Aantekeningen HC 1 Rechtsgeschiedenis
Codificatiegedachte (recht staat in de wet) is recent verschijnsel.
Jeremy Bentham (Engelse codificatie). Was tegen het stellen van regels door rechters.
Codificatie (definitie): Het moet opgeschreven zijn. Door het uitoefende gezag. Het moet
uitgevaardigd worden door de juiste personen. Exclusiviteit verklaart dat de wetgeving
volledig dient te zijn. De wetgever verplicht de rechter daarmee om al zijn besluiten te
baseren op de opgetekende rechtsregels. Een exclusieve rechtsbron.
De exclusiviteit verklaart ook waarom interpretatie zo belangrijk is.
Het recht is ontstaan wanneer mensen zijn gaan samenwonen en samenwerken. Gedragsregels
voor de groep. De eerste regels waren ontstaan door gewoonte, niet opgeschreven. Begint dus
met gewoonterecht (ongeschreven regels).
Bij staatsvorming wordt het gewoonterecht lastig toe te passen.
Publiekrecht belang van de overheid staat voorop. Strafrecht, bestuursrecht.
Privaatrecht gaat over regels die gelden tussen burgers onderling.
Moderne codificaties vanaf 18e eeuw. Rousseau, sociaal contract. Voorstander
volkssoevereiniteit. De macht om te regeren berust bij het volk. In Frankrijk was een koning
de zich als absolute heerser gedroeg (door God gegeven). Wetgeving door algemene volkswil
(Rousseau). Volkssoevereiniteit kan alleen tot stand komen door wetgeving. Maatschappelijk
contract, hierbij wordt van je verwacht je te onderwerpen aan de regels van het contract.
Hierdoor krijgt men burgerlijke vrijheid.
Legaliteitsbeginsel. Cecare Beccaria. Wanneer mag de overheid iemand bestraffen? Eerst een
wet maken, dan overtreden, dan bestraffen. Niet eerst iets doen en dan een wet bedenken om
te straffen. Hierdoor codificatie van strafrecht noodzakelijk.
Verdiepingsuur week 1
Is rijden hetzelfde als stilstaan? (m.b.t. telefoon achter het stuur). Grammaticaal
geïnterpreteerd niet. Maar volgens de interpretatie van de rechter is stilstaan voor een
stoplicht ook rijden.
Is een tomaat groente of fruit? (m.b.t. belasting op geïmporteerd fruit en groente, groente
duurder). Woordenboek, normaal taalgebruik, in de handelsgebruik, botanisch gezien, tijdens
welke maaltijd wordt het gegeten?
Moet de tekst (wet) leidend zijn of de wil van de wetgever? Wetgevers zijn niet in staat om de
toekomst te voorzien.
Radbruch (Duits rechtsfilosoof). Degene die interpreteert kan de wet soms beter begrijpen dan
de opsteller van de wet.
Solon: Ik weet wat ik bedoeld heb met de wet, maar men moet zelf (rechter) een zinvolle
interpretatie geven.
,Nieuwe rechter Trump: De grondwet moet worden uitgelegd in betekenis van de tijd waarin
het vervaardigd is. (originalism). Gevolg bijvoorbeeld anti-abortuswet.
v.b. Tractaat van Meppen. Bouwen zonnepark aan de grens.
Romeinen: de strekking van de wet is veel belangrijker dan de letterlijke woorden.
(originalism is flauwe kul).
Ruime interpretatie vs. Letterlijke interpretatie.
Trias Politica, Montesequieu. Geïnspireerd door de Engels indeling. Uitvoerende,
rechtsprekende en wetgevende macht. Geen instantie die alles beslist, geen almachtige,
corrumperende, tirannieke macht. Dus verdeling van de macht. De rechter is volgens hem de
spreekbuis van de wet.
Authentieke interpretatie: interpretatie door de wetgever zelf. De rechter stelt de vraag
aan de wetgever. Theoretische bezwaar: ook de nieuwe tekst moet geïnterpreteerd
worden door de rechter, kan ook problematisch zijn. Vicieuze cirkel.
Référé législatif: rechter werd verplicht om naar de wetgever te gaan.
Interpretatiewetten. Regels aan de rechter over hoe hij de wet dient te interpreteren.
Geen oplossing van het probleem, ook deze wetten moeten geïnterpreteerd worden.
Commentaarverbod. Voorkomen dat juristen gaan schrijven over de interpretatie van
wetten en de wetten zelf. Frederik II de Grote van Pruisen deed dit. Justinianus
verbood dat juristen de wetten aanvulden (was nog geen boekdrukkunst).
In het Nederlandse recht zijn de taken ook netjes verdeeld.
Is de lagere rechter gebonden aan de uitspraak van een hogere rechter? Nee. De enige
rechtsbron is de tekst van de wet. Elke rechter heeft de vrijheid hiervoor. Als de hoge raad
uitspraak heeft gedaan, dan volgen de lagere rechters deze vaak wel. Formeel dus niet,
materieel wel. Formeel is de enige bron van het recht de wet. Materieel gezien is de uitspraak
van de hoge raad wel belangrijk. (Men gaat in beroep en de hoge raad geeft hen dan toch
gelijk.)
Taakopvatting recht gevers.
Napoleon: moest zich neerleggen bij interpretatie van juristen.
Solon: was hier van tevoren op ingesteld. Wet gemaakt, nu moeten de rechters interpreteren.
Formele recht: dat alles volgens de vorm correct is. Juiste procedure, juiste instantie.
Codificatie enige juiste rechtsbron. In Engeland dient de rechter de uitspraak van andere
rechters wel te volgen.
Materieel recht: bijvoorbeeld jurisprudentie (gebaseerd op de wet).
Bijvoorbeeld is interpretatie van de hoge raad van bijv. burgerlijk rechtboek verplicht om te
volgen voor lagere rechters. Formeel niet. Materieel wel. Voor de lagere rechter doe je er
goed aan om deze wel toe te passen.
, Week 1 HC 2
The Declaration of Independence (onafhankelijkheid dertien staten)
No taxation without representation.
De rechten in de onafhankelijkheidsverklaring zijn vanzelfsprekend (gedachte van het
natuurrecht).
Natuurrecht: een set van regels die uit de aard van de mens voortvloeit en dus logisch en
vanzelfsprekend is.
Griekse oudheid:
Epicurus is de voorman van de epicureusschool. Vroeg zich af: wat is recht? Praktisch
antwoord: hoe maak je regels? Een formeel (vorm, spelregels) rechtsbegrip hadden de
epicureus.
Stoïcijnen. (Stoa, zuilengalerij). Wat is recht? Weigerden het formeel rechtsbegrip te
accepteren. Je moet ook naar de inhoud van de regels bekijken (materiële rechtsbegrip).
Hiermee kun je bekijken of je een regels wel goed vind. Bekijken of een bepaalde regel billijk
of rechtvaardig is (natuurrecht).
Romeinse recht:
Ook een gedachte van het natuurrecht, maar hebben er weinig mee gedaan.
Ius naturale: natuurrecht. Datgene wat de natuur ons ingeeft. (Alle beesten worden in vrijheid
geboren.)
Ius gentium: recht van de volkeren. Het recht dat alle bekende volkeren gebruikten. Dus
wanneer iedereen het gebruikt is het ius gentium. (Alle volkeren hebben slavernij, dus dan
mag het wel)
Het valt vaak samen (ius naturale en ius gentium).
Weinig belang aan natuurrecht. Slavernij is tegennatuurlijk, maar kan wel want maakt uit van
ius gentium.
Middeleeuwen (Rooms-Katholieke kerk):
De kerk was ook een wereldlijke macht (het had grond, was soeverein). Het kerk had ook
recht, canonieke recht.
Kerkelijke rechtbank: meerdere rechtsbronnen waartussen een hiërarchische verhouding
bestaat. God als hoogste rechtsbron (Bijbel, geschreven. Billijkheid, ongeschreven oftewel
natuurrecht).
Ook andere rechten dan goddelijk recht. Het menselijk recht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller History98. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.