Seksualiteit en Globalisering (Prof. Tom Claes) - 2022 - A002320 - Samenvatting LESSEN
41 views 1 purchase
Course
A002320 (A002320)
Institution
Universiteit Gent (UGent)
Afkomstig van een afstandstudent met glanzende punten :) Contacteer me gerust persoonlijk!
OMSCHRIJVING VAN HET VAK: In een eerste deel wordt een algemene introductie gegeven op de problematiek van
globalisering en seksualiteit, o.a. door een overzicht te geven van hoe verschillende
perspectieve...
Globalisering, iedereen lijkt te weten wat dit is, intuïtief, maar feitelijk/theoretisch toch grote
problemen:
- Verschillende omschrijvingen/definities
- Geen consensus timing
Gevolg ➔ anders evalueren en interpreteren wat globalisering nu inhoudt
2 gangbare definities van Held&McGrew & Steger
Held&McGrew Steger
- Groeien - Klassieke opsplitsing
- Transnationale stromingen - Globalisering 4 dimensies in een set van
- Sociale interactie sociale processen:
- Verre gemeenschappen met elkaar ➢ Politiek (VN, , WHO)
verbinden ➢ Economische (IMF,
- Machtsverhoudingen vergroten Wereldbank)
➢ Culturele (ICT, Media)
➢ Ideologische (kloof rijk/arm
vergroten, democratie,…)
Vigorous debate (Collin Sparks, 2007):
- Zeggen dat unaniem kenmerken ziet voor globalisering en dat het typisch voor huidige
maatschappij: enorme toename van geld, goederen, diensten & GROEI
- Steeds meer mensen internationaal communiceren
- Zorgt voor wereldeconomie
➔ 2 soorten theorieën
➢ Sterke theorieën (meer radicale verschillen, cultuur wordt belangrijk)
➢ Zwakke theorieën (economische processen, kapitalisme wereldschaal)
➔sterke paradigma (5)
1. Niet-reductieve methodologie (economie)
2. Symbolische stromingen toenemen en belangrijker worden
a. Wereld maakt allerhande procuten (zoekmachines online, financiële stromingen,
olie) => onderling afhankelijk van elkaar=>symbolische stromingen tegenhouden bv
Rusland in oorlog Oekraïne, wordt financieel afgesloten, China blokkeert Google)
3. Afwezigheid 1 dominerend wereldcentrum controle pol/econ/cult
a. Vroeger VS dominerend voor cultuur en economie => nu meerdere centra die
invloed uitvoeren en beleid vormen zoals overkoepelende economische organisaties
zoals IMF, Wereldbank, NATO voor politiek/militair, WHO voor cultuur/sociaal,…)
4. Centrale verbondenheid (minder geïsoleerde groepen) & globale producten
a. Global value chains = 1 product wordt niet meer in 1 land afgewerkt (garnalen uit
Noordzee →Marokko om te pellen,…) = men staat onderling meer in verbinding, er
is geen centraal productie- of machtscentrum meer ➔ hybridisering ipv
uniformisering => producten transnationaal/transcultureel).
5. Vervagen van centrale rol van natiestaten (Westfaalse systeem)
a. Na val van de Muur willen veel landen aansluiten bij vrijheid van Westen, dus de
impact van traditionele natiestaten vervagen. Zo zijn er supranationale bewegingen
(EU), infranationaal (NGO), transnationaal (mensenrechtenorganisaties, milieuorg)
1
,Globalisering als breuk
Ja, er is een breuk dat problemen geeft, maar toch zijn er tegenargumenten: VSA, Rusland, China
worden onderschat, er is mss geen 1 centrum meer, maar velen zijn ermee verbonden door
instellingen en bedrijven (VSA= impact geldmonopolie, internationalisering)
Globalisering 7 tussenstops:
Tussenstops
1 - De breuk-versie van globaliseringstheorie van Sparks legt klemtoon op
culturele en politieke aspecten en zegt dat er gevaar is voor cultuur vervaging
en vernietiging van kleine groepen/culturen. TOCH worden producten steeds
meer globaal geproduceerd, maar lokaal verwerkt
- De wereld wordt global village en verhoogt de verbondenheid,
samenwerking en meer open wereld ➔ deze culturalistische versie
minimaliseert de economische dimensie en impact van globalisering.
1) Ongelijkheid
➢ Sinds ’70 neemt ongelijkheid meer toe tss Noorden en Zuiden
➢ Na WOII tot ’80 welvaartsstaat: door middenklassen, medische evolutie,
werkeloosheidsuitskering neemt impact van superrijken af
➢ In jaren ’80 terug macht voor superrijken door neoliberalisme (vrije markt
staat centraal, minimaliseren van interventies van de staat).
➢ Naomi Klein
2) Globalisering als economisch proces
Zie zwakke theorieën: verderzetting impact ontwikkeling kapitalisme op
wereldschaal, continuïteitstheorie. Men zit in met dominerende krachten,
centraliteit in politiek op sociaal vlak, kapotmaken van minder winstgevende
bedrijven, toename van politieke en economische macht
3) Neoliberalisme
Wil dat markten volledig vrij zijn om winsten te halen, zonder tussenkomst van de
staat of met beperkte rol die markten moet beschermen van privé-eigendommen,
wat opnieuw winst opbrengt om diensten te leveren, waardoor burgers loskomen
van invloed van de mensonterende staat (Monbiot)
F.A. Von Hayek (1936) hoe kennis van verschillende mensen kunnen samenbrengen
en afstemmen op hetgeen de klant nodig heeft?
4) Globalisering als kapitalisme
Als globalisering een belangrijk onderdeel van mondialisering van het kapitalisme is,
dan wil dit zeggen dat de het maken van producten wereldwijd gebeurt en verankerd
moet worden. Nationale economie moet binnen dit globaal kaptalistisch proces
geïntegreerd worden. Er moet ook een klasse van mensen ontstaan die geld, vrije tijd
en ruimte hebben om producten te kopen en winst voorzien. ➔ focus ligt op
2
,economie en productie, vanuit model van kapitalisme met Marxistische ondertoon.
Dit toont ook een waardering van globalisering aan.
5) Globalisering als imperalisme
Volgens Banerjee & Linstead (2001): gaat het om veranderen van globale economie
binnen neoliberaal economisch project, aanpassen en inpassen van lokale
economie/landen/gemeenschappen, maken van een wereldconsument en een
globale consumptiecultuur. Zo ontstaan ook andere merkers en en vaak ook andere
appreciatie van het globaliseringsproces
6) Creatie van een Global Underclass
Globale wetten zijn wetten die ontstaan vanuit de vrije markt, lokale orders die
aangepast en inpeast zijn aan die vereisten van de vrije markt (Banerjee & Linstead,
2002).
Dit heeft gevolgen voor de mensheid volgensBauman (1998)
- Als internationale markten vrijgemaakt worden moeten lokale (politieke)
regimes en economie ook aangepast worden met strenge regelgeving.
- Er ontstaan 2 groepen/klassen: de eerste wereld die globaal mobiel zijn en
de tweede groep die lokaal gebonden blijven ➔ Bewoners in eerste wereld
hebben geen ruimtelijke beperkingen die in 2e wereld zitten vast in
ruimte/plaats aan eigen lokale economie met sterke beperkingen om vrij te
bewegen
7) Globale consumptie (Banerjee & Linstaead, 2002)
Door globalisering ontstaat een meer uniforme globale cultuur, gebruik maken van
goederen en diensten worden aangepast volgens westerse samenlevingen en
wereldwijd verspreid via media ➔ daardoor ontstaat een zekere cultuurideologie
van het consumentisme dat nu grotendeels aanwezig is door verleiding van de markt.
Dit leidt ertoe dat iedereen consument wordt, want door dit primaat van de markt
en de “democratische principes” worden brugers effecteif oncsumenten die afh
worden van de markt en productie en reproductie.
Zo krijgt men geen evenwichtige verdeling:
- Elite= kapitaalkrachtig is
- Middenklasse= consumeren
- Have-nots: grote klassen die toegang toch consumptiemarkten nastreven en
hiervoor risico willen m nemen
-
8) Globalisering als kapitalisme leidt tot problemen
Door op enge wijze de economie te interpreteren, zorgt het voor onderwaarderen
van positieve, waardevolle culturele en menselijke gevolgen:
- Men onderschat het sociaal-cultureel karakter van verandering in het
moderne mondiale systeem
- Steger: globalisering als concept heeft meerdere betekenissen, die
wereldwijd verspreid zijn in een cultureel bewustzijn ➔ zo gaan individuen
hun leven meer plaatsen in licht van wereldwijde normen , maar ook
nationaal gaan staten en maatschappijen zich vormen volgens het mondiale
beleid dat modellen en normen ophangt ➔ die wereld
3
, 2 Globalisering tussenstop 2:
De economische theorievorming omtrent globalisering benadrukt fel de negatieve
karaktertrekken en gevolgen van globalisering zoals:
- Plunderen van grondstoffen en lokale rijkdommen (olie, hout, genen)
- Gedwongen arbeid, nieuwe vormen van slavernij, uitbuiting van zwakke
bevolkingsgroepen (kinderen en vrouwen ➔ Primark)
- Ontstaan van economisch/politiek/cultuur imperialisme of kolonialsime
- Grotere ongelijkheid tss ontwikkelde en nog in ontwikkelende landen binnen
de ontw en ontwlanden zelf door elites
- Nieuwe onderklassen ontstaan en stijgende migratiedruk
- Schijnvrijheden
- Commodificatie en consumptivisme
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller arnelaperre. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.00. You're not tied to anything after your purchase.