100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Engels Grammatica H4 5 VWO $6.09
Add to cart

Summary

Samenvatting Engels Grammatica H4 5 VWO

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Engels Grammatica H4 5 VWO

Preview 2 out of 5  pages

  • October 18, 2022
  • 5
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Direct speech and indirect speech
OTT
direct speech indirect speech
She says: ‘I‘m at home.‘ She said she was at home.
They say: ‘We don‘t agree.‘ They said they didn’t agree.
She says: ‘You must come at once.’ She said I had to come at once.
He wonders: ‘Will she be there next week?‘ He wondered if she would be there next week.


VTT
direct speech indirect speech
He says: ‘I have been fired.‘ He said he had been fired.
They shout: ’She has done it.’ They shouted she had done it.


Auxiliaries (hulpwerkwoorden: kunnen/mogen/moeten)
o can / could / be able to = in staat zijn/kunnen

simple present (ott) I can help her / I am able to help her Ik kan haar helpen
simple past (ovt) I could help her / I was able to help her Ik kon haar helpen
andere tijd I have / had been able to help her Ik heb / had haar kunnen helpen
andere tijd Ik zal haar kunnen helpen I will be able to help her

o can / could = mogelijk zijn

It can be cold there Het kan daar koud zijn
It could rain this afternoon Het zou vanmiddag kunnen regenen
You could have phoned me Je had me kunnen bellen
You could have known Je had het kunnen weten


o be allowed / may / might = toestemming krijgen / mogen / misschien kunnen

I’m allowed to buy a new bike Ik mag een nieuwe fiets kopen
We were allowed to go hitch-hiking We mochten gaan liften
I had been allowed to borrow Dad’s car Ik had vaders auto mogen lenen


May I look around? Mag ik rondkijken?
Might we leave our bags here? Mogen wij hier onze tassen achterlaten?


What he says may be true Wat hij zegt is misschien waar
He might be at home Hij zou wel eens thuis kunnen zijn
You might have fallen Je had wel kunnen vallen
You might have let me know Je had het me wel eens kunnen laten weten

o must / have (got) to = moeten bij noodzaak / bevel
must mag alleen in de tegenwoordige tijd, have to in alle tijden

Simple present (ott) I must help her / I have to help Ik moet haar helpen
her
Simple past (ovt) I had to help her Ik moest haar helpen
Present perfect (vtt) I have had to help her Ik heb haar moeten helpen
Past perfect (vvt) I had had to help her Ik had haar moeten helpen
Future I will have to help her Ik zal haar moeten helpen

must not = niet mogen (verbod)
don’t have to / needn’t = niet hoeven

, o should = eigenlijk moeten

You should worry less Jij moet je minder zorgen maken
I should have written sooner Ik had eerder moeten schrijven
Tenses
Simple present (onvoltooid tegenwoordige tijd)
 Gebruik: Als iets altijd, nooit, regelmatig, soms gebeurt of een feit is.
 Signaalwoorden: Always, never, ever, just, already, since
 Bevestigend: Werkwoord + s (SHIT-RULE)
 Vragend: Do/does + hele werkwoord?
 Ontkennend: Don’t/doesn’t + hele werkwoord

Present continuous (onvoltooid tegenwoordige tijd)
 Gebruik: Als iets nu gebeurt, als je iets van plan bent, als je irritatie wilt aangeven.
 Signaalwoorden: At the moment, At this moment, Now, Right now, Look!, Listen!
 Bevestigend: to be + werkwoord + ing
 Vragend: to be + persoon + werkwoord + ing?
 Ontkennend: Persoon + to be + not + werkwoord + ing

Simple past (onvoltooid verleden tijd)
 Gebruik: Als iets in het verleden is gebeurt en de actie is af. Het heeft geen link met nu.
 Signaalwoorden: Last, Ago, Dates in the past, Yesterday (lady)
 Regelmatig werkwoord: - Bevestigend: werkwoord + ed
- Vragend: did + hele werkwoord?
- Ontkennend: didn’t + hele werkwoord
 Onregelmatig werkwoord: - Bevestigend: eigen vorm (2e kolom)
- Vragend: did + hele werkwoord?
- Ontkennend: didn’t + hele werkwoord

Past continuous (onvoltooid verleden tijd)
 Gebruik: Als iets in het verleden aan de gang was. Vaak gebeurt er nog iets anders. Dit stoort de
past simple.
 Achter het woord while komt bijna altijd de past continues.
 Achter het woord when komt bijna altijd de past simple.
 Er kunnen ook 2 dingen tegelijk aan de gang zijn in het verleden.
 Vorm: was/were + werkwoord + ing
 Bij I, he, she en it gebruik je was.

Present perfect (voltooid tegenwoordige tijd)
 Gebruik: Als iets in het verleden is begonnen en het is nu aan de gang of het effect is nog zichtbaar.
 Signaalwoorden: For, Yet, Never, Ever, Just, Already, Since (fijnejas)
 Regelmatig werkwoord: - Bevestigend: have/has + werkwoord + ed
- Vragend: have/has + werkwoord + ed?
- Ontkennend: haven’t/hasn’t + werkwoord + ed
 Onregelmatig werkwoord: - Bevestigend: have/has + 3e kolom
- Vragend: have/has + 3e kolom?
- Ontkennend: : haven’t/hasn’t + 3e kolom

Present perfect continuous (voltooid tegenwoordige tijd)
Gebruik:
- Als iets in het verleden is begonnen en nog steeds voortduurt en de nadruk ligt op de tijdsduur: de
spreker vindt iets lang of te lang duren (er is dan sprake van irritatie).
Wij feesten al sinds vier uur vanmiddag. – We’ve been partying since 4 p.m.
- Als je wilt benadrukken dat een handeling enige tijd aan de gang is geweest en net is afgelopen.
Zij heeft gehuild. Haar ogen zijn nog nat. – She has been crying. Her eyes are still wet.
 Vorm: Have/has + voltooid deelwoord + werkwoord + ing
 Has bij I, he, she en it

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller PatouHoekstra. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.09. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.09
  • (0)
Add to cart
Added