In dit document staat alle stof die je moet kennen voor het eindtentamen. Week 1 t/m 8 is uitgewerkt, de rechtsfilosofen zijn op een rijtje gezet en de arresten zijn uitgewerkt.
Rechtsfilosofen
H.L.A. Hart 1907-1992 RECHTSPOSITIVISME
- Recht bestaat uit en systeem van regels
- Er is een scheiding van recht en moraal
De moraal mag geen maatstaf zijn om het recht te beoordelen want meningen van
mensen zijn veel te pluriform
- Er is een combinatie van primaire en secundaire regels
- Er is statelijke orde
Rechterlijke oordeelsvorming
- Recht moet in beginsel worden toegepast als een systeem van regels, ook als dit
onrechtvaardig is.
Meestal is dan wel duidelijk wat de uitkomst moet zijn.
Als dit niet duidelijk is, mag de rechter buiten het recht treden en zelf een regel
maken.
De rechter moet dan een zo goed mogelijke oplossing zoeken op grond van beleid en
rechtvaardigheid.
Voorbeeld: a vehicle in the park
‘Voertuigen zijn verboden in het park.’
Plain case
- De rechter moet de regel toepassen
Auto’s en vrachtwagen zijn voertuigen
Borderline case
- De rechter moet buiten het recht treden en een zo goed mogelijke oplossing zoeken
Bij een speelgoedtractor is niet duidelijk of dit een voertuig is of niet
Gustav Radbruch 1878-1949 TUSSENPOSITIE RECHTSPOSITIVISME EN NATRUURRECHT
- Recht bestaat uit een systeem van regels, maar ook uit hogere beginselen van
gerechtigheid
Vroege Radbruch
- Er is een scheiding van recht en moraal
Eigen opvattingen zijn veel te persoonlijk
Late Radbruch
- Er is een band tussen recht en moraal
Als een rechtssysteem niet rechtvaardig wil zijn, moet dit wijken voor hogere
beginselen van gerechtigheid Bepaalt wanneer
positief recht geldt en
Rechterlijke oordeelsvorming Radbruchformule wanneer niet
- Recht moet in beginsel worden toegepast als een systeem van regels, ook als dit
onrechtvaardig is
Maar als de kloof tussen rechtszekerheid en gerechtigheid te groot wordt, geldt het
positieve recht niet
Er is sprake van een kloof als het rechtssysteem niet rechtvaardig wil zijn, dus geen
morele inhoud heeft
, NATUURRECHT
Ronald Dworkin 1931-2013
- Recht bestaat uit een systeem van regels, maar ook uit morele en ongeschreven
beginselen van rechtvaardigheid die schuilgaan achter het recht
- Er is een band tussen recht en moraal
Het recht wordt gezien als een onderliggende wens van rechtvaardigheid
- Een beginsel kan een aanvullende werking en beperkende werking hebben
Aanvullend = beginsel zorgt voor opvulling van een leemte in de wet
Beperkend = beginsel zorgt dat wet opzij wordt gezet
Rechterlijke oordeelsvorming
- Recht moet in beginsel worden toegepast als een systeem van regels
Meestal is het dan wel duidelijk wat de uitkomst moet zijn
Als dit niet duidelijk is, mag de rechter zoeken naar beginselen van rechtvaardigheid
Doordat wettelijke regels worden geïnterpreteerd, worden de idealen van
rechtvaardigheid achter de regels geconstrueerd Constructivisme
Interpretivisme
1. Fit
De rechter moet zorgen dat de beginselen passen bij het wettelijk systeem
2. Justification
De rechter moet zorgen dat de beginselen gerechtvaardigd zijn voor de publieke
moraal
Martin Luther King 1929-1968 NATUURRECHT
- Recht bestaat uit een systeem van regels dat rechtvaardig is
- Er is een band tussen recht en moraal
Onrechtvaardig recht is geen recht
Recht is onrechtvaardig als het ingaat tegen het idee van menselijke waardigheid
Oliver Wendell Holmes 1841-1935 RECHTSREALISME
- Recht bestaat uit een sociale praktijk
- Er is een band tussen recht en beleid
Er is kennis nodig van sociale context, economie, politiek, etc. omdat je zo weet wat
de gevolgen zijn van juridische uitspraken
Rechterlijke oordeelsvorming
- Rechterlijke uitspraken zijn vaak een logische conclusie van objectie rechtsnormen
In de praktijk is dit juist andersom
Rechterlijke uitspraken zijn vaak bepaald door persoonlijke opvattingen van de
rechter zelf
De rechter maakt er alleen een logische juridische beredenering van
,John Locke 1632-1704
- Burgers hebben een private sfeer waar de overheid niet in mag treden
Jij bent de baas en niet de overheid
- Alle mensen zijn van nature gelijk en kunnen hun gang gaan
- De mens heeft 3 basisrechten
1. Life = leven
2. Liberty = vrijheid
3. Estate = eigendom
Isiah Berlin 1909-1997
- De vrijheid zoals Locke dit vindt, is te eenzijdig
Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen positieve en negatieve vrijheid
, Week 1 uitwerking
Er zijn 6 onderscheidingen van het recht
1. Positief recht en wenselijk recht
2. Internationaal recht en nationaal recht
3. Objectief recht en subjectief recht
4. Materieel recht en formeel recht
5. Dwingend recht en aanvullend recht
6. Publiekrecht en privaatrecht
Positief recht en wenselijk recht
Positief recht
= Het geldende recht
- Dit recht wordt in een bepaalde gemeenschap vastgesteld en erkend door bevoegde
autoriteiten
- Het geldt, of je het er nou mee eens bent of niet
Wenselijk recht
= Ideëel recht
- Dit recht wenst men of vindt men nastrevenswaardig
Positief recht en wenselijk recht kunnen overlappen.
Een moord plegen is volgens positief recht strafbaar, maar iedereen vindt het ook wenselijk
dat dit strafbaar is.
De rechten lopen complex door elkaar
Internationaal recht en nationaal recht heen en dit wordt steeds complexer
Internationaal recht
= Recht dat tot stand komt binnen internationale staten
a. Recht is opgesteld door meerdere staten
b. Recht is opgesteld door een internationale organisatie
Nationaal recht
= Recht dat tot stand komt binnen nationale staten
1. Recht is opgesteld door de nationale wetgever
Internationaal recht en nationaal recht kunnen overlappen.
In een internationale zaak kan een nationale norm zorgen voor een betere uitleg
In een nationale zaak kan een internationale norm worden toegepast
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gbf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.47. You're not tied to anything after your purchase.