100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Lesbrief marktresultaat & overheidsinvloed $9.45   Add to cart

Summary

Samenvatting Lesbrief marktresultaat & overheidsinvloed

 3 views  1 purchase
  • Course
  • Level

De gehele lesbrief samengevat

Preview 2 out of 6  pages

  • October 20, 2022
  • 6
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 200
avatar-seller
Economie marktresultaat & overheidsinvloed h1 t/m 4
Hoofdstuk 1
Een markt voor vervoer
Infrastructuur en vervoer spelen een belangrijke rol in de economie. Door sneller en goedkoper
vervoer nemen transactiekosten af maar zijn we ook meer gaan reizen. Nieuw aanbod schept nieuwe
vraag.
De vervoerssector bestaat uit een heleboel verschillende deelmarkten.

Ruilwinst
Door ruiltransactie kunnen mensen over meer verschillende goederen en diensten beschikken. Bij
een economische keuze worde kosten en baten tegen elkaar afgedwongen. Kosten bestaan uit de
waarde van de opgeofferde schaarse middelen en de baten worden gevormd door de mate van de
behoeftebevrediging.
Afwegen gebeurd met een kosten-baten analyse. Een maatschappelijke kosten-baten analyse
(MKBA) kan de mogelijke keuzes verhelderen voor de overheid. De kosten en baten staan uitgedrukt
in geld.

Het consumenten surplus is het verschil tussen het bedrag dat een koper maximaal bereid is te
betalen en de prijs die hij in werkelijkheid betaalt. Het individuele consumenten surplus is de
ruilwinst. Het surplus is te berekenen door de baten te verminderen met de kosten.
Het bedrag dat een aanbieder ontvangt boven het bedrag van de leveringsbereidheid noemen we
het producenten surplus. De leveringsbereidheid is de laagste prijs waarvoor een aanbieder zijn
product wil verkopen. Het producenten surplus is het voordeel van de aanbieder op de ruil.
Als vragers en aanbieders ruilwinst kunnen behalen is de markt doelmatig. Dit wordt bereikt met zo
weinig mogelijk middelen. Er wordt hierbij niet gekeken naar individuele surplussen maar naar het
surplus van alle consumenten of aanbieders samen.

De perfecte markt
Op een markt van volkomen concurrentie is er efficiëntie of doelmatigheid als de inzet van schaarse
middelen minimaal is. De markt werkt perfect als de doelmatigheid en dus ook het totale surplus
maximaal is.
De vraaglijn geeft de betalingsbereidheid van de consument weer. De aanbodlijn de
leveringsbereidheid van de producent. In het marktevenwicht hebben ze de vorm van een driehoek.
De driehoek is te berekenen door ½ x hoogte x breedte.
Een aanbodlijn laat zien welke hoeveelheid een producenten wil aanbieden bij een bepaalde prijs. Als
de prijs lager is dan de marginale kosten zal de producent niet aanbieden. Je kunt concluderen dat bij
volkomen concurrentie de marginale-kostenlijn samenvalt met de aanbodlijn.
De markt selecteert de vragers met de hoogste betalingsbereidheid en de aanbieders met de laagste
leveringsbereidheid. Zo worden aanbieders geprikkeld zo efficiënt mogelijk te produceren.
Bij het marktevenwicht is het totale surplus maximaal. Het totale surplus kan pas toenemen als de
marksituatie verandert en de vraag/ aanbodlijn verschuift.

De economische uitkomst
Pareto-efficiënt of Pareto-optimaal is als één persoon zijn resultaat niet kan verbeteren zonder dat
dit ten koste gaat van het resultaat van iemand anders. Het markresultaat verbetert als de
vooruitgang van de een, groter is dan de achteruitgang van de ander. In het Pareto-optimum is het
totale surplus maximaal en noemen we de economische uitkomst doelmatig. Het marktmechanisme
zorgt ervoor dat er een Pareto-efficiënte verdeling van middelen ontstaat. Het totale surplus is alleen

, nog een maatstaf voor de doelmatigheid van de economische uitkomst op de markt, niet de
welvaart.

De markt van volkomen concurrentie heeft enkele tekortkomingen die ervoor zorgen dat in de
praktijk en minder vaak voor volkomen concurrentie gekozen wordt. Als eerste de homogeniteit van
producten. Aanbieders willen graag hun eigen draai aan de producten meegeven. Op het moment
dat dat gebeurd ontstaat er een markt van Monopolistische concurrentie. Dit is een marktvorm
waarbij iets te kiezen valt en tegelijkertijd veel concurrentie bestaat. Dat krijgt de voorkeur van de
consumenten. De grote marktmacht en de hoger prijzen nemen de consumenten voor lief.
Ook het gebrek aan innovatie is een bijwerking. Een bedrijf dat innovatief is kan zich onderscheiden
van andere bedrijven. Innovaties leveren in de toekomst hogere winsten op. Mar niet bij volkomen
concurrentie. De extra inspanningen en kosten lieden dan niet tot winst. De producent zal dan niet
gaan innoveren.
Innovaties zijn belangrijk voor de economische groei. Dus geeft de overheid octrooi (patent) aan
ondernemingen. Hierdoor is er op lange termijn wel sprake van winst. Dit is een wettelijke
monopolie.


Hoofdstuk 2
Ingrijpen in de markt
In de ogen van de overheid zijn de prijzen soms te hoog of juist te laag. Reden voor de overheid om
in te grijpen met een heffing, subsidie of het stellen van een maximum- of minimumprijs. Dit
noemen we prijsregulering. Prijsregulering kan leiden tot verloren surplus.

Is de overheid van menig dat de prijzen van een product te hoog zijn kan ze en maximumprijs
instellen. Er mag dan niet boven de prijs verkocht worden. De uitkomst is dan niet langer Pareto-
efficiënt.
Door de maximumprijs is de vraag naar het product groter dan het aanbod. Ook verandert het
surplus. Een deel van het surplus verschuift van de producent naar de consument. Omdat de prijs
daalt worden er ook nieuwe vragers naar de markt gelokt. Er is een vraagoverschot. Grafisch is dit
weer te geven met de Harberger-driehoek, de oppervlakte van de driehoek is gelijk aan het verloren
surplus of deadweight loss.
Met het instellen van de maximumprijs beschermt de overheid de consument. Bijvoorbeeld op de
markt van sociale huurwoningen. Een markt zal door overheidsingrijpen minder doelmatig werken.
Maar soms wegen de baten van bijvoorbeeld de consument zwaarder dan de kosten.

Soms zijn de prijzen op de markt zo laag dat de producenten geen redelijk inkomen meer kunnen
verdienen. Dan voert de overheid minimumprijzen in. De minimumprijs is de prijs waaronder het
product niet verkocht mag worden. Deze is hoger dan de marktprijs. De minimumprijs wordt ook wel
garantieprijs of interventieprijs genoemd, omdat de overheid die prijs garandeert en intervenieert of
ingrijpt in de markt.
Het opkopen van overschotten kist veel geld en leidt tot overproductie. Hierdoor kwam de
productiequota. Een productiequotum is de maximale hoeveelheid die van een product
geproduceerd mag worden.
Ook op de arbeidsmarkt grijpt de overheid in de prijsvorming in. Het loon kan zo laag worden dat een
werknemer niet meer in zijn levensonderhoud kan voorzien. De overheid stelt daarom een
minimumloon in.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rosaliebroecheler. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.45. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

82956 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.45  1x  sold
  • (0)
  Add to cart