Opmerkingen vooraf:
* Alleen de antwoorden worden gegeven, niet de complete uitwerkingen.
Het zelf de theorie erop naslaan en zodoende zelf de uitwerkingen
maken is een goede oefening voor het hertentamen, maar biedt
uiteraard geen garantie dat je het hertentamen wel haalt.
* In het bijzonder wordt bij vragen van de orde ’stel de hypothesetoets
op’ alleen de naam van de toets gegeven; de overige details waarnaar
gevraagd wordt moet je zelf bedenken. Op het hertentamen wordt van
jou uiteraard wel verwacht dat je die details ook opschrijft!
1. a. Praktisch gevolg voor Hanneke is dat zij geen muziekinstallaties zal plaatsen, maar
daardoor een betere groei van gerbera’s misloopt.
b. minstens 9,06
c. Meerdere antwoorden mogelijk: Dit kan met een tekentoets, of een verschiltoets voor
fracties (z -toets) of t-toets.
d. Meerdere antwoorden mogelijk : Dit kan met een ANOVA eventueel gevolgd door de
Tukey-toets, of met een reeks t-toetsen.
e. Niet mee eens, α speelt alleen een rol zodra je een hypothesetoets uitvoert maar de
check Ei < 5 doe je voordat je een hypothesetoets uitvoert; α speelt op dat moment
dus geen rol.
2. a. Geen gepaarde waarnemingen, de steekproeven zijn niet afhankelijk omdat er geen
eenduidige koppeling tussen de dagen voor de opening van de concurrent en de da-
gen na de opening van de concurrent is. Bovendien heb je niet de garantie dat exact
dezelfde klanten zowel voor als na de opening de snackbar bezoeken.
b. Uit een variantieanalyse is gebleken dat het betalingsgedrag afhangt van de combinatie
van type klant en type kassa, F (3, 507) = 15,46, p < 0,001. Uit een post hoc-analyse
blijkt dat toeristen die aan de gewone kassa afrekenen, het meest betalen van alle
klanten. Tussen de andere groepen klanten zijn geen overduidelijk statistisch signifi-
cante resultaten zichtbaar; een vervolgonderzoek, waarbij één van de factoren ‘klant’
en ‘kassa’ constant gehouden wordt, is nodig om verdere conclusies te kunnen trekken.
c. Niet mee eens. De kans die de manager omschrijft is 0 of 1 (in werkelijkheid geven de
groepen gemiddeld genomen wel of niet evenveel uit). De p-waarde werkt juist vanuit
de aanname dat de groepen gemiddeld genomen evenveel uitgeven.
d. Meerdere antwoorden mogelijk: Dit kan met een verschiltoets voor gemiddelden (t-
toets, al dan niet met eerst de F -toets) of een ANOVA.
3. a. Het regressiemodel is niet statistisch valide. Uit elke Figuur en Output valt een argument
te halen. Verbeterpunten volgen uit de door jou genoemde argumenten.
b. h−4374 ; 642i
c. Meerdere antwoorden mogelijk Dit kan met een chi-kwadraattoets of een reeks aan
verschiltoetsen voor fracties (z -toets).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hnhn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.83. You're not tied to anything after your purchase.