100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting Interpreteren deel 2 $8.56
Add to cart

Summary

samenvatting Interpreteren deel 2

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

deze samenvatting van interpreteren, theorie vormen en onderzoeken deel 2 is een integratie van zowel de slides, als de lesnotities, als de cursus.

Preview 4 out of 62  pages

  • October 12, 2022
  • 62
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Interpretatieve II
INLEIDING

DE 3 CENTRALE KWESTIES
1. Wat maakt pedagogische wetenschappen tot wetenschap?
Wat is het verschil tussen pedagogie en pedagogiek (= de wetenschap van het pedagogisch handelen)?
- Pedagogie is het object van pedagogiek.
- Pedagogie: alle opvoedende handelen
2. Wat is eigen aan pedagogische wetenschappen?
- Hier gaat het eigenheid van pedagogische wetenschappen.
- Pedagogiek is een zelfstandige discipline, maar deze is cultuurgebonden. In Anglo-Amerikaanse wereld
komt dit niet voor ( ‘education studies’, het fenomeen ‘education’ wordt benaderd vanuit andere
disciplines)
3. Wat is een geschikt paradigma om pedagogische wetenschappen te beoefenen?
- Traditionele visie: Verschillen tussen wetenschappelijke disciplines zijn te inventariseren obv de
tegenstelling kwalitatief – kwantitatief
 Kwantitatief onderzoek: WKH meten, verklaren, natuurwetenschappen, wetmatigheden
 Kwalitatief onderzoek: WKH interpreteren, begrijpen, verstaan, menswetenschappen,
hypotheses formuleren op ons voorverstaan
 Tegenstelling tussen verklaren en begrijpen  Wilhelm Dilthey en de hermeneutische cirkel
- Dubbelheid kwalitatief en kwantitatief onderzoek (ook in de pedagogiek)
 Wetmatigheden in de menswetenschappen van een andere orde dan de
natuurwetenschappen (nl. het aanduiden van ruimere condities waarbinnen een bepaald
fenomeen zich voordoet)
- Traditionele opvatting: Alle pedagogisch onderzoek is minstens ten dele interpretatief  lange tijd
een kwalitatieve aangelegenheid
 In 19e eeuw ook al voorlopers kwantitatief onderzoek, maar deze zijn er niet in geslaagd om
een dominante stroming te worden
- Vandaag de dag: Kwantitatief onderzoek niet weg te denken (neuropedagogiek).


HET PRIMAAT VAN BETEKENIS EN INTERPRETATIE
- Traditioneel maakt men dan een tweedeling tussen
 Kwalitatief  kwantitatief onderzoek
 Interpreteren  meten
 Verstaan  verklaren
- Voor sommige disciplines is de ‘keuze’ aan welke kant men staat zonneklaar (bv. geneeskunde vs.
geschiedenis), in andere gevallen is het gebruikelijk beide perspectieven te combineren (bv.
sociologie). Voor de pedagogische wetenschappen is dit echter niet zonder meer duidelijk.
- Peter Winch: geen pedagogisch onderzoek mogelijk zonder interpretatie
- Cursus: voorbij de traditionele visie
 Socio-material turn:
 Benadering die noch kwalitatief noch kwantitatief genoemd kan worden
 Gaat voorbij het primaat van de betekenisgeving
 Pedagogisch onderzoek:

,  Iets dat mensen doen
 Van belang vanuit welke houding tov de werkelijkheid van opvoeden en onderwijzen
men vertrekt


1 HET INTERPRETATIEVE PARADIGMA BINNEN DE PEDAGOGISCHE
WETENSCHAPPEN EN DE ‘BIFURCATION OF NATURE’
Paradigma – - Geheel van (soms onuitgesproken) opvattingen over wat wetenschap is: regels, procedures
Thomas en assumpties die het mogelijk maken om aan wetenschappelijk onderzoek te doen en over
Kuhn dit onderzoek zinvol te communiceren.
- Paradigma’s zijn incommensurabel (=onvergelijkbaar). Een paradigma is geen
gemeenschappelijke maat, je kan ook niet buiten een paradigma staan, je zit altijd binnen
één paradigma.
- Volgens Kuhn, is er geen echte vooruitgang in de wetenschap (wel binnen één paradigma),
er is een afwisseling van paradigma’s binnen de wetenschap (= paradigmatic shift).


1.1 DE AANTREKKINGSKRACHT V.H. MEDISCHE MODEL IN DE HEDENDAAGSE
PEDAGOGISCHE WETENSCHAPPEN
Smeyers ,Smith spreken in hun boek over dat pedagogisch onderzoek vandaag kampt met een imagoprobleem.
We think that many of the problems of educational research stem from its frequent attempts to imitate [a
particular kind of] scientific research, and especially the randomized controlled trials (RCTs) that are often
considered the ’gold standard’ in medical research; from an ill-defined obsession with criteria such as ‘rigour’ and
‘robustness’; and above all – and like so much here no doubt following on from the emulation of science – from the
general sense that proper research is primarily or exclusively empirical. The good researcher, on this model of
research, spends her time (pausing only to take a ‘research methods course’) out and about gathering data, rather
than in reading, theoretical analysis and reflection’
Omwille van het succes van de natuurwetenschappen (geneeskunde) wordt een bepaald paradigma als na te
streven model genomen:
- Kwantitatief, experimenteel, RCT, nauwgezet en afstandelijk
- Gevolg: interpretatie en theoretische speculatie moeten worden geweerd.
- Echte wetenschappelijke pedagogiek: maximaal gebaseerd op empirische bevindingen en minimaal op
theoretische reflectie en speculatie
- Smeyers en Smith: geen pedagogiek zonder interpretatie en speculatieve theorievorming  wende
naar medisch paradigma is een grote vergissing
‘Two cultures of scientific research’ (Snow): de oorlog tussen ‘hard sciences’ versus ‘humanities’


1.2 RUIMERE MAATSCHAPPELIJKE TENDENSEN: HET SUCCES VAN DE MEDISCHE
WETENSCHAPPEN, DE HEDENDAAGSE ACADEMISCHE CONTEXT EN DE
DOMINANTIE VAN DE MEDISCHE BLIK IN DE KENNISPRODUCTIE.

1.2.1 Waarom natuurwetenschappen centraal?
3 elementen:
- Onmiskenbare succes van de natuurwetenschappen en van de medische wetenschap in het bijzonder:
 Door Andreas Vesalius, oprichting klinieken…
 Een op medische leest geschoeide pedagogiek zou niet langer een kwestie van Noodlot zijn
en net zoveel controle krijgen op de opvoedingswereld als op onze gezondheidswereld.

,  Vroeger baseerde ze zich op theoretische en speculatieve zaken (bv. lichaamsvochten van
Galenus)
- Veranderde academische context: vertrouwen  wantrouwen
 Vroeger: universiteit = autonome kennisinstelling, publiek gefinancierd, interne
kwaliteitsbewaking, maatschappelijk vertrouwen .
 Nu: kennisproductie aan de universiteit wordt constant gecontroleerd en meer en meer
extern gefinancierd
 Gevolg: moordende competitie, ranking (impactfactor), zodat we kunnen vergelijken.
 Neveneffecten: dominantie van kwantitatief-experimenteel onderzoek (ook in het oordeel
over de ‘menswetenschappen’, menswetenschappen komt vaak achterop).
- Medicalisering van de pedagogische wetenschappen (cf. Michel Foucault).

1.2.2 Medicalisering
De geboorte van de kliniek. Een archeologie van de medische blik:
- Centraal idee: bij elke paradigmatische shift wordt een nieuwe werkelijkheid in het leven geroepen die
voorheen onvoorstelbaar was en die met die oudere werkelijkheid op geen enkele manier te
vergelijken valt, niet per se een vooruitgang!
 Naïeve opvatting: met de komst van de moderne geneeskunde zijn we eindelijk iets gaan zien
dat er al was  nee, geschiedenis van de wetenschap is geen kwestie van steeds beter te
leren zien wat in principe zichtbaar is
 Zichtbaarheid wordt gecreëerd!
 Wetenschappelijke kennis wordt geproduceerd i.p.v. ontdekt!
 Foucaults archeologie van het weten: kennis is niet enkel een kwestie van meer te weten te
komen en eindelijk te zien wat er altijd al te zien was; kennis wordt ook altijd geproduceerd.
- De zichtbaarheid wordt gecreëerd dankzij specifieke historische omstandigheden, c.q. de medische
wetenschap kon maar gedijen dankzij de uitvinding van de kliniek (la Salpêtrière).
 In het verleden ontbrak een systematische productie van medische kennis
- Effectiviteit niet in twijfel trekken, maar kennis die de medische blik genereert is niet de onthulling van
iets dat al bestond  het is geproduceerde kennis
 Kennisproductie is het gevolg van een aanspraak op macht
Gevolgen:
- Tweedeling in maatschappij:
 Epistemologische almacht bij een kleine groep dokters, de dokter is alwetende, niemand kan
deze kennis tegenspreken.
- Onontkoombaar paradigma: indien ik me ziek voel moet ik naar een dokter gaan voor kennis
- Normatieve effecten: Door de opkomst van ziektebeelden is men ziek of gezond, mensen zijn normaal
of abnormaal; en deze laatste groep wordt best genormaliseerd zodat deze terug voldoen aan de
eisen van de samenleving.
- Sterk historisch bepaald
 Dient altijd een machtsbelang: er bestaat geen neutrale kennis!
 Vroeger was homoseksualiteit een ziekte
 Drapetomanie: (cf. Samuel Cartwright): een ziekte bij zwarte slaven, ze hebben drang om bij
meester te ontsnappen. De remedie was zweepslagen.
 Frenologie: obv de oneffenheden van de schedel kon men het karakter van mensen
determineren
 MMPI: Door criminelen samen op te sluiten in gevangenissen, kon men deze ook gaan
vergelijken (historisch bepaald). Zo ging men onderzoeken of er een criminele aanleg was,
welk gedrag komt vaak voor bij de gevangenen? De obsessie voor fecaliën betekent dat er
criminele aanleg is.

, - Medisch inzicht is een kwestie van kennisproductie
Disciplinaire macht Foucault bedoelt hier twee dingen mee:
1.De kennis is voorbehouden aan mensen beslagen in een bepaalde discipline
2.Grote groep mensen die geen kennis van zaken heeft wordt gedisciplineerd
(gedragsaanpassing).
Conclusie medicalisering en de pedagogische wetenschappen:
- Medicalisering geeft een antwoord op de vraag waarom het medisch model zo populair is vandaag
- Eén van de antwoorden is dat het innemen van een ‘medische blik’ op opvoedingskwesties reële
machtseffecten heeft:
 Wetenschappelijke kennis is voorbehouden aan een elitegroep, mensen die over een
‘diploma’ beschikken
 Wanneer kennis er is, is het absurd om ons hier niet aan te onderwerpen.
 Kennis staat in functie van maatschappelijke belangen. (Bv. Het oplossen van
opvoedingsproblemen met pillen, komt tegemoet aan een maatschappij waar alles zo
efficiënt en productief mogelijk moet verlopen.
- Dus pedagogiek wordt dan meer en meer gezien als een discipline voorbehouden voor een klinisch
geschoolde elite, die aandoeningen en afwijkingen moeten opsporen, definiëren, verklaren en
behandelen (de pedagoog wordt een soort ‘dokter’).
Illich: pathogenic pursuit of health
- We staan niet stil bij de nevenschade medisch ingrijpen veroorzaakt
 Iatrogenese: arts maakt de patiënten ziek
 Zorg- en welzijnssector is niet alleen om mensen te helpen met problemen, ze creëert in
eerste instantie mee de problemen
- Neveneffect dat we bijzonder gevoelig zijn geworden voor gezondheidsrisico’s
 Disembodiment: als singulier persoon geraken we vervreemd van onze eigen lichamelijke
conditie en leven we met een ander nieuw lichaam waar we van binnenuit niets mee te
maken hebben
 Tweedeling tussen het leven zoals we dat spontaan ervaren en een abstractie van leven
Beck: verschuiving van een traditionele samenleving naar een risicomaatschappij
- We kunnen niet meer goed inschatten wat de gevolgen zijn van ons collectief handelen
- Nieuwe conditie: we kunnen niet meer ontkomen aan de risico’s
- Metakwetsbaarheid: door een verhoogd en groeiend besef van onze kwetsbaarheid is het logisch dat
we steeds harder verlangen om risico’s te beheersen
 We merken dat we die controle niet hebben
 Opvoeders ervaren onmacht
- We willen vermijden dat we geen controle hebben over de situatie waarin we ons bevinden


1.3 “THE BIFURCATION OF NATURE”: WAAROM INTERPRETATIE EEN KWESTIE
WERD
Tot nog toe behandelden we de vraag waarom een natuurwetenschappelijk model zo aanlokkelijk is en
waarom de interpretatieve aanpak dus onder druk staat.
Maar een andere vraag betreft: is deze keuze wenselijk?
Deze vraag komt vanuit het idee dat er ‘two cultures’ zijn (cf. Snow), met elk met hun eigen paradigma:
- Science wars
- Harde ‘sciences’ vs ‘the humanities’
 Radicaal tegengesteld

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneliesdebroyer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.56
  • (0)
Add to cart
Added