Volledige aantekeningen voor Fysiologie B voor de hoofdstukken : Nier, Zuur-base, Spijsvertering, Lactatie, Hart (niet bloedvaten), Longen en Metabolisme
10. 1 Algemeen
Hoge druk = aorta en LV
Lage druk = rest
Q= △P/R (stroom = druk/weerstand) -> druk door het hart gegenereert en
weerstand door de arteriolen.
Wet van fick = wet van de difussie
(difussieafstand (noemer)↑-> de
intensiteit ↓).
Pomp (hart) moet genereren :
Unidirectionele stroom
Druk
Rond capillairen geen tunica muscularis, is maar eenlagig voor uitwisseling
(dus geen vasocontrictie hier). Wel thv arteriolen. Examenvraag.
Portaal systeem
Normaal maar 1 capillair netwerk per cyclus.
= arterie -> arteriole -> capillairen -> venulen -> portaalvene-> capillair
net -> venen en venulen -> hart.
Darm -> lever
Hypothalamus (GHRH/GNRH) -> hypofyse (GH/FSH/LH)
Glomerulus (-> efferente arteriole) -> lis van henle (beide
capillairen)
Cardiac output (CO)
= Aantal liter/min weggepompt bloed door het hart.
= Aantal slagen per minuut x volume per slag dat weggepompt word(L per
slag).
Hoofdfunctie hart
Homeostase
Optimale bloedvoorziening hart en hersenen (prioriteit)
Autonoom met invloed van de sympaticus
,Examen :
Geen tunica muscularis rond capillairen -> geen vasomotie (wel thv
arteriolen).
10.2 Opbouw hart
2 volledig gescheiden pompen voor :
Geen mix zuurstofrijk en -arm
Twee druksystemen (lage links en hoge rechts)
Pericard
Rekbaar visceraal blad, onrekbaar parietaal blad (+ sereus vocht).
Harttamponade = ontsteking/bloed/lucht tussen de twee bladen
waardoor het hart niet kan vullen en samentrekken, bloeddruk valt weg.
Kan door traumatische reticulopericarditis bij runderen.
Hartwand
Endotheel beschermt tegen stolselontstaan door de plooiende wand (kan
leiden tot herseninfarct). Dwarsgestreept autonome spiervezels. Pericard,
myocard en endocard. Annulus fibrosus thv evenaar van BW welke atria
en ventrikels scheiden. Mitochondrien in de myocardcellen voor ATP
voor oxydatieve fosforylatie.
Hartkleppen
Op annulus fibrosus. LV (bicuspidalis/mitralis) RV (tricuspidalis). Deze
slaan niet door door chordae tendinae op m. papillaris . Aorta en truncus
pulmonalis hebben halvemaanvormige kleppen.
Myocard
Veel t-tubuli, vertakte cellen en kort. Het hart verdeelt in 2
speudosyncytia -> alles of niets. Tegelijk contraheren door intercallaire
schijven (gap junctions/desmosomen). Annulus fibrosus is de isolator.
Principe contractie skeletspiercel H7 -> evt cel en weefselleer opzoeken
1. Motorneuron -> acetylcholine
2. Calcium vrijstelling spiercel uit SR (enkel SR)
3. ADP +P -> myosinekopjes binden -> contractie
4. ATP zorgt voor handje myosine aan actine wil binden en buigen
Hartspiercel uit SR en extracellulair, en verkorten bij contractie
(skeletspier zit vast aan bot-> isometrische contractie).
Isometrie = trekken spieren samen, maar verandert de spier niet van
lengte
Isotonie = verandert de lengte van de spier, om zo een beweging
mogelijk te maken.
Hart kan autonoom samentrekken door spontaan depolariserende cellen.
, 99% Hartspiercellen
1% Neuromusculaire cellen (geleiden, heel onstabiele MP, klein
beetje contractiel)
o Sinusknoop/sinusatriale knoop van Keith-Flack (RA, thv VCC)
70x/min
o AV-knoop -> word het aan doorgegeven 45x/min
o Bundel van His (ventrikelseptum-> purkinjevezels) 20-40x/min
Bradycardie = traag hartritme -> bv AV-knoop ritme
Tachycardie = sneller ritme
Sympaticus en temp stijging versnelt en parasympaticus vertraagt
hartritme.
Examen :
Verschillen skelet en hartspierweefsel zie lijst BB.
10.3 5 basiseigenschappen hart
Automatie – autonoom samentrekken zonder regulatie van buitenaf
(skeletspier niet)
Dromotropie – vermogen een prikkel te geleiden van cel tot cel
Bathmotropie – vermogen om te reageren op een prikkel van extern
door te contraheren
Inotropie - vermogen contractiekracht aan te passen door
myocardcellen zelf (skeletspier -> prikkelgrootte)
Chronotropie – vermogen hartritme aan te passen. Sympaticus remt
na/k-ATPase -> betere geleiding ionenkanalen -> sneller
drempelwaarde -40mV bereiken -> meer depolarisaties/min.
Automatie
Contraheren zonder prikkel van buitenaf, door gangmakercellen met
onstabiele rustmembraanpotentiaal -> pacemakers. De sinusknoop
bestaat uit :
Nodale cellen -> pacemakers
Transitionele cellen -> doorgeven prikkel
Deze nodale cellen hebben voltage gevoelige F-kanalen(= Na/K-kanalen,
passief).
1. Rusttoestand -65 mV
2. F-kanalen gaan open, veel Na naar binnen, weinig K naar buiten -> -
45/-50 mV
3. Calciumkanalen gaan open (extracellulair -> intracellulair) -> -40
mV trasholt bereikt
4. Agressieve calciumkanalen open -> depolarisatie
tot net onder 0mV
5. Verderzetting langs hele atrium
6. Repolarisatie door K kanalen open te zetten
(binnen -> buiten)
Skeletspier = spike door Na influx ipv calcium.
prepotentiaal/pacemakerpotentiaal = -65 tot -40
(trasholt)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Miloudeleeuw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.37. You're not tied to anything after your purchase.