Samenvatting Kennistoets 1 Inleiding in de Fysiotherapie en Pathologie
27 views 1 purchase
Course
Pathologie
Institution
Saxion Hogeschool (Saxion)
Kennistoets 1 Inleiding in de Fysiotherapie/podotherapie en Pathologie
Complete samenvatting. Alle deelonderwerpen zitten erin. Bestand zit vol met afbeeldingen om de stof makkelijker te begrijpen!
Ontwikkeling model: Heilgymnast(gymnastiek masseur→
Later werd dit fysiotherapeut genoemd en kreeg deze meerdere rollen:
Trainer, coach, adviseur.
Definitie van gezondheid (Huber)
‘’ Het vermogen om je aan te passen en eigen regie te voeren, in het kader van fysieke, emotionele
en sociale uitdagingen in het leven.’’
MDBB= 3dimensionaal model= Bio-psycho-sociaal model belasting en belastbaarheid
Biomedisch
- Ziekte/stoornis centraal i.p.v. de hele mens
- Monocausaal. Bepaalde ziekte werd door één bepaalde infectie veroorzaakt
- Mechanisch (‘garage model’)
- (Beeldvormende) apparatuur
Psychosociaal
- Persoon centraal: zich ziek voelen
- Multicausaal. (ziekte kan verschillende oorzaken hebben) Bijv. hart&vaat, rugpijn
- Hoe iemand ermee omgaat (copingstijl) heeft invloed op het beloop en herstel
- Onbegrepen klachten
MDBB= bio-pyscho-sociaal (niet of-of, maar en-en!)
Belasting en belastbaarheid
Micro dus in het lichaam in de cellen (PH-waarde, temperatuur)
Macro dus het functioneren van HELE mens (lichaamsgewicht)
De belasting (draaglast)= alle externe factoren die je in het dagelijks leven voor de kiezen krijgt.
De belastbaarheid (draagkracht)= kenmerk van een persoon. Je moet omgaan met de dagelijkse
belasting.Dezelfde belasting geeft voor verschillende personen een andere belastingsgraad
De kracht in achillespees kan oplopen tot 7maal lichaamsgewicht. Dit maakt gevoelig voor
overbelasting. →achillespeesontsteking.
,Grote kracht op herstellend weefsel→herstelweefsel. Van onvoldoende kwaliteit en kracht.
Helemaal geen belasting NIET goed voor herstelweefsel. Moet zich aan de juiste belasting aanpassen.
Homeostase
Alles in ons lichaam wordt de samenstelling constant gehouden zoals zuurgraad in cellen,
suikerconcentratie en lichaamstemp. Etc. Alle regelmechanismen heet dus homeostase!
Ergotrope en trophotrope tuning
Egrotrope= activatietoestand. Klaar bent om te werken, sportief om te presteren.
Trophotrope= herstel/rust toestand. Na inspanning moet er ontspanning zijn.
Adaptief vermogen
Na stress ook weer in rusttoestand komen. (ergotrope/trophotrope, arbeid/rust, stress/ontspanning)
Belasting leidt tot stress afkomstig uit(zenuwstelsel/hormoonstelsel)
Treedt meer dan herstel op dus belastbaarheid iets hoger na training.
Eerst herstellen voordat belastbaarheid kan opbouwen. Moet in evenwicht zijn.
ICF model
Klinisch redeneren = het nemen van beslissingen uit gegevens die je weet over de aard en het beloop
van het ziektebeeld. Deze reikt de patiënt je aan en haal je uit de gegevens van je onderzoek.
Waarom ICF
- Eenheid in taal door codes
- Intercollegiale communicatie makkelijker
,- Verschillende disciplines kunnen beter communiceren
- Koppelen van patiënt gegevens makkelijker
Rehabilicatie cirkel= een continu proces dat bestaat uit:
- Identificeren van het probleem en de behoeften van de patiënt.
- Opstellen van therapiedoelen
- Plannen en uitvoeren van de behandelinterventie
- Effect van de behandeling evalueren d.m.v. meetinstrumenten
RPS formulier
, Persoonlijke factoren:
Bijv. angst.
Coping strategie is niet heel goed.
Probeert dan zo min mogelijk te doen met de enkel
Spierfunctie
Type spierweefsel:
- Glad spierweefsel (onwillekeurig)
- Hard spierweefsel (onwillekeurig)
- Dwarsgestreept spierweefsel (skeletspieren) (willekeurig)
Bouw van de spier (dwarsgestreept)
- Origo: Beginpunt (meestal proximaal)
- Insertie: Aanhechting (meestal distaal)
- Functie: Beweging die door de spier geleverd wordt afhankelijk van:
de positie van origo en insertie, maar ook o.a. van rangschikking/positie van
spiervezels.
Iedere spier heeft een agonist en antagonist (zijn elkaars tegenovergestelde)
Agonist= buigende spier
Antagonist= strekkende spier
Bijv. biceps(agonist) zorgt voor buiging en triceps(antagonist) voor strekking.
Contractie (samentrekking)
Dynamisch
- Concentrisch (spanning in de spier is groter dan de tegenkracht) (dus dunne boom kun je van je af
duwen) (origo en insertie gaan bij inspanning naar elkaar toe)
- Excentrisch (spanning in de spier is kleiner dan de tegenkracht) (dus dikke boom kun je niet van je af
duwen) (origo en insertie gaan bij inspanning van elkaar af)
Statisch (isometrisch)
- Origo en insertie veranderen niet. Kracht van buitenaf is gelijk.
Mono-articulair: Spier loopt over 1 gewricht
Bi-articulair: Spier loopt over 2 gewrichten
Poly-articulair: Spier loopt over meer dan 2 gewrichten
Kracht
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aron25. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.39. You're not tied to anything after your purchase.