100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Toegepaste Psychologie S3 $6.42
Add to cart

Summary

Samenvatting Toegepaste Psychologie S3

 20 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van heel de cursus en PowerPoints.

Preview 4 out of 37  pages

  • October 10, 2022
  • 37
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Toegepaste Psychologie S3
1. Scholen van de psychologie

(ter illustratie)
Feed up à Wat is je doel? Wat wil je bereiken? Waar wil je aan werken?
Feedback à Wat heb ik gedaan, Hoe heb ik het doel tot nu toe aangepakt
Feed forward à Wat is de volgende stap, wat ga ik verder doen om de gestelde doelen te bereiken

Als beginpunt van de wetenschap ‘psychologie’ wordt de opening van het eerste psychologische laboratorium
beschouwd. Deze opening vond plaats in 1879 in Leipzig. Vanuit hier ontstaan de 6 scholen.

• 25 eeuwen geleden: Griekse filosofen: Socrates, Plato, Aristoteles verkende bewustzijn en gekte
• Zelfde tijd: Azië: verkende bewustzijn via meditatie, Afrika: verkende persoonlijkheid en psychische
stoornissen via spirituele opvattingen
• Middeleeuws Europa: Rooms-katholieke kerk: verkenden geest en ziel
• Enkele eeuwen later: moderne psychologie met 6 belangrijke scholen

1.1. Medisch biologische school: scheiding van lichaam en geest

Filosoof: René Descartes
René Descartes (Franse filosoof) zorgde voor een scheiding tussen lichaam en geest. Hij toonde aan dat biologische
processen ten grondslag liggen aan sensaties van eenvoudige reflexmatige gedragingen.

Kritiek: empiristen zien het denken als onnodig en zelf storend in wetenschap en filosofie. De mens zou door ervaring,
leerprocessen en opvoeding een persoonlijkheid krijgen en vaardigheden ontwikkelen.

400 jaar later à biologische perspectief = psychologen hebben lichaam en geest terug samengevoegd. Er zijn
verschillende oorzaken van gedrag in het zenuwstelsel, de endocriene stelsels en de genen.

Er zijn 2 standpunten in deze school:
1. De neurowetenschap: men gaat kijken hoe onze ogen en hersenen lichtgolven omzetten tot beelden.
2. Evolutionaire psychologie: onze genetische opmaak wordt gevormd door de omstandigheden waarin onze
genetische voorouders duizenden jaren geleden verkeerden (afkeer voor bitter, bitter is meestal giftig) – zie
evolutietheorie Charles Darwin

1.2. Cognitieve school
Filosoof: Wilhelm Wundt
Hij noemde zichzelf de eerste psycholoog. Hij volgde de wetenschappelijke methode uit de scheikunde. Mensen
gaan afzonderlijke elementen samengieten in één geheel. Men noemt dit de elementen van de bewuste
waarneming.
Structuralisme: benoemen van verschillende elementen en die gaan structureren (in een schema voelen)
Introspectie: een prikkel geven en zeggen wat je voelt (beschrijven van sensorische en emotionele reacties op
prikkels).
Gestaltpsychologie: het bewustzijn omvat veel meer dan allen simpele zintuigelijke ervaringen. Men kan dus niet
naar afzonderlijke elementen kijken. Onze geest vult onbewust lege plekken in.
Functionalisme: we gaan kijken naar het nut van dingen.Welk nut/ functie heeft iets? Men kijkt naar interpretaties,
verwachtingen, overtuigingen en herinneringen. Bv: brain imaging (persoon kijkt naar een beeld à wat gebeurd er
in de hersenen)

1

,Toegepast:
• Dysfunctionele denkprocessen en diepgewortelde denkschema’s (faalangst, minderwaardigheidsgedachten, ik
moet controle houden, alleen perfectie is ok, ...)
• Deze gedachten zijn niet oké en hier wordt verder naar gekeken.
• Cognitieve gedragstherapie/ Rationeel-emotieve gedragstherapie (RET)
• Acceptance and Commitment Therapy (ACT)
• Mindfulness based therapy à we gaan hier ook leren om met gedachten om te gaan

1.3. Behavioristische school: nadruk op waarneembaar gedrag
Filosoof: John B Watson à Skinner, Pavlov, Bandura
Het behaviorisme is de wetenschap van het gedrag en van de meetbare omstandigheden in de omgeving die dit gedrag
beïnvloeden. Je kan enkel zekerheid verwerven over datgene wat je kan waarnemen. Er was ook vooral aandacht voor:
manier waarop ons handelen wordt gevormd door consequenties.
Conditionering = gedrag veranderen op basis van straffen en belonen
Deze theorieën nemen we mee om effectieve strategieën te ontwikkelen waarmee we gedrag kunnen wijzigen door de
omgeving te veranderen (bv: man die bang is van hond)
Exposure theorie = terug in contact brengen met angst in kleine stappen om angst te overwinnen

1.4. Perspectieven vanuit de gehele persoon (Whole – person perspectief)
Filosoof: Freud
Freud was de eerste psycholoog die ook naar oplossingen is gaan kijken. Hij wilde alles wat de mens aantrof, in 1 geheel
gieten en een soort therapie ontwikkelen wat voor iedereen zou werken. De theorie kan dus een gehele persoon
verklaren. Hij ontwikkelde een methode voor het behandelen van psychische stoornissen die weer op een ander radicaal
idee gebaseerd was: persoonlijkheid en psychische stoornissen voornamelijk ontstaan uit processen in de onbewuste
geest, en niet in het bewustzijn.

Binnen deze school heb je 3 andere strekkingen/scholen:
1. Psychodynamische school
= ideeën van Freud en alle neufreudiaanse theorieën die ontstonden uit het idee dat de geest (psyche), vooral de
onbewuste geest, een oorzaak van energie (dynamica) voor de persoonlijkheid is.
Eerste systeem = psychoanalyse: hij analyseert dromen, wanneer je jezelf verspreekt heeft dat een betekenis
Ontwikkeld als medische techniek voor de behandeling van psychische stoornissen

Volgens Freud zijn er 2 hoofddriften:
1. Levensdrift (seks): Behoefte hebben om aangeraakt te worden, hebben van een band. (bv. aanraken van een pen)
2. Doodsdrift (agressie): goedheid van mens bestaat niet, religie en sociale orde om mens intoom te houden.
Oedipusconflict = samenspel van de twee genoemde hoofddriften. Jongens worden zo verliefd op de moeder rond 5-
jarige leeftijd en ze zijn bang dat de vader hen hierdoor iets zal castreren, hierdoor gaan ze hun seksuele gevoelens
onderdrukken.
Elektracomplex = meisjes worden verliefd op de vader en uit angst om de liefde voor haar moeder te verliezen
onderdrukt zij ook haar seksuele gevoelens en identificeert ze zich met de moeder. Meisje ontdekt dat ze geen penis
heeft (penisnijd).
Seksuele energie over de levensjaren:
Orale fase In de eerste levensjaren is de seksuele energie (libido) vooral geconcentreerd
op de mond (bv: alles in mond steken)
Anale fase Gericht op de anus (alles gericht op pipi en kaka)
Fallische fase De geslachtsorganen (besef van vagina en penis)


2

, Latentiefase Vanaf 6 jaar tot de puberteit een betrekkelijk rustige periode aan
Genitale fase Puberteit gericht op de geslachtsdaad
Pregenitale fase Ze hebben een belangrijke rol in het voorspel


Structuur van de psyche
Id = wat je nu wil/ nodig hebt, het is het impulsieve gedeelte. Dit is het oorspronkelijke reservoir van alle psychische
energie. Driften willen onmiddellijk ontladen (lustprincipe) dit kan alleen in droom of fantasie (primaire proces).
(onbewust)
Ego = wat je werkelijk gaat doen, confrontatie met de werkelijkheid. Ontwikkeld uit ID door confrontatie met
werkelijkheid. Drift kan ontladen op bestaand object (realiteitsprincipe). Gebruik van intelligentie om doel te bereiken
(secundaire proces). (bewust)
Superego = iets wat je niet durft omdat je het wel of niet mag. Het is je eigen stem. Deze stem kan afkomstig zijn van wat
anderen ooit tegen je hebben gezegd (ouders, familie, leerkrachten, …). Het zijn de waarden en normen die je draagt. Het
ontwikkeld zich door opvoedingsfactoren uit id. (onbewust)




Tussen de 3 kan spanning ontstaan: ID wil driften ontladen, EGO kan driften niet onmiddellijk verwezenlijken en
SUPEREGO remt driftontladingen.
3 angstvormen:
• Id-angst = (neurotische angst) driftopwelling van binnenuit
• Ego-angst = (realistische angst) gevaren uit onze omgeving
• Superego-angst = (gewetensangst) komt door het schuld- en schaamtegevoel


Superego VS innerlijke criticus
Metafoor van de bus: jij zit zelf achter het stuur en de passagieren zijn de stemmetjes. Deze baseren zich op je eigen kern
(vooroordelen over jezelf en anderen, angst om buitengesloten te worden,…)
Het superego kan zich zo de hele dag bezighouden met iets wat in de ochtend is fout gelopen.


2. Humanistische psychologie
Rogers en Maslow zeggen dat mensen een vrije wil hebben. De opvattingen die je hebt over jezelf en je fysieke en
emotionele behoeften hebben een grote invloed op je gedachten, emoties en handelingen. Dit heeft dan weer een
invloed op de ontwikkeling. Deze theorie is de grondhouding voor hulpverleners.


3. Pssychologie van karaktertrekken en temperament
Afkomstig van de Grieken. De persoonlijkheid wordt volgens hen verklaard door vier humores (vloeistoffen): bloed, slijm,
zwarte gal en gele gal. Verschillen tussen mensen ontstaan uit verschillen in stabiele kenmerken en neigingen, die
karaktertrekken en temperamenten worden genoemd.



3

, De big 5 (Lewis Goldberg):
1. introvert/extrovert
2. angstig/comfortabel
3. openstaan voor nieuwe ervaringen of juist niet
4. inschikkelijkheid of nauwgezetheid/ laksheid
5. altruïsme (handelen in belang van anderen ipv in belang van jezelf


1.5. Ontwikkelingsperspectief
Psychologische verandering is het gevolg van een interactie tussen de erfelijke eigenschappen die in onze genen zijn
vastgelegd en de invloed van onze omgeving.
Nature/nurture = is iets erfelijk bepaald of komt het door de omgeving?
Nature Nurture
Erfelijke eigenschappen Invloed van omgeving
Biologische psychologen Behavioristen
Theorie:
mensen veranderen op voorspelbare wijze door invloeden van erfelijkheid en omgeving diezich in de loop van
de tijd ontplooien
• Cognitief: Mensen denken en handelen verschillend op verschillende momenten van hun leven
• Lichamelijk: De ontwikkeling is te zien in voorspelbare processen zoals groei, puberteit enmenopauze
• Psychologisch: de ontwikkeling van de mens is waarneembaar in het verwerven van taal, logisch
redeneren en het aannemen van verschillende rollen op verschillende momenten in het leven


1.6. Sociocultureel perspectief: het individu in context
Alle mensen zijn anders en er heerst een sociale invloed, deze staat centraal en wordt bepaald door de kracht van
bepaalde situaties en door culturele verschillen.

Gedrag kan zelden worden verklaard vanuit enkel het psychologisch perspectief. Zo kan een eetstoornis worden verklaard
vanuit verschillende invalshoeken: traumatische ervaring, functioneren van het gezin, maatschappelijk schoonheidsideaal,
irrationele denkpatronen, …

Cultuur = complexe mix van taal, opvattingen, gewoonten, waarden en tradities
Crossculturele psychologen = wijden zich aan de immense taak de wetten van de psychologie opnieuw te beoordelen aan
de hand van andere culturele en etnische vormen.

Het omstanderseffect
Mensen volgen een groep. Helpen of niet helpen, ze doen hetzelfde als anderen.
Oefening over tekst in PP
à ontwikkelen = ontwikkeling van kinderen
à bewustwording van interne gevoelens van honger en verzadiging worden gepromoot = biologische ontwikkeling
à geschiedenis van obesitas hebben, kan het moeilijker zijn om deze basisregels rond voedsel in hun opvoeding toe te
passen = sociaal/behavioristisch
à prikkelbaar temperament of met meer internaliserende of externaliserende problemen = whole-person perspectief
(karaktertrekken en temperament)

Toepassing: eetstoornis AN
-Traumatische ervaring -Foute eetpatronen aangeleerd
-Irrationele gedachten: cognitief -Maatschappelijk schoonheidsideaal: socio-cultureel
-Behoefte aan erkenning: whole person -Functioneren van het gezin: sociaal perspectief


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller louisegoyvaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.42  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added