Reflectievragen
Welke redenen heeft de wetgever om te kiezen voor een goed functionerend vangnet in de sociale
verzekeringen en de sociale voorzieningen?
Bescherming van minderbedeelden
Zo veel mogelijk gelijke kansen
Solidariteit van sterk en zwak
Bevorderen van sociale binding wat een positieve invloed heeft op de economie
Het Nederlandse stelsel van sociale zekerheid wordt niet meer door iedereen ervaren als een ‘goed
functionerend vangnet’. Welke ontwikkelingen vormen een bedreiging voor het stelsel? Welke
oplossingen worden hiervoor voorgesteld?
Met de vluchtelingencrisis werd in de politiek gesteld dat Nederland zoveel immigranten niet aan kan
en dat zij het systeem van de sociale zekerheid uithollen.
Ook zijn de wachtlijsten lang en moet er aan veel voorwaarden voldaan zijn om recht te hebben op
een uitkering. Mensen ervaren het meer als dwang dan als hulp door de vraag naar tegenprestatie.
Casusvraag
Jan (23) en Marie (20) zitten met hun buren Kees (31) en Marja (25) in een auto op weg naar het
concert van de Toppers.
• Beide stellen hebben twee kinderen: Jan/Marie in de leeftijd van 0 en 2 jaar en Kees/Marja van 3
en 5 jaar.
• Jan en Kees zijn beiden sinds ze van school zijn, werkzaam in de bouw, Jan als werknemer, Kees als
kleine zelfstandige.
• Marja en Marie hebben eveneens betaald werk. Marja verhuurt zich als werkster bij particulieren.
Ze heeft meestal 3 of 4 klanten per week, waarbij ze elk 3 uur werkt. Marie werkt als
evenementenmedewerkster voor een uitzendbureau, gemiddeld 20 uur per week.
Helaas loopt wat een leuk uitje zou moeten worden slecht af. Op de snelweg wordt de auto van
achteren geramd door een vrachtwagen. Jan probeert het onheil nog af te wenden, maar hij kan niet
voorkomen dat de auto in de slip raakt en tweemaal over de kop gaat. De gevolgen zijn dramatisch:
Jan is op slag dood, Kees, Marja en Marie belanden in het ziekenhuis.
Hebben Kees, Marja en Marie recht op een uitkering krachtens een der sociale verzekeringen, en
zoja, op welke socialezekerheidswet is de uitkering gebaseerd? Welke uitgangspunten gelden bij de
vaststelling van het recht op en de hoogte van de uitkering? Ga bij de beantwoording van deze
laatste vraag uitsluitend in op de vraag in hoeverre de uitkering gebaseerd is op het oude loon, dan
wel het minimumloon en op de vraag in hoeverre het inkomen van gezinsleden van de betrokkene
van belang is.
,Let op je hebt oude wetten gebruikt die zijn afgeschaft WAZ en WAO gelden niet meer
Stappenplan naar verzekeringsplicht
Stap 1. Art. 3 lid 1 WW/ZW (-> 8 WIA): bepaal eerst of er een 610-dienstbetrekking is, zo nee
Stap 2. Bepaal nu of er misschien sprake is van een fictieve dienstbetrekking.
Stap 3. Zo ja (stap 1 of 2) controleer of er een uitzondering is (art. 6 WW/ZW en art. 8 RB)
Stap 4: is er misschien een bijzondere uitbreiding of beperking? (art. 8 WW, art. 6-8c ZW, art. 8-10
WIA)
Kees
Is zelfstandige dus moet aangesloten zijn bij sociale verzekeringsfonds
Recht op arbeidsongeschiktheidsuitkering op grond van art. 7 Wet
arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
WAZ is afgeschaft je bent niet meer verplicht
Is geen werknemer en valt buiten werknemersverzekering
Als hij niet zelf verzekerd is krijgt hij niks
Participatiewetsuitkering voor zelfstandigen aparte regeling, toets op vermogen/inkomen,
gezinsleden tellen ook mee
Misschien beroep o WIZ nodig
Marie
ANW: Weduwe met ongehuwde kinderen onder 18 jr; evt ook nog 45% arbeidsongeschikt; inkomen
afgetrokken
Uitzendbureau; aovk dus loon ogv art. 629
Maar miss uitzendbeding; dan eindigt de aovk van rechtswege art. 690 en 691 lid 2 uitzendbeding;
einde van rechtswege; ziekmelding bij UWV; ZW-uitkering
Eigenrisicodragers betalen geen premie voor ZW wg betaalt zelf uitkering aan de ex-werknemer
en wg blijft verantwoordelijk voor re-integratie
Heeft jonge kinderen en is weduwe geworden dus op grond van art. 14 lid b Algemene
nabestaandenwet nabestaandenuitkering
,Art. 17 Anw: De bruto-nabestaandenuitkering wordt op een zodanig bedrag vastgesteld, dat nadat de
over dat bedrag in te houden loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen voor een persoon
die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt, rekening houdend met uitsluitend de
algemene heffingskorting, bedoeld in artikel 22 van de Wet op de loonbelasting 1964, is afgetrokken,
de netto-nabestaandenuitkering gelijk is aan 70% van het nettominimumloon.
Uitzondering art. 6 lid 1 sub c WW: degene die doorgaans op minder dan 4 dagen per week
uitsluitend of nagenoeg uitsluitend diensten verricht ten behoeve van het huishouden van de
natuurlijke persoon tot wie hij in dienstbetrekking staat
Alternatief: participatiewet
WG 1B
Casus Kees Kwast
Kees Kwast (63 jaar oud) is eigenaar en directeur-grootaandeelhouder van een goed
lopend schildersbedrijf SchilderKwast BV. Hij runt dit bedrijf samen met zijn vrouw en
twee zoons. Eind 2020 besluiten zijn twee zoons te emigreren en een eigen bedrijf op
te zetten in Canada. Kees wil het bedrijf graag nog enkele jaren voortzetten, maar
heeft vanwege de hoge kosten geen zin om personeel in loondienst te nemen. In
overleg met zijn belastingadviseur wordt het volgende plan bedacht. Via de website
van SchilderKwast BV. kunnen ervaren schilders zich laten registreren bij
SchilderKwast BV. Voorwaarde voor registratie is dat men beschikt over een ruime
aantoonbare ervaring als schilder, dat een registratiebijdrage van € 100 wordt betaald
en dat men zich in de maanden april tot en met oktober gedurende vijf dagen per
week op afroep tussen 8.00 en 18.00 uur beschikbaar houdt voor
schilderwerkzaamheden. Van november tot en met maart dient men tussen 9.00 en
16.00 uur beschikbaar te zijn. Verder dienen de schilders te beschikken over eigen
vervoer en eigen schildersmaterialen. Wat dat laatste betreft geldt wel dat een
schilder de inkoop van schildersmateriaal via SchilderKwast BV kan laten lopen,
hetgeen een fikse korting oplevert. Kees Kwast bepaalt welke schilder een bepaalde
opdracht mag gaan uitvoeren, binnen welke termijn die opdracht moet zijn afgerond
, en welke prijs voor die opdracht geldt. Er is geen garantie op een minimum aantal
opdrachten, maar in de praktijk werken de meeste schilders per maand gemiddeld 120
uur. De schilders ondertekenen een overeenkomst met SchilderKwast BV waarin
expliciet staat vermeld dat geen sprake is van een arbeidsovereenkomst en dat een
aangeboden opdracht slechts incidenteel mag worden geweigerd. Het staat de
schilders volgens de opdrachtovereenkomst vrij om de klus door een ander te laten
verrichten. In de praktijk wordt hier nooit gebruik van gemaakt.
Een dik jaar later blijkt dat SchilderKwast BV nog altijd een zeer goed lopend bedrijf is
waarvoor inmiddels zo’n 8 schilders regelmatig werkzaam zijn. Met name het feit dat
de nettoverdiensten via SchilderKwast BV aanzienlijk hoger zijn dan bij het werken in
loondienst, maken de SchilderKwast een gewild bedrijf om voor te werken.
Op een zekere dag krijgt Kees Kwast controle van de belastingdienst. De inspecteur
stelt vast dat de schilders die voor hem werken in een fictieve dienstbetrekking staan
tot SchilderKwast BV. Kees Kwast is het hier absoluut niet mee eens.
a. Geef onderbouwd aan welke fictieve dienstbetrekking hier volgens de inspecteur
vermoedelijk aan de orde is.
In dit geval is het ‘werk’ het schilderen wat werk is van stoffelijke aard en is er geen
arbeidsovereenkomst gesloten. De inspecteur doelt daarom naar mijn mening op
aanneming van werk.
Stappenplan
Stap 1. (niet voor deze precieze vraag want hier wordt niet naar gevraagd)
art. 3 werknemer? 610 BW
- persoonlijke arbeid (is vervangen mogelijk en wordt hiervan gebruik gemaakt in de
praktijk?)
- loon
- gezagsverhouding
Participatiewet-arrest: 1) wat heb je afgesproken? 2) kwalificeren, wat is het etiket?
(uitkeringsgerechtigde wordt tewerkgesteld, zij wilde werknemer zijn, maar was het
niet want werk met behoud van uitkering dus niet voldaan aan looncomponent)
Stap 2.
Art. 4 of 5 WW/ZW art. 5 sub d persoonlijk arbeidsverrichter; persoonlijk arbeid,
gezag, loon, zie verder Rariteitenbesluit, art. 5 en art. 1 voldoende vaak werken en
voldoende inkomen
Art. 4 lid 1 sub a WW/ZW aannemer van werk: stoffelijke aard (geen zelfstandige)
Art. 5 sub d WW/ art. 3 Rariteitenbesluit; persoonlijke arbeid tbv een derde met
tussenkomst
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fatmapamuk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.16. You're not tied to anything after your purchase.