Samenvatting Scheikunde Chemie Overal ANTWOORDEN H2 bouwstenen van stoffen
62 views 0 purchase
Course
Scheikunde
Level
VWO / Gymnasium
Dit document bevat de officiële antwoorden van scheikunde H2 Bouwstenen van stoffen. De antwoorden zijn afkomstig van de Noordhoff uitgevers en zijn dus volledig. Ik verkoop de antwoorden een stuk goedkoper.
2 Bouwstenen van stoffen
2.1 Modellen 2.2 De bouw van een
atoom
B 1
In modelvoorstelling d is een mengsel van NO en O2
weergegeven. In modelvoorstelling c is de verbinding A 6
NO2 afgebeeld. Een atoom is opgebouwd uit een kern met protonen
en neutronen. Eromheen zitten de elektronen in een
B 2 elektronenwolk.
a Het model is hier een sterk vergrote en vereenvou-
digde weergave van de werkelijkheid. A 7
b Modelvoorstelling a stelt een mengsel voor, want dit De lading van een elektron is heel klein ten opzichte
bestaat uit verschillende soorten deeltjes. Model- van de SI-eenheid voor lading (die is 1 coulomb).
voorstellingen b en c stellen een zuivere stof voor. De lading van een elektron, uitgedrukt in coulomb is:
Deze bestaan maar uit een soort deeltjes. 1,6∙10−19 C. Dit is een zeer klein getal. Het is in de
c Model b stelt een element voor, want de deeltjes praktijk veel handiger om de lading van een elektron
bestaan maar uit één soort atomen. Model c stelt als standaardlading te nemen. Die standaardlading
een verbinding voor. De deeltjes zijn samengesteld noem je de elementaire ladingseenheid (e).
uit twee soorten atomen.
d Voorstelling b: elk molecuul bestaat uit twee water- A 8
stofatomen (wit) en twee zuurstofatomen (rood). Het atoomnummer is gelijk aan het aantal protonen in
e Vergelijking 3 geeft de reactie het best weer. Niet de kern. Het massagetal is gelijk aan de som van het
alleen reageren losse atomen A met moleculen B2, aantal protonen en het aantal neutronen in de kern.
maar de verhouding waarin dit verloopt, moet je
vereenvoudigen tot 2 : 1. A 9
a koolstof, C
B 3 b argon, Ar
Tekening 2.6d voldoet omdat er evenveel atomen van c vanadium, V
elke soort staan als in tekening a. De tekening zou de
reactie van zwavel (geel) met zuurstof (rood) voor kun- A 10
nen stellen. De zwavel is in dit voorbeeld in overmaat Een proton heeft een lading van +1e. Een elektron
aanwezig en blijft na de reactie voor een deel onveran- heeft een even grote, maar tegengestelde lading: -1e.
derd over. Een neutron heeft geen lading. Het aantal elektronen in
de elektronenwolk is gelijk aan het aantal protonen in
B 4 de atoomkern. De totale lading van een atoom is dus
C9H13NO3 nul: het atoom is elektrisch neutraal.
C 5 A 11
Deze opdracht is ter beoordeling van de docent. Atomen van dezelfde atoomsoort die verschillende
aantallen neutronen hebben heten isotopen.
, A 13 B 17
34 p, 34 e en 75 − 34 = 41 n
a Het atoommodel van Bohr is gedetailleerder: in de
elektronenwolk bevinden de elektronen zich in
A 14 banen. De beschrijving van de kern (protonen en
a 7 p, 7 e en 8 n neutronen) is voor beide modellen hetzelfde.
b 27 p, 27 e en 33 n b Zie figuur 2.1.
c 53 p, 53 e en 78 n
d 58 p, 58 e en 84 n B 18
a 24
Mg, magnesium
12
B 15 b 58 Ni, nikkel
28
a Zuurstof heeft atoomnummer 8. Dat betekent dat c 104
46
Pd, paladium
een zuurstofatoom 8 protonen heeft en ook 8 elek- d 183
74
W, wolfraam
tronen. Het massagetal is 16 en dus is het aantal
neutronen in de kern: 16 − 8 = 8 neutronen. B 19
b Neon heeft atoomnummer 10. Dus 10 protonen De index bij de notatie van een isotoop geeft het
in de kern en 10 elektronen in de elektronenwolk. atoomnummer aan. Omdat het symbool van het
Een neonatoom met massagetal 22 bezit: element gegeven is, kun je het atoomnummer gemak-
22 − 10 = 12 neutronen. kelijk opzoeken (bijvoorbeeld in Binas).
c Aluminium heeft atoomnummer 13. Dus 13 protonen
in de kern en 13 elektronen in de elektronenwolk.
Een aluminiumatoom met massagetal 27 bezit:
27 − 13 = 14 neutronen in de kern. 2.3 Het periodiek systeem
d Waterstof heeft atoomnummer 1. Dus 1 proton als
kern en 1 elektron in de elektronenwolk. Een water-
stofatoom met massagetal 1 bezit: 1 − 1 = 0 neutro- A 20
nen in de kern. De rijen heten perioden en de kolommen heten groepen.
B 16 A 21
Zie de onderstaande tabel. a Minstens 115 elementen zijn bekend. Van een aantal
elementen is bijna bewezen dat ze bestaan, maar
symbool N Li Zn Cl P die claims zijn nog niet goedgekeurd door de IUPAC
atoomnummer 7 3 30 17 15 (internationale groep chemici).
aantal protonen 7 3 30 17 15 b Ongeveer 90 elementen komen in de natuur voor.
aantal elektronen 7 3 30 17 15
A 22
aantal neutronen 7 4 36 20 16
massagetal 14 7 66 37 31 a Fluor, chloor, broom, jood en astaat
b Lithium, natrium, kalium, rubidium, cesium en
francium
c Helium, neon, argon, krypton, xenon en radon
A 23
a Gd
b Ge
11+ c Tc
d As
A 24
a telluur
b rhenium
c beryllium
d argon
2.1 e plutonium
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FrederiqueHensen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.