Taalkundige Aspecten Van Communicatietechnieken En -strategieën
Summary
Volledige samenvatting Taalkundige Aspecten van Communicatietechnieken en -Strategieën (slides + nota's hoorcolleges)
16 views 1 purchase
Course
Taalkundige Aspecten Van Communicatietechnieken En -strategieën
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Deze samenvatting bevat alle slides, aangevuld met mijn nota's uit de hoorcolleges. Ik heb zelf alle lessen bijgewoond en ben geslaagd voor het vak met een 15/20. Ik volgde het vak TAC in het academiejaar en behaalde de master in de Bedrijfscommunicatie met magna cum laude.
Taalkundige Aspecten Van Communicatietechnieken En -strategieën
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
LauraVandervorst
Reviews received
Content preview
TAALKUNDIGE ASPECTEN VAN COMMUNICATIETECHNIEKEN EN -STRATEGIEËN
Inleiding
- Leerstof
o Nota’s en slides (belangrijkst!)
o Verplichte literatuur (2 of 3 artikels)
o Eigen onderzoek (zie hieronder)
- Topic van dit vak: talige keuzes binnen bedrijfscommunicatie: semiotiek & attitude
- We zullen 3 grote delen bespreken in de cursus, nl.:
o Taal & cognitie
o Taal in gebruik
o Taal & cultuur
TAALKUNDIGE ASPECTEN: TAAL & COGNITIE
Communicatiemodellen: product-driven communicatiemodellen
- Deze modellen gaan ervan uit dat taal een systeem is en dat taalvermogen
aangeboren is
o Chomsky stelt dat we met ons aangeboren taalsysteem dieptestructuren
kunnen omzetten in oppervlaktestructuren en zo een eindeloze reeks
correcte zinnen kunnen produceren
▪ Iedereen is dus van nature in staat om goede grammaticale zinnen te
maken
▪ = idee van Universele Grammatica van Chomsky
- Dus: als je alle grammaticale regels en alle woorden kent, dan ken je heel de taal
➔ Het bovenstaande sluit nauw aan bij een lineaire visie op communicatie, die
terugkomt in klassieke communicatiemodellen van o.a. Jakobson en Shannon &
Weaver:
o Je wil als zender iets communiceren, je verpakt deze boodschap op een
bepaalde manier (coderen), om de boodschap daarna via een medium te
versturen, waarop ontvangers ze decoderen
▪ Zender en ontvanger werken dus consecutief, opeenvolgend
▪ Een perfecte transfer van de boodschap is mogelijk dankzij het proces
van coderen en decoderen
• Dit impliceert een één-op-één relatie tussen vorm en betekenis
1
,➔ Tegenargumenten voor taal als systeem en de klassieke communicatiemodellen:
o Vanuit een onomasiologisch perspectief (=welke naam geven we aan
concepten?)
▪ Er zijn verschillende mogelijkheden om zaken te benoemen (bv
balpen, pen, bic, stylo)
▪ Je moet dus vaststellen dat er verschillende namen zijn voor één
concept, wat een uitdaging kan zijn voor de modellen (want hoe kan je
er dan nog zeker van zijn dat het coderen en decoderen op een vlotte
manier verloopt? niet iedereen kent nl. al die namen of gebruikt
dezelfde namen voor dezelfde concepten)
o Vanuit een semasiologisch perspectief (=welke betekenis heeft één talige
vorm?)
▪ Bv ‘ok’ heeft oneindig veel betekenissen
• Het kan iets bevestigen, het kan twijfel uitdrukken, het kan
verveling uitdrukken,…
• Die betekenissen vind je niet zomaar in het woordenboek, wat
opnieuw een uitdaging is voor de modellen
o Wat met niet-correct taalgebruik?
▪ “Nee nee na verschiete een beke he. Ga got da nie in maan schoene stoempe
zelle copain. Nee nee nee ma oek al gekneusde ribben die ziet eruit zelle blaa
plekke over heel her lijf”
• Op deze tekst zit veel ruis, is niet correct op grammaticaal vlak,
op vlak van uitspraken,…
• Hoe past dit dan in het model? Niet iedereen zal dit zomaar
begrijpen want dit vind je ook niet in het woordenboek
• Deze tekst geeft daarnaast ook een bepaald signaal af, zal
bepalen hoe je denkt over deze persoon (bv ‘wat een
marginale’)
o Zulke signalen vind je ook niet terug in de taalmodellen
o Wat met (abstracte) idiomen?
▪ Bv ‘wat een reus van een vent’, ‘een schat van een kind’, ‘een dijk van
een wedstrijd’,…
• Patroon: ‘een x van een y’
o y heeft eigenschappen van x (=koppeling tussen vorm
en constructie)
▪ Die koppeling vind je eveneens niet in
woordenboeken of grammaticale boeken
(opnieuw tegenargument voor de modellen)
2
, Alternatieve modellen
Communicatiemodellen: process-driven communicatiemodellen
Deze modellen zien taal niet als een systeem, maar als gecoördineerde actie
- Dit werd geïnspireerd door de notie ‘joint action’ van Clarke
Clarke: communicatie = coördinatie
- Communicatie is volgens hem een vorm van joint action, gecoördineerde actie (iets
wat je samen met iemand anders doet)
o Parallel met een partnerdans
▪ Je kan wel een set van pasjes op voorhand bedenken maar de
uiteindelijke dans is veel meer dan de optelsom van die pasjes, de
echte dans ontstaat ter plekke (2 mensen reageren op elkaar, spelen
op elkaar in)
▪ Bij taal, communicatie is dat net hetzelfde!
• Betekenis ontstaat ter plekke, in de joint action
• Betekenis kan je dus niet zomaar in een woordenboek vinden,
want het ontstaat ter plekke
- Betekenis zit niet in de vorm
o Bv de betekenis van ‘bitch’ zit niet in het woord bitch en kan je dus niet in het
woordenboek vinden
▪ Als je nl. afgaat op het woordenboek zou bitch altijd negatief zijn,
maar dat is niet zo, dat is niet de enige mogelijke betekenis
- Betekenis is emergent/lokaal
• Bitch kan nl. ook neutraal zijn of zelfs een term voor
o Betekenis is dus niet iets
vrienden, generieks
iets dat opgenomen
speels/positief is inbitches’)
(bv ‘he’s back een woordenboek
▪ Bv de ‘pornoschuif’ van Otto-Jan Ham: schuif waar vroeger ooit
pornoboekjes in lagen
• De persoon van wie die schuif is zal de betekenis van dat
woord begrijpen, maar anderen weten waarschijnlijk niet wat
het betekent (vandaar: betekenis is lokaal en niet generiek)
o Ook op basis van non-verbaal gedrag is betekenis emergent
▪ Bv iemand een hand geven kan een teken zijn van beleefdheid, maar
kan bv ook een daad van rebellie zijn (in coronatijden)
• De betekenis hiervan zal ook verschillen van cultuur tot cultuur
▪ Bv je loopt voorbij bouwvakkers
3
, • Als roodharige man kan er geroepen worden ‘hé vuurtoren’ en
als meisje kan het zijn dat er wolf whistles plaatsvinden
• Communities of practice: kleine groepjes van mensen die een
gemeenschappelijk doel hebben (Janet Holmes)
o Holmes & Schnurr (2017) deden hier onderzoek naar:
▪ Bevinding: nagefloten worden heeft een
negatieve betekenis voor wie nagefloten wordt,
maar een positieve betekenis voor degenen die
fluiten, voor die community of practice van
bouwvakkers (het zorgt bv voor een gevoel van
▪ samenhorigheid in de groep van bouwvakkers)
• Betekenis ontstaat dus tussen mensen!!
• Fluiten op zich is niet gepast of ongepast
maar de betekenis ontstaat tussen
mensen (= emergente betekenis en
ontstaat ter plekke)
- Betekenis is multimodaal
o Dit wil zeggen dat zowel het verbale als het non-verbale betekenis bepalen
▪ Bv ‘volg mij maar’ vs. ‘zou u mij alstublieft willen volgen’
• Afhankelijk van non-verbale info zal het ene meer beleefd zijn
dan het andere (bv één van beiden boos uitspreken)
➔ Conclusie: volgens Oben is communicatie dus niet product gedreven, maar proces
gedreven, d.w.z.:
o Taal ≠ boodschappen coderen en decoderen
o Taal = gecoördineerde actie
o Taal = multimodaal
Gedragsmodellen: thinking fast and slow
Daniel Kahneman verdeelde gedrag op in 2 types:
- Snel en traag gedraag
o Processen die automatisch verlopen: autopiloot
▪ Snel
▪ Onvermijdelijk (staat altijd aan)
▪ Emotioneel
o Processen die niet automatisch verlopen en dus bewust verlopen: piloot
▪ Traag
▪ Cognitief belastend, vergt moeite
▪ Rationeel
➔ Heel veel van ons gedrag verloopt op die autopiloot en dus onbewust
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LauraVandervorst. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.