Samenvatting Diversiteit in de samenleving (druk 2)
36 views 4 purchases
Course
Het jonge kind en zijn leefwereld
Institution
Hogeschool InHolland (InHolland)
Book
Diversiteit in de samenleving
Ik heb hoofdstukken 4,5,6,10 en 11 samengevat. Zelf heb ik gebruik gemaakt van deze samenvatting, om te leren voor een toets van Pedagogiek. Op de eerste 2 pagina's is de inhoud te zien van deze samenvatting.
Samenvatting Diversiteit in de samenleving
Inhoud
Hoofdstuk 4................................................................................................................. 3
4.1 Historische achtergrond .................................................................................... 3
4.2 Wat is intersectionaliteit?................................................................................... 3
4.2.1 Het gangbare denken ................................................................................. 4
4.2.2 Het intersectionele denken ......................................................................... 4
4.3 Intersectionele analyse...................................................................................... 4
4.3.1 De andere vraag stellen.............................................................................. 4
4.3.2 Wat levert intersectionele analyse op? ....................................................... 5
4.4 Conclusie .......................................................................................................... 5
Hoofdstuk 5................................................................................................................. 6
5.1 de superdiverse stad ......................................................................................... 6
5.2 cultuur met een kleine ‘c’ ................................................................................... 6
5.3 Cultuur als een ding: de essentialistische visie ................................................. 6
5.4 Cultuur als een omgeving: de contextualistische visie ...................................... 6
5.5 Outsider- of insiderperspectief .......................................................................... 7
5.6 Risico van essentialisme ................................................................................... 7
5.7 Allemaal hetzelfde of allemaal verschillend? ..................................................... 7
5.8 Cultuur als levensvorm: de constructivistische visie .......................................... 7
5.9 (Andere) culturen als stoornissen ...................................................................... 8
5.10 Gebruik en misbruik van cultuur ...................................................................... 8
Begrippen ................................................................................................................ 9
Hoofdstuk 6............................................................................................................... 10
6.1 Wat is sociaal kapitaal? ................................................................................... 10
6.2 Bourdieu: sociaal kapitaal binnen de context van kapitaal, veld, habitus en
doxa ...................................................................................................................... 10
6.2.1 De verschillende soorten kapitalen ........................................................... 10
6.2.2 Veld: de maatschappelijke speelvelden .................................................... 10
6.2.3 Habitus ..................................................................................................... 11
6.2.4 Doxa ......................................................................................................... 11
6.3 Robert Putnam en sociaal kapitaal .................................................................. 11
6.3.1 Sociaal kapitaal als aspect van de kwaliteit van onze samenleving.......... 11
, 6.3.2 Migratie, mobiliteit, vernietiging en opnieuw opbouwen van sociaal kapitaal
.......................................................................................................................... 11
6.3.3 Bonding, bridging en linking sociaal kapitaal ............................................ 12
6.4 Nan Lin: waarom werkt sociaal kapitaal? ........................................................ 12
6.5 Conclusie ........................................................................................................ 12
Hoofdstuk 10............................................................................................................. 13
10.1 Participatie .................................................................................................... 13
10.1.1 Meedoen ................................................................................................. 13
10.1.2 Mee laten doen ....................................................................................... 13
10.2 Toegankelijkheid ........................................................................................... 14
10.2.1 ‘Sense of belonging’ ............................................................................... 14
10.2.2 (H)erkenning ........................................................................................... 15
10.2.3 Laagdrempeligheid ................................................................................. 15
10.3 Inclusie .......................................................................................................... 15
10.3.1 Dialoog ................................................................................................... 16
10.3.2 Talentontwikkeling .................................................................................. 17
Begrippen .............................................................................................................. 17
Hoofdstuk 11............................................................................................................. 18
11.1 Wat is armoede? ........................................................................................... 18
11.2 Persoonlijke en sociale impact van armoede: maatschappelijke uitsluiting op
meerdere levensdomeinen.................................................................................... 18
11.3 Hoe meten we armoede? .............................................................................. 19
11.3.1 De Europese indicator voor armoede of sociale uitsluiting ..................... 19
11.3.2 Een alternatief: referentiebudgetten........................................................ 19
11.4 Hoe doorbreek je de armoedecirkel? ............................................................ 20
11.4.1 Flankerend beleid ................................................................................... 20
11.4.2 Structureel beleid .................................................................................... 20
11.4.3 Krachtgerichte hulpverlening .................................................................. 20
11.5 De leefwereld van kwetsbare huishoudens ................................................... 22
, Hoofdstuk 4
Intersectionaliteit (kruispuntdenken): Gaat om verschillen waar iedereen mee te
maken heeft in het contact met de ander. Bij intersectionaliteit staan verschillen en
hun combinaties centraal. De samenhang tussen maatschappelijke
ordeningsprincipes wordt intersectionaliteit genoemd.
Al deze combinaties kunnen met elkaar verwerven en samenhangen. Dit betekent
dat iedereen altijd niet alleen een man óf vrouw is, maar een man óf vrouw mét een
bepaalde etniciteit, klasse, seksuele identiteit, religie, … levensfase.
4.1 Historische achtergrond
Begin jaren 90 in de vorige eeuw is de theorie ontwikkeld vanuit studies in
voornamelijk de Verenigde Staten en Groot-Brittannië.
Kimberlé Crenshaw introduceerde in 2001, de term ‘intersectionele discriminatie’.
Intersectioneel denken is het resultaat van protestbewegingen tegen onderdrukking
en discriminatie in met name Amerika, Groot-Brittannië en Nederland. Vanuit
deze protestbewegingen ontstonden allerlei studies rond gender, etniciteit, klasse
en seksualiteit (seksuele identiteit). Sindsdien is de intersectionele analyse vooral
een geschikt instrument gebleken om maatschappelijke ongelijkheid, in- en
uitsluitingsmechanismen en machtsverhoudingen te beschrijven en analyseren.
Het kruispuntdenken wordt ook geassocieerd met het beeld van een
caleidoscoop dat een dynamisch beeld geeft van kleurrijke, bewegende beelden,
zonder dat een bepaalde kleur domineert.
4.2 Wat is intersectionaliteit?
De verschillen in de samenleving zijn verbonden met machtsposities.
Machtsverhoudingen vormen de basis van ongelijkheid op gebied van:
- Gender (mannelijk/vrouwelijk)
- Etniciteit (zwart/wit)
- Levensfase (oud/jong)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller _nienke_1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.41. You're not tied to anything after your purchase.