1.1
Voorbeeld Ledru
Ledru moet de moord op Monet oplossen ⇒ Hij komt er achter dat hij zelf de
moord heeft gepleegd⇒ politie is echter niet overtuigd en doen een experiment
naar of Ledru het gedaan kan hebben ⇒ Hij slaapwandelt en als ze hem een
pistool geven schiet hij.
Ledru wordt niet verantwoordelijk gehouden door de rechter ⇒ Hij is niet
verantwoordelijk, want hij slaapwandelt -> De rechter maakt een onderscheid
tussen “wakkere” Ledru en slaapwandelende Ledru ondanks dat zij hetzelfde
lichaam delen.
Conclusie uit voorbeeld Ledru
● Een wakkere persoon is niet hetzelfde persoon als een slaapwandeld persoon,
ondanks dat ze hetzelfde lichaam delen
1.2
Gedachte-experiment schip van Theseus
1. Elke keer als Theseus met het schip de haven binnenkomt, wordt één plank van het
schip vervangen door een andere plank. Na een tijd zit er op het schip geen originele
plank meer.
VRAAG: Is dit schip dat uit andere nieuwe planken bestaat, hetzelfde schip als toen
het zijn oude planken had?
⇒ Zo nee, wanneer is dit dan gebeurd? Het is moeilijk/ niet mogelijk om
een precies moment aan te wijzen waarop het schip een ander schip werd
→ Dus kun je niet spreken van een ander nieuw schip
2. Elke keer als Theseus met het schip de haven binnenkomt, wordt één plank van het
schip vervangen door een andere plank. De oude planken worden bewaard en hier
wordt later een schip van gebouwd dat identiek is aan het originele schip.
Er zijn twee schepen: Een oud schip met vervangen planken en een nieuw schip met
vrijgekomen oude planken
VRAAG: Is het nieuwe schip met vrijgekomen oude planken hetzelfde als het
originele schip.
Soorten identiteit
1. Kwalitatieve identiteit
= Wanneer objecten hetzelfde zijn, omdat de eigenschappen zodanig hetzelfde zijn, dat we
de objecten hetzelfde noemen
VOORBEELD: Twee iphones in een winkel, zijn kwalitatief identiek aan elkaar
2. Numerieke identiteit
= Wanneer een object hetzelfde is omdat het het origineel is. Het bestaat uit 1 ding en niet
uit een tweetal objecten. Ook al zijn de eigenschappen nu verschillend.
VOORBEELD: Je laat je iphone vallen. Na de val zit er een barst in. De iphone voor de val
en de iphone na de val zijn numeriek identiek aan elkaar, want het is nog steeds dezelfde
iphone.
Vraag naar soort identiteit bij mensen
1. De vraag naar kwalitatieve identiteit bij mensen is in hoeverre iemand lijkt op iemand
anders.
, 2. De vraag naar numerieke identiteit bij mensen is in hoeverre we door de tijd heen
dezelfde persoon blijven ondanks allerlei veranderingen. -> de vraag naar
persoonlijke identiteit heeft vooral betrekking op de numerieke identiteit.
Waarom belangrijk?
⇒ De vraag wat maakt dat een persoon door de tijd heen dezelfde blijft heeft
belangrijke praktische consequenties. Bij het bestraffen en belonen van mensen,
moeten we weten wie verantwoordelijk is voor het gedrag en zorgen dat we de
juiste persoon nemen.
1.3
Illustratie van Boyle (bij het probleem van het Laatste Oordeel)
Iemand overlijdt → Zijn lichaam vergaat
- Het verteert en valt uiteen in talloze kleine deeltjes die zich over de hele aarde
verspreiden. Het is lastig om die weer bijeen te sprokkelen en te zorgen dat die
persoon identiek is aan de ‘oude’ persoon
- Stoffelijk overschot wordt aangevreten door beesten → Het zit in een
ander organisme → Nog lastiger om het bij elkaar te halen
- Kannibalen eten lichaam op → Lichaam raakt verspreid over meerdere
personen → Aan wie behoort het lichaam toe?
Identiteitscriterium van Locke
-Relevant voor Locke want de juiste mensen moeten in zowel het leven nu en het
hiernamaals bestraft en beloond worden. (Laatste oordeel & wederopstanding)
Eerst begrijpen wat een mens is -> geeft ons een criterium om te kunnen bepalen of iemand
door de tijd heen hetzelfde is gebleven
1. Onderscheid tussen persoon en mens
● Mens = Een biologische organisme met een zekere functionele organisatie
(levend lichaam)
- Levenloze wezens blijven alleen hetzelfde zolang er materiële
continuïteit is (=de materie waaruit deze objecten zijn gemaakt blijven
hetzelfde. Denk aan: Eik groeit uit van een jonge plant tot een
reusachtige boom)
- Levende wezens kunnen voortbestaan zonder dat er materiële
continuïteit is.
- De functionele organisatie van deze organismen zorgt ervoor dat ze
tot op zekere hoogte onafhankelijk zijn van hun materiële lichaam
(mens met harttransplantatie) (materiaal verschilt, maar functie blijft
hetzelfde)
- De identiteit ligt dus ook in die functionele organisatie van zijn lichaam
● Persoon
- = Een denkend intelligent wezen met rede en reflectie (ook volgens
Aristoteles) + bewustzijn (voegt Locke toe aan het idee van
Aristoteles.)
- Geheugen is Voldoende + noodzakelijke voorwaarde voor
persoonlijke identiteit
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller everm0re. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.59. You're not tied to anything after your purchase.