformuleerd die leerlingen in een bepaalde periode dienen te bereiken. De
leerdoelen zijn van dien aard dat de leerlingen deze normaal gesproken binnen de
geplande tijd kunnen afronden.
Leerprocessen:
Onderwijsactiviteiten en leerprocessen stem je af op de leerdoelen en op de leerlingen.
Opdrachten die je als docent bedenkt, mogen best een tikkeltje te moeilijk zijn, mits je
goede begeleiding geeft en leerlingen niet achterop raken.
Evaluatie:
Het leerplan van de school bevat de ondersteunende en voorbereidende schoolexamens,
tentamens en schriftelijke overhoringen, die zowel formatief als summatief worden
ingezet. Om naar die dingen toe te werken is het goed om de leeropbrengst van je lessen
in kaart te brengen en bewust te evalueren. Evalueren kan ook de opzet van je les
betreffen: hadden ze die voorkennis of waren de werkvormen geschikt?
Context schoolorganisatie:
Is het lokaal geschikt voor wat ik wil doen? Ook rekening houden met collega’s omdat je
samen naar hetzelfde einddoel werkt.
, Het klassieke lesvoorbereidingsformulier wordt vaak op lerarenopleidingen gebruikt om
de les voor te bereiden, om de volgende redenen:
1. Het dwingt je de leerdoelen te formuleren die je lessen doelmatig maken.
2. Het dwingt je tot aandacht voor leerlingactiviteiten (anders is het voor leerlingen niet
duidelijk wat ze moeten doen).
3. Het bevordert een geschikte lesopbouw (toont aan of het docent- of leerlinggestuurd
is).
4. Het dwingt je om aandacht te besteden aan de uitgangspositie van de groep
(aansluiting op parate, actuele en ervaringskennis).
5. Het is duidelijk (zichtbaar wat je tijdens de les gaat doen).
2.2 – De beginsituatie
De activiteiten die je leerlingen laat ondernemen, moeten leiden tot opbouw van kennis,
vaardigheden of attitude: nu of op langere termijn. Daarvoor moeten de leerdoelen zijn
afgestemd op de beginsituatie van leerlingen, anders begrijpen ze de opdrachten niet,
word je als docent niet begrepen en is de kans dat een aantal leerlingen de boot mist.
2.2.1 – De beginsituatie van leerlingen nader bekeken
Verschillende beginsituaties van leerlingen:
1. Voorkennis:
Hoe meer verbanden een leerling kan leggen, hoe groter de kans is dat hij de
informatie onthoudt. Docenten moeten zich dus altijd realiseren wat leerlingen al
weten.
2. Abstractievermogen:
Voor sommige leerlingen is de leerstof te abstract: de werkelijkheid wordt te sterkt
overstegen. Welk abstractieniveau zij aankunnen, is afhankelijk van hun intelligentie
en van de beschikbare tijd. Intelligente leerlingen die verbanden kunnen leggen en
zaken snel kunnen combineren, lossen complexe problemen binnen een korte tijd
op; andere hebben meer tijd nodig en leren beter aan de hand van
praktijkvoorbeelden.
3. Ervaring met onderwijsconcepten:
Onderwijsconcept = onderwijskundig uitganspunt dat bepalend is voor de didactische
vormgeving van je lessen.
Hebben leerlingen met jouw onderwijsconcept geen ervaring, dan hebben ze tijd
nodig om zich daarin te leren bewegen. Je moet nieuwe onderwijsvormen dus eerst
goed uitleggen aan de leerlingen.
4. Leesvaardigheid:
Leesvaardigheden bepalen in hoge mate of de leerling zelfstudieopdrachten en
huiswerk aankan. Meer lezen leidt vaak tot een betere leesvaardigheid.
5. Zelfstandigheid:
Zelfstandigheid kan op verschillende terreinen tot uiting komen (zelfstandig
studeren/organiseren/opzetten). Voor docenten is het belangrijk om te weten of een
leerling die zelfstandigheid overal toont of dat er sprake is van selectieve
zelfstandigheid.
, 6. Groepsgerichtheid:
Een klas kan 1 groep vormen, maar kan ook bestaan uit meerdere supgroepen of een
verzameling losse individuen. Als de klas geen groep is, komt er geen groepsgesprek
op gang.
7. Waarden en normen:
Lessen waarin seksualiteit, euthanasie of religie aan de orde komen, kunnen op
sommige scholen leiden tot een gespannen sfeer en felle, verhitte discussies. Om dit
te voorkomen, is het belangrijk dat je als docent de normen en waarden binnen je
klas kent en hiermee al in de beginsituatie rekening houdt.
8. Motivatie:
Een gemotiveerde leerling zal zelf aan zijn taken beginnen en veel sneller tot
uitwerkingen komen dan een ongemotiveerde leerling. Ongemotiveerde leerlingen
kun je natuurlijk niet zomaar verwijderen uit je les, maar ze mogen ook geen
stoorzender worden voor leerlingen die wel gemotiveerd zijn.
2.2.2 – Bepalen van de beginsituatie van leerlingen
Acties die zinvol zijn om de beginsituaties van leerlingen in kaart te brengen:
1. Observaties:
Voordat je gaat observeren, moet helder zijn waarnaar je gaat kijken. Observaties
kunnen gericht zijn op gedragsaspecten van leerlingen, groepsprocessen en
interacties tussen leerlingen en de docent. Observatie van een individuele leerling
kan zich bijvoorbeeld richten op gedragsproblematiek of fysieke beperkingen.
2. Toetsen:
Toetsen om de beginsituatie van de leerlingen in te schatten:
- Instaptoets met juist/onjuist-vragen of ja/nee-vragen.
- Mondelinge toets met aantal vragen (bijv. bij spreekluister niveau)
- Diagnostische toets (wat zijn hiaten en wat beheersen zij?)
3. Gesprekken met collega’s:
Gesprekken met collega’s leveren achtergrondinformatie over leerlingen op.
Dergelijke gesprekken zijn vaak vertrouwelijk en leveren dikwijls informatie op die
niet op papier staat: ga er dus zorgvuldig mee om.
4. Boeken:
Het bekijken van het boek geeft veel inzicht in wat leerlingen al weten:
- De toetsen bij de boeken maken duidelijk hoe de leerlingen zich met de
leerstof hebben beziggehouden.
- Index en hoofdstukken geven inzicht en structuur.
- In de methode kun je de didactische lijn afleiden en daarbij aansluiten.
5. Leerlingdossiers:
Een leerlingdossier geeft belangrijke informatie over de ontwikkeling, het gedrag en
de leerprestatie van een leerling. Die informatie kan aanwijzingen geven over de
manier van omgaan met (zorg)leerlingen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samenvattingLVOwiskunde. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.89. You're not tied to anything after your purchase.