Hoofdstukken:
* De ontwikkeling van het beeldend vermogen
* Bouwstenen
* Vlakke verwerkingsmogelijkheden in de basisschool
* Ruimtelijke technieken in de basisschool
* Grafische technieken in de basisschool
* Textiele verwerkingsmogelijkheden in de basisschool
1. De ontwikkeling van het beeldend vermogen
De normale ontwikkeling van het tekenen, het bij ieder mens aanwezig vermogen tot het
organiseren van visuele indrukken en het maken van beelden op het platte vlak. Die
organisatie van visuele indrukken begint al vanaf het moment dat kinderen in de gaten
krijgen dat er verschil is tussen licht en donker.
Als ze merken dat wat ze vasthouden sporen kan nalaten -> start ontwikkeling van het
maken van beelden.
Leren tekenen is het scheppen van voorwaarden om te kunnen groeien in het visuele
waarnemen, in het maken van onderscheid en in het organiseren van wat wordt
waargenomen. Tekenen daagt uit.
Fasen en leeftijden
De ontwikkeling van het ene kind verschilt bijna niet met dat van het andere. Het beeldend
vermogen van het ene kind is sneller, langzamer of anders ontwikkelt dan het beeldend
vermogen van een ander kind.
vader is beeldende kunstenaar en moeder is kleuterjuf vs vader is zeeman en moeder
is politicus
islamitische cultuur -> mens afbeelden is taboe
indianenstammen -> meisjes met gereedschap tekenen, jongens met bloemen
kind ontwikkeld fijne motoriek -> ontwikkeling van het organiseren van beelden op
het platte vlak
10 jaar -> letten op hoe hij tekent dan op wat hij tekent, inhoud is onbelangrijk
Puber -> inhoud wel belangrijk
De krabbelperiode
, - Het krabbelen
Kind maakt met het meest uiteenlopende materiaal sporen: met ene lepel voedsel op tafel
smeren, met de pap, … Het kind ontdekt dat die sporen door hemzelf gemaakt zijn en dat ze
‘blijvend’ zijn. Hij maakt daarbij geluiden, het roept, kijkt, praat en beweegt erbij.
Klank en motoriek zijn belangrijk bij een ‘tekening’. Beide aspecten spelen een rol bij het
tekenen en schilderen.
Zintuiglijke en motorische omgang met de wereld overheerst -> kijken en voelen wordt
belangrijk!
In het begin van de krabbelperiode werken niet alleen de spieren van de handen, maar ook
de spieren van de tenen.
Aan de krabbels merk je een overgang van fijne - naar grove motoriek.
We onderscheiden:
Krassen, ontstaan door het slaan met het potlood of iets dergelijks op papier of iets
anders. De sporen ontstaan min of meer bij toeval. De aandacht is niet gericht op de
actie. Soms maakt het kind zijn bewegingen met geluiden.
De grote gebogen horizontale zigzaglijn. De tekenbeweging ontstaat vanuit het
middel terwijl het kind zit. Hieruit ontstaan soms lange, enigszins gebogen rechte
lijnen vanuit schouder (meer horizontaal) en elleboog (meer verticaal). PAGINA 21
Doorlopend cirkelvormige lijnen. Schouder - en ellebooggewricht zijn dan middelpunt
van een grote cirkelbeweging. PAGINA 21
Kleinere tekentjes, doelbewust neergezet. De beweging vanuit vingers en pols.
Gesloten vormen: ontwikkelde beheersing van de motoriek en het plezier dat
daaraan beleefd kan worden, zijn factoren die het kind ertoe brengen gesloten
vormen te maken. De pogingen om het einde van een lijn met het begin te laten
samenvallen is echter niet alleen een vaardigheidstraining maar heeft ook te maken
met een onbewuste poging zich van een beschermende afgesloten omgeving te
voorzien. (laatste) stadium -> korte lijntjes. PAGINA 22
De ervaring van visuele controle + beheerste motoriek -> merkbaar bij andere handelingen
(jas dichtknopen, veters strikken).
Combinatie van gesloten vormen en lijnen -> wezenlijk nieuw element
- de overgang naar de gecodeerde werkelijkheid
Kind gaat tekeningen benoemen. Het eerste benoemen vindt plaats onder invloed vragen
van anderen. Het is moeilijk om voor een volwassen te zien wat het kind heeft getekend en
wat het kind daarbij zegt. Het kind merkt overeenkomsten tussen zijn/haar getekende vorm
en een bepaalde eigenschap van een persoon / ding, nu is het echt tekenen.
Periode van de gecodeerde werkelijkheid
,Ongeveer 5 jaar -> gecodeerde werkelijkheid
- het creatief coderen
Dit is de periode waarin zich een proces afspeelt van ongestuurd, spontaan en zelden
beïnvloed verwerven van beeldtaal. Het kind kondigt vooraf wat het gaat tekenen. Er zijn
vormgevingen die overeenkomsten vertonen met eerdere ‘tekeningen’.
De zichtbare overeenkomst tussen de tekening en wat het ziet is voor het kind niet
belangrijk. Pas zorgen rond 10-12jaar.
Kijken is een zintuigelijke activiteit. Door te kijken -> waarnemen -> gewaarwording ontstaat.
Leren zien is belangrijk! moeilijk als volwassenen, want we zien wat het kind tekent maar
weten niet wat het kind denkt en hoe het de werkelijkheid ziet
Gecodeerde werkelijkheid = verschil tussen wat het kind binnenin voorstelt en wat het
beeldend realiseert
Codebewustzijn / symboolbewustzijn = wat het kind ziet en begrijpt
Creatief coderen -> begint na krabbelfase (eind 4de jaar) -> tot 9 jaar dus van 5 tot 8
Daarna 2 de deel -> schematekenen
- Kinderen maken codetekens
Het kind tekent niet wat het ziet, tekent niet wat het weet, en probeert niet naturalistisch te
tekenen.
Niet wat het ziet -> de relatie tussen het uiterlijke onderwerp hoe wij het zien en
door het kind gemaakte afbeelding is niet herkenbaar. Vb. pagina 25
Niet wat het weet -> het kind geeft geen versimpeling van wat het weet en evenmin
vereenvoudigt het kind datgene wat het van de te tekenen objecten ziet.
Niet naturalistisch te tekenen -> ontwikkeling in het tekenen -> ‘zo teken ik een huis’
-> maakt afspraken met zichzelf
Er ontstaat een persoonlijke codebewustzijn, soms symboolbewustzijn genoemd. Je kunt de
tekeningen van het ene kind door de gebruikte codes onderscheiden van die van een ander
kind. Codes kunnen overigens wel overeenkomsten vertonen met die van andere kinderen.
In 1 tekening kan het kind dezelfde code gebruiken voor verschillende objecten -> oorzaak:
snelle verandering in het denken. -> codeteken ontwikkelt zich; mededeling is duidelijker,
uitdrukking is sterker, precisering groter
6 à 7 jaar -> eigen codering ver ontwikkeld -> wordt gedetailleerder en er komen nieuwe bij
decoderen = code proberen te ontraadselen
- Visueel begaafde kinderen
, Er komt een fase waarin het kind natuurgetrouw tekent.
Visuele vaardigheid is een complexe vaardigheid.
Visueel waarnemen
Innerlijke beelden maken
Waarnemen van onderdelen uit een groot geheel
Tekenen in 1 omtrekslijn = fysioplastiek
Samenstellende delen = ideoplastiek
of ‘Schauwers’ en ‘Bauwers’
- In ontwikkeling achtergebleven
Tekenen is slechts één van de uitdagingen waardoor we een beeld krijgen van het kind. De
ontwikkeling binnen de krabbelperiode is er een die vooral met de motoriek te maken heeft.
Als ze voor het begin van hun 4-5jaar niet beeldend bezig zijn -> achterstand in de
ontwikkeling van beelden. Die achterstand kan worden weggewerkt.
! jongens rijpen iets later in de motoriek dan meisjes, daardoor zijn er in de kleutergroepen
vaak nog jongetjes die ‘krassen’.
- Welke inhouden/onderwerpen tekent een kind?
Hangt af van de affectieve betrokkenheid die er bestaat.
Wat een kind niet interesseert, tekent het niet.
Iets wat beweegt heeft meer aantrekkingskracht, dan iets dat stil is.
! dat wil niet zeggen dat een kind eerder een hond dan een huis zal tekenen.
*Eerst mensen -> dieren, huizen, voertuigen
*Bomen, bloemen, planten -> later
Schoolse omgeving -> werkt beïnvloedend
Ieder kind ontwikkelt voor een zelfde motief een ander teken. Bv. Driehoekige mensen,
langwerpige mensen en ronde mensen.
Kind heeft een codeteken voor zijn relatie tot de werkelijkheid, maar het is daarin niet vrij.
Het kan in deze periode geen afstand nemen van zijn tekening en zeggen: ‘zal ik het nu eens
heel anders tekenen?’
Het kind geeft een innerlijke dwang om het zo te tekenen en niet anders.
- Typische coderingen van de werkelijkheid : de ideografische kenmerken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margauxcasteur26. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.30. You're not tied to anything after your purchase.