Afhankelijk van het beleidsterrein en de bevoegdheden die in het Verdrag van Lissabon staan, neemt de
Europese Unie een besluit op basis van een supranationale samenwerking óf op basis van een
intergouvernementele samenwerking.
In de Europese Unie werken lidstaten op veel terreinen samen. Ten aanzien van het beleidsterrein
‘volksgezondheid’ is er geen gemeenschappelijk beleid. Dit terrein valt volledig onder de soevereiniteit
van de lidstaten. Nu de Corona-uitbraak zoveel schade heeft berokkend, is het goed mogelijk dat er in de
nabije toekomst wel een gemeenschappelijk beleid op het gebied van de ‘volksgezondheid’ zal ontstaan.
a) Leg in eigen woorden uit op basis van welke samenwerking de Europese Unie een besluit neemt
ten aanzien van het beleidsterrein ‘volksgezondheid’. Motiveer uw keuze. (5 punten) De eu zal
een besluit nemen op basis van een supranationale samenwerking, want er is behoefte aan een
gemeenschappelijk beleid op het gebied van volksgezondheid die er momenteel nog niet is. Een
gemeenschappelijk beleid houdt in dat de lidstaten dan samen een beleid gaan maken en dit
kan alleen mogelijk worden gemaakt wanneer er samengewerkt wordt op basis van een
(gekwalificeerde) meerderheid.
Op basis van een intergouvernementele samenwerking zal dit lastiger worden omdat er dan
alleen samengewerkt kan worden op basis van unanimiteit, dat houdt in dat een beleid alleen
tot stand kan komen wanneer iedereen het met elkaar eens is.
b) Stel dat de Europese Commissie wil overgaan tot het maken van Europese wetgeving op die
terreinen die niet onder haar exclusieve bevoegdheid vallen, maar onder de gedeelde
bevoegdheden. Welk beginsel dient de Europese Commissie daarbij in acht te nemen?
Geef in uw antwoord aan welk beginsel van toepassing is en wat dit beginsel betekent. Vergeet
in uw antwoord niet te verwijzen naar de relevante bepaling(en) uit het V(W)EU. (5 punten)
Beginsel van bevoegdheidstoedeling, de eu is alleen bevoegd wanneer er een grondslag bestaat
in het verdrag. De eu handelt binnen de grenzen van bevoegdheden die haar door de lidstaten
in het vedrag is toegedeeld. Artikel 5 lid 2 VEU
Vraag 2 (totaal 15 punten)
Babette heeft de Franse nationaliteit, ze woont in de Franse hoofdstad Parijs en werkt als psycholoog bij
een overheidsziekenhuis dat valt onder het Franse ministerie van Volksgezondheid. Babette heeft een
fysieke beperking. Sinds kort kunnen medewerkers met een fysieke beperking een bedrag van 150 EUR
per maand ontvangen wanneer zij een ‘attest van erkenning’ overleggen aan hun werkgever waarin de
fysieke beperking wordt erkend. Babette heeft de ‘attest van erkenning’ op 8 december 2019 overlegd
aan de afdeling personeelszaken van het overheidsziekenhuis. Na een personeelsvergadering in de
tweede helft van 2020 heeft de directeur van het overheidsziekenhuis verkondigd dat de vergoeding pas
toegekend kan worden als de ‘attest van erkenning’ na 15 augustus 2020 is overlegd aan de afdeling
personeelszaken.
1
, Zestienwerknemers, waaronder Babette, hadden de ‘attest van erkenning’ vóór die datum al ingeleverd
en komen dus niet aanmerking voor de vergoeding van 150 EUR. Babette vindt deze gang van zaken
bijzonder vervelend. Na overleg met haar vriendin, die gespecialiseerd is in het Europees recht, gaat ze
in gesprek met de directeur van het overheidsziekenhuis en geeft aan dat het in strijd handelt met
artikel 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie dat elke vorm van directe of
indirecte discriminatie verbiedt. De directeur geeft aan dat zij zich niet hoeven te houden aan Europese
wetgeving, omdat de Franse wetgeving voorrang heeft en de Europese wetgeving op geen enkele
manier een directe werking heeft.
a) Welke twee bekende arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie, die u tijdens de
werkgroepen heeft behandeld, weerleggen de reactie van de directeur? (8 punten)
Noem eerst de naam van het arrest en leg daarna de essentie van het arrest uit. Bij het
onderdeel directe werking dient u in uw antwoord, onder andere, de voorwaarden te noemen
voor de directe werking van een verdragsbepaling.
Let op: U dient in uw antwoord de bovenstaande casus niet te toetsen.
Costa Enel arrest = beginsel van voorrang, alle regels in het europees recht gaan voor (krijgen
voorrang) op het nationaal recht.
Gend en loos arrest = directe werking van alle europese verdragsbepalingen, waarbij het om een
horizontale en verticale verhouding gaat. De voorwaarden zijn: 1. Duidelijke verplichting 2.
Onvoorwaardelijke verplichting 3. Uit verplichting kan recht voor particulieren worden afgeleid
b) De kwestie is geëscaleerd naar het Franse ministerie van Volksgezondheid. Het ministerie heeft
besloten om in deze situatie geen voorrang te geven aan het Europees recht. De Europese
Commissie start uiteindelijk een procedure om Frankrijk te dwingen alsnog te voldoen aan de
verplichtingen onder EU-recht.
Welke procedure wordt in bovenstaande casus bedoeld? Noem daarbij de relevante bepaling uit
het VWEU. (2 punten) inbreukprocedure artikel 258 VWEU
c) Met deze procedure ziet de Europese Commissie erop toe dat een bepaald belang wordt
behartigd. Welk belang behartigt de Europese Commissie? Noem daarbij de relevante bepaling
uit het VEU. (2 punten) belang van de eu, artikel 17 VEU
d) Babette komt er achter dat er een richtlijn bestaat die elke directe of indirecte discriminatie op
grond van handicap verbiedt. Stel dat Babette besluit de zaak voor de rechter te brengen. Voor
welke rechter dient Babette haar beroep op de betreffende richtlijn in te stellen? Licht uw
antwoord toe. (3 punten) de nationale rechter aangezien richtlijnen altijd voorrang hebben op
het verdrag.
Vraag 3 (5 punten)
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller GKL. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.40. You're not tied to anything after your purchase.