Volledige samenvatting van alle theorie van het vak bedrijfsfinanciering, vervolg op BAFI. Omvat ook voorbeelden en cases. Leer dit in combinatie met de oefeningen.
H2: andere methoden van investeringsevaluatie 7
Gemiddelde boekhoudkundige rendementsmethode (ARR) 7
De terugbetalingstermijn methode (Payback methode) 8
Profitability index (PI) 9
Interne rendementsmethode (IRR) 10
H3: toepassingen van NAW, praktische overwegingen en uitbreidingen 12
Incrementele vrije cash flows 12
Afschrijvingen en afschrijvingsmethodes 13
Voorraadwaardering: FIFO - LIFO 15
Ketens van vervangingsinvesteringen 16
Inflatie 17
Kapitaalbeperkingen 18
Overzicht schema 19
H4: waardering van een onderneming: DFC versus DDM 19
Discounted cash flow benadering (DCF) 19
Dividend discount model (DDM) 20
Gordon groeimodel (DDM specificatie) 20
Dividend rendement VS kapitaalwinst (Gordon groeimodel) 21
Volatiliteit van aandelen 23
Inzicht in price earnings ratio 23
Het schatten van het groeiritme g 24
Veranderende groeivoeten 25
Conclusie Gordon groeimodellen 26
H5: dividendenpolitiek 26
Dividendpolitiek in perfecte kapitaalmarkten 26
Dividendpolitiek in imperfecte kapitaalmarkten 29
Het belang van dividenden voor Belgische aandelen 32
Fiscaal regime dividenduitkeringen in België 32
H6: optimaal beleggen, inzichten uit de portfoliotheorie 32
Bepaling van risico 32
Houding ten opzichte van risico 34
Het efficiëntie set theorema 37
Berekening van verwacht rendement en risico 38
1
, Portefeuille van aandelen 39
Risico en rendement van een portfolio met 2 aandelen 40
Risico en rendement van een portfolio met n aandelen 42
Risico contributie voorstelling van een portfolio met 2 aandelen 44
Risico contributie voorstelling van een portfolio met n aandelen 45
Portefeuille enkel bestaande uit aandelen 45
Combinaties tussen aandelen en een risicovrije belegging 46
Toevoeging assumptie: perfecte kapitaalmarkt 48
Concrete toepassing 49
H7: waarderen onder onzekerheid met het Capital Asset Pricing Model 49
Afleiding CAPM 49
Wat wordt door het CAPM weergegeven? 51
Bèta als maatstaf voor risico 51
Bèta van een portfolio en de stabiliteit van bèta 52
Waardering van een bedrijf 53
Opsporen van over- en ondergewaardeerde AD via CAPM 54
Gediversifieerd bedrijf 55
Andere risicofactoren 56
H8: waardering en kapitaalstructuur 56
Impact van schulden op waardering 56
Minicase: bedrijf ABC 57
Overzicht van de notatie 58
Stelling 1: kapitaalstructuur is irrelevant voor de waarde van de onderneming 58
Stelling 2: kost van het EV stijgt met schuldopname 60
Kapitaalstructuur is irrelevant voor de kost van het globale vermogen 62
Bedrijfsrisico VS financieel risico 63
Schuldgraad en risico L invloed op kapitaalkost 64
Minicase: bedrijf CBA 65
Belastingvoordeel 66
Rendement op eigen vermogen 69
Kapitaalstructuur bij belasting discriminatie 71
Schuldgraad en risico L invloed op aandelenbèta 72
Grafische vergelijking impact schuld 73
Equivalente waardering methodes 73
Toepassing equivalente waardering methodes in Capital Budgeting 74
H9: de keuze van de kapitaalstructuur 77
Kosten verbonden aan financiële moeilijkheden 77
Financiële kost 1: kapitaalkost 78
Financiële kost 2: faillissement 78
Financiële moeilijkheden zonder faillissement 80
Determinanten van kapitaalstructuur 81
Soorten van vreemd vermogen 82
2
,H10: financiële planning 83
Interne ‘cash’ generatie en behoud van financieel evenwicht 83
Beheer en behoud financieel evenwicht in de praktijk 88
H12: waardering via EVA (economic value added) 90
Waardering via EVA 90
EVA versus NAW/DCF 90
EVA reflecteert geen vrije cash flow 92
EVA en NAW: potentiële conflicten in de praktijk 93
Aanpassingen EVA 94
Alternatieven voor, en varianten van EVA 95
H13: waardering via multiples 96
Waardering via multiples 96
Redenen voor het gebruik van multiples 96
Kenmerken multiples 97
Alternatief voorbeeld waardering met multiples: Capgemini 98
3
, Boekdeel 1
H1: netto actuele waarde evaluatie methode
Netto actuele waarde (NAW)
→ Plaatst de waardecreatie centraal in de investeringsanalyse, is de beste methode om een I te evalueren
→ Bepaal welke input in ‘cash’ nu geleverd moet worden om het project aan te vangen
→ Achterhaal wat de actuele waarde is van de toekomstige ‘cash’ opbrengsten
NAW = actuele waarde toekomstige ‘cash’ - investering
NAW > 0 → waardecreatie, voordelig om project uit te voeren
NAW < 0 → waardevernietiging, nadelig om project uit te voeren
Voorbeeld NAW
Gegevens:
- Eenmalige reeks produceren, hiervoor heb je 2 ogenblikken nodig
- Iedereen betaalt ‘cash’ en er zijn geen belastingen
- Indien het project niet doorgaat kan het investeringsbedrag belegd worden op de financiële markt aan
10% (marktrente)
Ogenblik 1 investeringsuitgave in machines, gereedschap, … = 1.000
Ogenblik 2 30 eenheden geproduceerd en verkocht, productiekost van €150 per eenheid en een
verkoopprijs van €400 per eenheid
Wordt de input van cash gedekt door de actuele waarde van de toekomstige output van cash?
Cash input 1.000
Cash output 6.818 (met marktrente 10%), dit is het rendement op een alternatieve belegging in de
kapitaalmarkt en deze rente vormt de kapitaalkost voor het project.
NAW = 6.818 - 1.000 = 5.818 > 0 → project interessant om uit te voeren
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunazita. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.23. You're not tied to anything after your purchase.