Week 1: eigendom en genotsrechten
Week 2: overdracht en levering roerende zaken
Week 3: levering registergoederen & bij voorbaat toekomstige goederen
Week 4: beschikkingsbevoegdheid & derdenbescherming
Week 5: zekerheidsrechten, eigendomsvoorbehoud
Week 6: pandrecht en hypotheekrecht
Week 7: retentierecht
WEEK 1: Eigendom en genotsrechten
Drie bevoegdheden eigenaar:
- Beschikkingsbevoegdheid: bevoegdheid om te vervreemden (3:83) en te bezwaren (3:81)
- Revindicatie (5:2)
- Gebruiken (5:1 lid 2)
Beperkingen gebruiksrecht (5:1 lid 2):
- Rechten van anderen (huur, vruchtgebruik)
- Wettelijke voorschriften (burenrecht)
Art. 5:37 BW onrechtmatige hinder in de zin art. 6:162: 1) aard 2) ernst 3) duur 4)
schade hinder 5) in verband met alle omstandigheden geval -> schadevergoeding of
verbod (6:186 = zwaarwegende belangen)
- Beperkingen uit ongeschreven recht (via OD art. 6:162)
Originaire eigendomsverkrijging
- Verjaring: art. 3:99
- Occupatie: art. 5:4
- Vinderschap: 5:5/12
- Schatvinding: art. 5:13
- Natrekking:
Vermenging (5:15) en
Zaaksvorming (5:16): als twee roerende zodanig verbonden dat geheel nieuwe zaak
bestaat (novum), nieuwe van oorspronkelijke zaken te onderscheiden identiteit van
de zaak en vormgeving-> nadruk op creatieve proces, maar bv ook met fabriek
(Kuikenbroederij arrest)
Bestanddeel: art. 3:4
- Wanneer verwijderen tot schade leidt
- Volgens verkeersopvatting
Bestanddeelvorming = vorm originaire eigendomsverkrijging = natrekking
Natrekking roerende zaken
Hoofdzaak: art. 5:14 lid 3
- Volgens verkeersopvatting (geeft doorslag, bv motor)
, - Grotere waarde dan bestanddeel (doorgaans doorslag)
Natrekking onroerende zaken
Art. 3:3: roerend of onroerend? Onroerend = duurzaam met grond verenigd
Van belang roerend of onroerend:
- Financieel: pandrecht of hypotheekrecht
- Fiscale recht: voor overdrachtsbelasting of BTW
- Goederenrecht: vaststellen natrekking
In beginsel dus natrekking als duurzaam met grond verenigd. Uitzondering daarop:
- Als uit verkeerstopvattingen voortvloeit (art. 3:4)
Depex-Curatoren twee aanwijzingen. 1) in constructief opzicht op elkaar afgestemd
en 2) zonder onvoltooid.
Rijswijk-Prorail derde aanwijzing: 3) omstandigheid dat zaak een tijdelijke hulpfunctie
vervult tbh andere zaak levert aanwijzing op dat geen prake is bestanddeel
- Als sprake van fysieke verbinding tussen beide objecten en deze verbidning niet kan worden
opgeheven zonder beschadiging van betekenis aan objecten (Zalco II)
Arresten week 1
Depex/Curatoren
Natrekking onroerende zaken
- Installatie naar verkeersopvatting bestanddeel? Twee aanwijzingen:
1. Gebouw en installatie constructief op elkaar afgestemd
2. Gebouw zonder installatie als fabriek onvoltooid
- Functie in productieproces irrelevant
Prorail/Rijswijk
Natrekking onroerende zaken
- Als zaak tijdelijke hulpfunctie vervult en daarna zal worden verwijderd, levert dat aanwijzing
op dat die zaak naar verkeersopvatting geen bestanddeel is
Kuikenbroederij
Zaaksvorming
- Het uitbroeden van eieren valt onder zaaksvorming: het gaat om een langdurig proces
- Eieren en kuikens zijn verschillende zaken
Ontvanger/Rabobank (Portacabin)
Onroerend indien:
1. Naar aard en inrichting bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven
2. Deze bedoeling van de bouwer/opdrachtgever naar buiten kenbaar
- Irrelevant: verplaatsen technisch mogelijk
Zalco II
Natrekking
- Iets valt onder natrekking als er sprake van fysieke verbinding tussen beide objecten; indien
deze verbinding niet meer kan worden opgeheven zonder dat ‘beschadiging van betekenis’
optreedt aan de objecten
- Gaat erom om de fysieke gevolgen van afscheiding van betekenis zijn
, - Eventuele vermogensrechtelijke gevolgen zijn niet relevant
- Gaat niet om schade uitgedrukt in euro’s. Schade van betekenis gaat om fysieke schade: wat
verandert er door afscheiden van zaak = schade van betekenis lid 2.
WEEK 2: overdracht en levering roerende zaken
Overdraagbaarheid: art. 3:83
- Onoverdraagbaar is ook onverpandbaar
- Coface-Intergamma: bij uitleg bedingen overdraagbaarheid vorderingsrecht uitsluiten, moet
worden aangenomen dat zij uitsluitend verbintenisrechtelijke werking hebben. Tenzij uit
formulering blijkt goederenrechtelijke werking als bedoeld in art. 3:83 lid 2 BW is beoogd
Overdracht: art. 3:84 lid 1
Titel: rechtsverhouding die aan overdrachrt ten grondslag ligt en deze rechtvaardigt (kopen, ruilen,
schenken, legaat) (bruikleen vs koop)
- Causaal stelsel = geldige titel
- Vernietiging heeft terugwerkende kracht, dus nooit geldige titel geweest (3:53) -> kan
revindiveren (5:2)
- Abstract stelsel = alleen titel -> nog steeds geldige overdracht bij vernietiging
Onderscheid van belang bij faillissement en als overgedragen naar derde
Titelgebreken
Nietigheid (3:40): nooit geldige titel geweest = geen overdracht
Vernietiging (3:53): titel valt met terugwerkende kracht weg
Ontbinding (6:269, 6:271): titel blijft bestaan, verbintenis tot teruglevering
Ontbindende voorwaarde (3:38, 3:84 lid 4, 6:22): titel valt weg zonder terugwerkende kracht
Reclamerecht (7:39): titel valt weg zonder terugwerkende kracht
Levering roerende zaken
- Art. 3:90 lid 2: door bezitsverschaffing
Bezit/houderschap: art. 3:107
Bezit = houden voor jezelf (dief)
Houderschap = houden voor een ander (joyrider, huurder)
Art. 3:108: geeft criterium bezitter of houder
- Uiterlijke feiten
- Verkeersopvattingen
- Wettelijke regels
Bezit functies:
- Leveringsfunctie: art. 3:90
- Politionele en goederenrechtelijke functie om bezitter te beschermen: art. 6:162 en 3:125
- Processuele functie: art. 3:119 jo. 3:109 (Gielkens/Gielkens)
- Verjaringsfunctie: moet bezitter zijn om door verjaring eigenaar te worden: art. 3:99 en 3:105
Verbod bezitsinterventie: art. 3:111. Kan alleen houder voor ander of bezitter worden door: 1)
handeling van A (medewerking) of 2) recht van A te ontkennen -> staat niet in de weg om aan derde
feitelijk te overhandigen
, Bezitsverschaffing
Bezitsoverdracht = alleen mogelijk door een bezitter
Bezitsverschaffing = mogelijk ongeacht of vervreemder bezitter was (dus ook houder)
Bezitsoverdracht door tweezijdige verklaring zonder feitelijke handeling: art. 3:115
a. Constitutum possessorium -> bezitter wordt houder
b. Brevi manu -> houder wordt bezitter (ook houder in staat = analoog)
c. Longa manu -> houder voor vervreemder wordt houder voor verkrijger (3
paritjen) (ook houder in staat = analoog)
Achterstalling cp-levering:
- Art. 3:111: laat niet toe dat een houder cp-levert
- Art. 3:90 lid 2: cp-levering werkt niet jegens ouder-gerechtigden zolanf de cp-leveraar de
zaak nog onder zich heeft. Jegens henw erkt pas vanaf moment verkrijger de zaak onder zich
krijgt
Relativering co-levering:
- Art. 3:111: cp-levering door houder kan niet
- Art. 3:90 lid 2: cp-levering door bezitter werkt niet tegen ouder gerechtigden tot moment
feitelijke overgave
Arresten week 2
Gielkens/Gielkens
Bewijsplicht eigendom, bezitter, art. 3:109, art. 3:119 lid 1
- Rechter mag op grond van hetgeen door partijen is aangevoerd en verdere omstandigheden
geval oordelen dat het verder aan bezitter is om eigendomsrecht te bewijzen
Zuidplaspolder
Bevrijdende verjaring art. 3:105
- Geen verkrijgende verjaring: niet te goeder trouw
- Wel bevrijdende verjaring: sprake van bezit want gebouwd en dus verjaring
- In gegeven omstandigheden sprake van inbezitneming van perceel door de Zuidplaspolder.
Zij gedroegen zich naar buiten toe alsof het hun bezit was en daarom alsnog gelukte
overdracht
Coface/Intergamma
Overdraagbaarheid vorderingsrechten, art. 3:83 lid 2
- Bij uitleg bedingen overdraagbaarheid vorderingsrecht uitsluiten, moet worden aangenomen
dat zij uitsluitend verbintenisrechtelijke werking hebben. Tenzij uit formulering blijkt
goederenrechtelijke werking als bedoeld in art. 3:83 lid 2 BW is beoogd
Gemeente Heusden/Verweerders
- Inbezitnemening in 1974
- Gemeente raakt op hoogte inbezitneming in 2002
- Eigenaar geworden grond? Ja, 20 jaar na 1974
- 1994 verjaring rechtsvordering beëindiging bezit 3:105, 3:306 en 3:314 lid 2
- Is onrechtmatige daad (3:308) om te kwader trouw in bezit te nemen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JM0. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.