100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting van alle artikelen - Auditing Theory $3.92
Add to cart

Summary

Samenvatting van alle artikelen - Auditing Theory

 18 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle artikelen van het vak Auditing Theory dat tijdens Pre Master Accountancy wordt gegeven.

Preview 4 out of 33  pages

  • October 9, 2022
  • 33
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Artikel – Simunic – The pricing of audit services: theory and evidence
Het artikel benaderd audit quality vanuit een toegevoegde waarde perspectief
- Hoe de toegevoegde waarde van een audit service werkt ten behoeve van het management van de
organisatie:
o Efficiëntie van external reporting proces
o Verlaging van risico’s voor het management
o Vergroten van zekerheid
- De belangrijke rol van concurrentiedruk in de prijsbepaling van controlekosten:
o Bij voldoende concurrentiedruk zal de vraag naar controle toenemen
o Bij een te dure controle zal een organisatie zelf meer controlestappen
uitvoeren/voorbereiden

Aanleiding: grote accountantskantoren worden beschuldigd van het monopoliseren van de
accountantscontrolemarkt  beschuldigingen zijn ongegrond.

Perspectief: Simunic veronderstelt accountantscontrole als een subsysteem (onderdeel) van het gehele
financial reporting system van de klant  accountantscontrole substitueerbaar  economisch goed voor
de klant  daarom kosten-baten analyse (in- en outsourcing)
- Prijs die het management moet betalen voor een audit
- Toegevoegde waarde accountant? Zelf doen of accountant inschakelen?
- Aansprakelijkheid & risico t.o.v. belanghebbenden
- Toegevoegde waarde van de accountant is dat hij de toegevoegde waarde van het financial
reporting system verlaagt.
- Voordeel audit  beperken van de aansprakelijkheid jegens belanghebbenden

Hypothese: price competition heerst onder (1) competitive markt en (2) niet-competitive market.
 Main driver: reduction of expected litigation costs (E(d)) by cost sharing between auditee and
auditor

Veronderstellingen
- Gehele financial reporting system = interne controle + accountantscontrole
- Vraag van de klant naar audit  tot het punt waar de marginale vermindering in de
aansprakelijkheid gelijk is aan de controlekosten van de accountant
- Uitgangspunt economische theorie  elke euro besteed aan controle levert minimaal een euro op
- Simunic veronderstelt dat het controleprogramma van de accountant een functie is van het
internal accounting system

- Klant & accountant zijn in staat om aansprakelijkheidskosten te voorspellen (in werkelijkheid
lastig)
- Klant is in staat om de nodige audit inspanningen van de accountant in te schatten (q) (normaal
gesproken stelt accountant planning & budget op  nu veronderstelt dat de mate waarvoor de
accountant wordt ingehuurd is gesteld)
- Audit effort of internal control (a) and external auditor (q)  volledig substitueerbaar  als prijs
omhoog gaat, q omlaag, a omhoog
- Kosten voor resources voor alle accountants gelijk, alleen efficiency verschilt
- No changes in relative prices between auditee (v) en auditor (c), expansion of a and q is
complementary in case of increasing litigation costs
- Prijzen zijn constant in een efficiënte markt en verschillen alleen door kwaliteit

Stelling
1) Het werk van de accountant kan gesubstitueerd worden door meer internel controle
2) De klant weet welke werkzaamheden wij accountants uitvoeren
3) In US moeten bestuurders een interal control verklaring afleggen (koppelen aan substitutie-
veronderstelling van Simunic)




1

,Residual loss = risico dat jij loopt als accountantskantoor jegens anderen (gebruikers) als gevolg van
fouten in de jaarrekening.

Tabel 2




- Monopolie
o Omvang van de werkzaamheden van de accountant neemt af (q), want
o Prijs accountantscontrole werkzaamheden stijgen (p)
o Het bedrijf gaat hierdoor meer zelf doen (a stijgt)
o Risico’s worden niet afgedekt door werk van deskundigen  share of residual losses neemt
toe
o Totale kosten nemen ook toe
- Production economies
o Prijs accountantscontrolewerkzaamheden dalen (p)
o Omvang van de werkzaamheden van de accountant nemen toe (q)
o Het bedrijf gaat hierdoor minder zelf doen (a daalt)
o Risico meer gedekt door werk deskundigen  share of residual losses nemen toe
o Totale kosten nemen af
- Increase in auditors share of losses
o Accountant neemt meer risico op zich (Amerikaanse gedachte: prijs voor accountant gaat
omhoog, terwijl je beide niet meer werkzaamheden verricht, maar je betaalt de
accountant om risico op zich te nemen)
 P omhoog
 A & Q gelijk
 Residual loss klant omlaag
- Increase in loss exposure (risicovolle onderneming)
o Bedrijf risicovol  hierdoor moeten er door het bedrijf en door de accountant meer
werkzaamheden worden verricht  veel risico’s  alles neemt dus toe, behalve prijs

Simunic  monopolie zorgt ervoor dat de kwantiteit van de accountantscontrole afneemt en er meerdere
interne controle plaatsvindt  gevolg: toename van expected residual liability losses  gevolg: kwaliteit
van financial reporting systeem bevat waarschijnlijk meer fouten  gevolg: hogere liability payment aan
derden

Model: gebaseerd op aansprakelijkheid en de mate waarin kosten en de kans op een rechtszaak kunnen
worden ingeschat door management en accountants  relevant voor Amerika (niet Europa).



2

,Auditee’s total system costs must increase in a monopoly setting  accountantscontrole wordt dus
gesubstitueerd, maar kosten nemen ook toe  lagere kwaliteit (minder accountantscontrole = minder
zekerheid)  neemt residual liability toe.

Kern – wat is de toegevoegde waarde van de accountant volgens het artikel?
Totale kosten van externe verslaggevingsproces verlagen door:
- Effectievere controles die de risico’s voor management verlagen
- Efficiëntere controles door schaalvoordelen; en
- Vergroten van zekerheid door fouten in de jaarrekening te reduceren

Tabel 3
- Big Eight firms beschuldigd van monopoliseren van de markt  meest waarschijnlijk dat deze
bedrijven de mogelijke schaalvoordelen hebben benut  ''Merk op dat hoewel de Big Eight-
kantoren zijn beschuldigd van het monopoliseren van de markt voor auditdiensten, deze bedrijven
ook het meest waarschijnlijk de beschikbare schaalvoordelen hebben uitgebuit'
- Schaalvoordelen kunnen bestaan in een monopolistische als concurrerende markt
- Product differentation  hedonic market = differentiated products are not observed directly, but
are revealed by differences in prices which are associated with differences in observed product
characteristics  in auditing, principal differentiating characteristics of service  likely to be the
identity of the supplier  Big eight firms enjoy visibility and brand-name recognition among
buyers
- “I assume that if the Big Eight firms collude to increase prices in the “large” auditee segment,
their non-Big Eight competitors would seek to expand market share and price consistent with their
own cost conditions, rather than to maintain the cartel price

Big8  toegevoegde waarde door aanbieden diensten (onderscheiden)
Duurder voor grote klanten (monopoliseren), maar goedkoper voor kleine klanten (dan non-big8) door
schaalvoordelen

Kern/Conclusie: prijs is niet perse een verklaring voor hoge kwaliteit, auditfee zegt dus niet zo veel 
audit fee is afhankelijk van de mate van schaalvoordelen  concurrentie heeft effect op economies of
scale (kleine & grote gecontroleerde bedrijven blijven met meer kosten zitten als zij kiezen voor Big8 
Big8 concureert op naam.  Bepaalde toegevoegde waarde die ze bieden




3

, Jensen & Meckling - “Theory of the Firm: Managerial Behavior, Agency Costs
and Ownership Structure”
Waarom belangrijk?
- Seminal paper: veel gelezen en aan gerefereerd artikel in accounting onderzoek
- Geeft economische benadering van accountancy vraagstuk
- Is bruikbaar artikel om agency problematiek te ordenen

Wat leer je van het artikel?
- Nadenken over wat bedrijven eigenlijk zijn
- Wat het effect is van scheiding van eigendom en leiding op de waarde creatie van bedrijven
- Wat informatie asymmetrie is en wat de samenhang is met agency problemen en agency kosten
- Wat de rol van bonding en monitoring is op het beperken van de agency kosten

Agency theorie
- Driehoek: gebruikers (principalen (ondernemingsleiding/ externe gebruikers), verschaffers
(agenten (management)) en controleurs (monitoren, accountants) van informatie: artikelen:
1) Optiek gebruikers  DeAngelo
2) Optiek verschaffers  Simunic
3) Optiek controleurs  NV COS
- Uitgangspunten: organisaties zijn gesteld een formele bundeling van contracten tussen individuen
te zijn (een onderneming bestaat dus eigenlijk niet  veelvoud van individuen samenkomen 
rationalisme) + vervolgens wordt gesteld dat deze individuen precies weten hoe de baten en
lasten uit de organisatie verdeeld moet worden (functieniveau bepaalt set van beloningen)
1) Er wordt geen rekening gehouden met salarissen/bonussen
2) Individuen streven eigen winst na (maximaliseren, ook eigenbelang boven belang van
organisatie)  individualisme
3) Iedereen handelt volledig rationeel

Formule 1: marginale voordeel van één extra euro door het bedrijf bestaand aan niet-geldelijke
voordelen voor de manager (X = pecuniary benefits)

=

Het voordeel (P(X)) minus de kosten (C(X)) van deze niet geldelijke-middelen

=0

 Alleen indien manager 100% aandeelhouder is!
 Wanneer manager geen 100% aandeelhouder is niet gelijk aan
nul!  hij zal trachten zijn eigen voordelen te maximaliseren

Aandeelhouder/eigenaar willen voor elke bestede euro, minstens een euro terug aan opbrengsten.
Manager (niet-eigenaar) wil bijvoorbeeld ook een mooi pand, mooie auto en telefoon  gevolg hiervan is
dat niet langer elke bestede euro, ook een euro (of meer) oplevert.
 De extra besteding aan een manager moet idealiter gelijk zijn aan: opbrengsten – kosten = 0, zo
niet dan wordt er waarde onttrokken aan het bedrijf  agency kosten


Formule 2: de functie van het maximale netto voordeel van één extra euro door het bedrijf bestaan aan
niet-geldelijke middelen (X*) minus de functie van het marginale voordeel voor het bedrijf gerealiseerd
door de manager (X) is positief = agency costs
- Van toepassing in geval: manager < 100% aandeelhouder
 Info-asymmetrie:




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DeBesteSamenvattingen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48072 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.92  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added